28 sep 2021
|
Economie
Journalist: Marjon Kruize
Meer dan een kwart van de zzp’ers verdient niet genoeg om buffers op te bouwen voor economisch zwaardere tijden. Wanneer een ondernemer ziek of arbeidsongeschikt wordt, of komt te overlijden heeft dat dan ook vaak vervelende gevolgen.
“Uit de resultaten van een enquête die we onlangs onder onze leden hebben gedaan bleek dat 57 procent van de zzp’ers vermogen opbouwt voor later”, vertelt Arjen Vrolijk, directeur van ZZP Nederland Verzekeringen. “19,2 procent van hen heeft een overlijdensrisicoverzekering en 15,2 procent een AOV. Dat blijft dus behoorlijk achter. Daarnaast is er natuurlijk nog een groep die zelf maandelijks geld opzij legt als buffer, maar het aantal zzp’ers zonder verzekering is wel heel hoog en die lopen toch een bepaald risico.”
Zonder verzekering zijn er voor de zelfstandige namelijk weinig voorzieningen om op terug te vallen en in het afgelopen jaar hebben we ook kunnen zien hoe snel die buffers kunnen slinken in een crisissituatie. “Het risico kan, zeker tot de pensioendatum, enorm hoog oplopen”, vertelt Vrolijk. “Natuurlijk beslist iedere zzp’er uiteindelijk zelf, daar zijn ze ook zzp’er voor, maar in het bewustzijn omtrent de kwetsbaarheid van de zelfstandige is nog wel een lange weg te gaan. In het afgelopen jaar is daarin wel vooruitgang geboekt, maar dat verschilde wel ontzettend per sector. Er is namelijk ook een groep ondernemers geweest die wel heel veel succes heeft gehad in het afgelopen jaar en die zijn nu minder geneigd actie te ondernemen, terwijl een volgende crisis hen misschien juist wel zal raken.”
Het belangrijkste is nu dat ondernemers bewust worden van hun financiële situatie en de mogelijkheden tot verzekering, vertelt Vrolijk. “Ik kan me zo voorstellen dat voorlichting hierover zou kunnen beginnen bij het UWV en het KvK. Het zou ideaal zijn als je direct bij inschrijving de KvK al gewezen wordt op je opties. Een zzp’er die begint vanuit loondienst heeft bijvoorbeeld de mogelijkheid om binnen dertien weken gebruik te maken van vrijwillige voortzetting van de ziekte en arbeidsongeschiktheidsverzekering. Na de verstreken termijn is dat niet meer mogelijk en als de ondernemer een zwaar beroep doet of al eerder een krasje opgelopen heeft, kan het lastig zijn dan een reguliere verzekering af te sluiten. Ik zou graag willen dat daar actiever voorlichting over plaatsvindt. Daar valt een hoop te winnen.”
Want als je echt arbeidsongeschikt raakt, heb je als ondernemer een flink probleem. “Stel iemand van 37 heeft een inkomensniveau van 40.000 euro per jaar nodig en raakt volledig arbeidsongeschikt. Dan heb je in totaal tot aan je pensioendatum 1,2 miljoen euro nodig. Daar schrikt men vaak van, maar het is echt een structurele terugval over tientallen jaren. Daarom is het ook zo belangrijk dat je dat risico afdekt. Ondernemers weten vaak niet hoe weinig er vanuit de overheid voor hen geregeld is. Daarnaast hebben ze het idee dat een verzekering heel duur is en dat er wanneer het nodig is niet uitgekeerd zal worden. Dat is echter niet het geval. Vaak zien we dat de kosten in negentig procent van de gevallen lager uitvallen dan ze van tevoren gedacht hadden.”
Het goed afdekken van die financiële risico’s kan dus behoorlijk wat rust brengen. Niet alleen voor de ondernemer zelf, maar ook voor gezinsleden die soms voor verrassingen komen te staan als het al te laat is. “Ik zou als ondernemer dan ook zeker met iemand in gesprek gaan om in ieder geval de risico’s van de onderneming in kaart te brengen. Er kan eigenlijk al vrij snel een quick scan gemaakt worden op basis van de werkzaamheden die je gaat doen en je persoonlijke situatie. Ik snap heel goed dat de gemiddelde starter niet gelijk alles optuigt, maar op basis van je budget kan je al vroeg goede keuzes maken om een sterke basis op te zetten.”