24 jun 2020
|
Economie
Journalist: Féline van der Linde
De afgelopen weken hebben we van Michel Perridon kunnen genieten in het tv-programma Dragon’s Den. In het programma beoordeelt hij samen met Pieter Schoen, Nikkie Plessen, Won Yip en Shawn Harris de pitches van ondernemers en op basis daarvan besloten zij te gaan investeren in de ondernemers of niet. “Dit programma staat in mijn top tien van leukste dingen die ik ooit heb gedaan.”
Waarom staat het maken van Dragon’s Den in je top tien?
“We hadden met de Dragons onderling zo’n klik en respect voor elkaar. Voor de opnames zijn we echt hele dagen van acht uur ’s ochtends tot acht uur ’s avonds bezig geweest. In november zijn we al begonnen, voor de coronacrisis, dus je ziet ons ook handen schudden en elkaar omhelzen. Dat vind ik nu ook wel zijn charme hebben. We vinden het nu allemaal ineens raar om elkaar de hand te schudden.”
Waar let je op wanneer je in iemand investeert?
“Ik zie eigenlijk al op het moment dat ze de trap afkomen of ik in ze ga investeren of niet. Ik zeg ook vaak: De vent, of vrouw natuurlijk, maakt de tent. Iemand met charme, die het idee kan uitvoeren met bezieling, heeft potentie. Ik heb het ook weleens mis, maar mensen die nadenken en bereid zijn om bijvoorbeeld achttien uur per dag te knallen voor hun bedrijf zijn de mensen waarin je moet investeren. Ook moet iemand bereid zijn om zo goedkoop mogelijk te leven in het begin om zo eventuele behaalde winst weer in het bedrijf te stoppen.”
Je hebt het grootste gedeelte van je vermogen vergaard met Trust. Hoe heb je Trust zo succesvol weten te maken?
“Zal ik bij het begin beginnen? Ik heb de havo gedaan en daarna wilde ik graag naar Nyenrode, helaas kon dat niet met mijn havodiploma. Vervolgens ben ik naar een kostschool in Zwitserland gegaan, waar ik vele talen heb geleerd. Dat heb ik altijd al graag gedaan, talen leren. Als ondernemer heb je daar ook super veel aan. Je wint zoveel respect, want je bent een betere gesprekspartner wanneer je de taal spreekt van je (toekomstige) business partner. Rond deze periode was mijn vader bezig met een nieuw bedrijf in elektronica. Bij terugkomst uit Zwitserland ben ik hem gaan helpen. Hij handelde in apparaten als walkietalkies en walkmans, daarna kwam de spelcomputer. Vervolgens werd de Commodore computer uit 1990 een enorme hit en langzamerhand werden wij de grootste Europese speler in apparatuur rondom de
Commodore computers. Toen ik vijfentwintig was wilde ik het bedrijf, Aashima, van mijn vader overnemen en dat mocht. Het was een Japans klinkende naam omdat Japan toentertijd al voorloper in de elektronicawereld was en de twee A’s zijn ervoor gezet zodat ze als eerste te zien waren in het telefoonboek. Helaas ondervond ik vlak daarna wat problemen. Ik kon niet de goede handel vinden en op dat moment begon ik met Trust. De computer werd steeds meer multimediaal. Er kwamen muizen bij, koptelefoons, er kwam geluid uit, noem het maar op. Hierop besloot ik dus mijn eigen merk Trust te gaan starten en verkochten we op een gegeven moment in vijftig landen onder andere digitale camera’s, toetsenborden en muizen. Uiteindelijk hebben we alleen de slag voor wat betreft de digitale camera’s aan de Japanners verloren. Alle andere producten uit het assortiment liepen als een trein. Het was echt een waanzinnig succes!”
Maar waarom verkocht je het uiteindelijk?
“Ik hoopte dat mijn zoon het zou willen overnemen. Hij had echter andere ideeën, en dat vond ik ook hartstikke leuk. Maar ik ben gek op familiebedrijven, dat is naar mijn mening de basis van de economie. Ook in de huidige crisis zal je zien dat dit juist de bedrijven zijn die de coronacrisis gaan overleven. Zij zetten er met zijn allen de schouders onder. Daarnaast had ik geen zin om met een rollator door mijn bedrijf te gaan lopen. Na dertig jaar heb ik het uiteindelijk verkocht aan een private equity concern en daar ben ik erg blij mee.”
Wat heeft ervoor gezorgd dat Trust zo succesvol is geworden?
“Ik was een succesvolle ondernemer met een helikopter view. Maar ik heb ook op jonge leeftijd al veel geld verdiend. Dat was niet goed. Ik heb altijd gewerkt voor mijn geld, maar niet voor techniek. De Elon Musk’s van deze wereld zijn de echte entrepreneurs. Zij leven voor de techniek en de vooruitgang. Ken je de wet van Moore? Die stelt dat processoren van computers door de technologische vooruitgang elke twee jaar verdubbelen. Technologische veranderingen vinden nu in drie of vier jaar plaats en als je daar niet in mee gaat mis je boot. Ik heb met Trust nooit meer winst willen maken de laatste vijftien jaar, ik vond het wel prima. Ik had wel veel ideeën, maar tegelijkertijd ben ik ook wel conservatief en houd ik van stabiliteit. En verandering brengt instabiliteit met zich mee.”
Zou je nog een nieuwe onderneming willen beginnen?
“Ik ben Dragon Investments begonnen, naar aanleiding van het programma. Hierin breng ik de ondernemers onder waarin ik investeer. Dat inspireert mij elke dag enorm. Maar ik kies wel voor de scale-up’s om in te investeren, niet de startups. Scale-up’s hebben veel meer potentie om succesvol te worden.”
Waar liggen de kansen voor investeerders op dit moment?
“Je ziet nu dat de kansen worden bepaald door de overheid. We moeten de samenleving anders gaan inrichten nu we anderhalve meter afstand moeten blijven houden. Toch moet je als investeerder kijken naar de situatie na corona. Er zullen kansen komen doordat de markt verandert. Je kunt straks voor relatief weinig met je geld instappen, door bedrijven te redden of over te nemen. Maar je ziet dat men nu ontzettend veel gebruik maakt van videobellen en voor de online verkoop is het nu elke dag kerst. Volgens mij staat bij Coolblue de kerstboom nu elke dag in de gang. Daarin kun je goede investeringen maken op dit moment.”
Heb je voor de beginnende ondernemer nog tips?
“Als je werkt voor een baas heb je onder andere financiële zekerheid. De eerste jaren als ondernemer zijn keihard, onzeker en je hebt geen keuze wat betreft de verantwoordelijkheid. Die moet je vol dragen en ervoor gaan. Dan komen we ook weer terug bij de vent, of vrouw, maakt de tent. Ben je dat niet, dan moet je eigenlijk ook niet ondernemen.”