Deel dit artikel:

2 mrt 2018

|

Industrie

De robot zal de mens niet vervangen

Journalist: Wesley Meijer

De robot zal steeds meer te zien zijn op de werkvloer. Gevolg: het werk verandert en omscholing wordt een issue. En het gevaar dat de robot ons werk inpikt? “Dat de robot de mens vervangt, is een mythe.”

Went u er maar vast aan: de robot gaat nooit meer weg. Daar zijn Egbert-Jan Sol, directielid van TNO Industrie, en Stefano Stramigioli, hoogleraar advanced robotics aan de Universiteit Twente, het over eens. Net als de mobiele telefoon zal ook de robot deel gaan uitmaken van ons dagelijks leven.

 

Nu al zoemen stofzuigers, grasmaaiers en bijna-zelfrijdende auto’s tussen ons door. De lopende band bestaat al honderd jaar en palletstapelaars en lasrobots zijn er ook al lang. Die trend zet zich voort. De ‘domme’ eerstegeneratierobot die handelingen duizend keer kon uitvoeren is geëvolueerd naar een ‘slim’ apparaat dat zich met sensoren en camera’s kan aanpassen aan de omgeving. En naar een apparaat dat operaties uitvoert, gasleidingen inspecteert op lekkages of wordt ingezet bij explosievenruiming.

 

En dit heeft implicaties voor het werkende leven. De robot neemt ons werk over, is al lang de aanname. Sol van TNO wil die mythe meteen doorprikken. “Natuurlijk is de robot soms goedkoper dan de mens, zoals met pallets stapelen, en dan is het bedreigend, want de robot kent geen minimumloon. Maar dat de robot de mens vervangt, is een mythe. De robot is juist een hulpmiddel voor mensen om productiever te worden. Mensen zijn nodig om robots aan te sturen.” Kijk naar autoproducent NedCar, illustreert Sol. De fabrikant stond aan de rand van de afgrond, maar mede dankzij de komst van honderden robots werken er nu veel meer mensen dan voorheen. “Fabrieken en bedrijven worden productiever, gezonder, winstgevender.”

 

Stramigioli beaamt Sols woorden. Hij is betrokken bij de ontwikkeling van robots in de medische wereld en voor inspectie en service. Het zal volgens Stramigioli een samenwerking zijn. “De mens heeft de hersenen. Dat een robot door Artificial Intelligence alles kan begrijpen en doen, is niet het geval. De robothand is nog lang niet zo goed. Dat een robot het werk van een loodgieter compleet gaat overnemen, ga ik niet meemaken.” Voorlopig zullen mens en robot dus veel werk samen verrichten. Stramigioli: “Voor het werk van loodgieters, elektriciens, handmatig werk, zal geen probleem ontstaan. Pas na dertig, veertig jaar zal een robothand net zo goed zijn als die van de mens, zijn de hersenen nagemaakt en is er een gigantische computercapaciteit. Dat is de robotmens.”

 

Maar zover is het dus nog lang niet. Wat wel nu al zichtbaar is, is dat arbeidsverhoudingen zullen veranderen, voorspelt Sol. Het soort werk verandert. “De robot zal de handeling verrichten. De werknemer verandert van operator naar supervisor. De hand van een oogarts kan trillen, een robot doet dat niet. Die kan in een fractie van een millimeter hechtingen naaien. Daardoor kan de oogarts langer doorwerken.” Zo verandert er veel, en niet alleen ten goede. Robotisering heeft ook uitdagingen en ronduit lastige vraagstukken tot gevolg. We krijgen volgens Sol een opleidingsprobleem, omdat voor tal van mensen hun baan over dertig jaar compleet anders zal zijn. Een lasser zal met een robot moeten leren werken. “Voor oudere mensen zal dat een probleem zijn, dus de zittende mensen omscholen, dát wordt de grote uitdaging.”

 

En maakt een robot een gigantische fout, dan volgt de kwestie wie aansprakelijk is. Is dat de robot, zijn maker of wie hem bestuurt? Een hete discussie, weet Stramigioli, maar ook een die nu nog niet gevoerd kan worden. “Er zal meer wetgeving bijkomen. Ik vermoed dat er een soort verzekeringsstelsel komt. Hoe het zal gaan met strafrechtelijke aansprakelijkheid zou ik niet weten. Misschien zullen er schadevergoedingen komen. Ik weet het niet, het is allemaal nog speculatief.”

Gesponsord