Deel dit artikel:

21 mrt 2019

|

Economie

Financiële problemen krijgen ander karakter

Journalist: Hugo Schrameyer

Het aantal mensen met schulden neemt niet zozeer toe, maar wat wel opvalt, is dat de aard van de schulden verandert.

Eén op de vijf huishoudens heeft betalingsproblemen. Omgerekend komt dat neer op 1,5 miljoen mensen. Dat is een zeer fors aantal, maar als verzachtende omstandigheid geldt daarbij dat er geen groei lijkt te zitten in het aantal mensen met problemen. Het slechte nieuws luidt dat het karakter van betalingsproblemen een verdieping laat zien. Tien jaar geleden kwam het afsluiten van de energie of het leggen van loonbeslag amper voor. Inmiddels heeft circa vijf tot zeven procent van alle mensen hiermee te maken. Ook het type rekening dat blijft liggen, lijkt te verschuiven. Gek genoeg bestaat er een soort van discrepantie. In 2012 had twaalf procent van de Nederlanders de huur of hypotheek weleens te laat betaald. Vorig jaar was dat gestegen naar negentien procent. Het frappante is dat rekeningen van postorderbedrijven en webshops beter worden betaald. In 2012 had 22 procent te kampen met achterstallige betalingen, vorig jaar was dat gedaald naar 12 procent.


Wat de noodklokken doet luiden, is dat veel mensen met ernstige betalingsproblemen de weg naar hulp niet weet te vinden. Van de ruim tien procent mensen met zulke grote problemen, krijgt 34 procent geen enkele hulp, blijkt uit het rapport Financiële Problemen 2018 dat het Nibud 10 december vorig jaar heeft gepubliceerd. Dit instituut voor budgetvoorlichting maakt zich vooral zorgen om de laatste groep, die ongeveer 240.000 huishoudens omvat. Volgens Nibud-directeur Arjan Vliegenthart zijn de financiële problemen bij die groep dusdanig groot dat ze er zonder hulp niet uitkomen. ‘Dit zijn mensen bij wie bijvoorbeeld de energie is afgesloten, of waarbij beslag op het loon is gelegd. Als je bedenkt dat onder deze huishoudens ook veel alleenstaanden met kinderen zijn, begrijp je dat wij ons daar grote zorgen om maken. Zij verdienen het om zo snel mogelijk de hulp te krijgen die ze nodig hebben.’


Voor wie de nood te veel wordt, bestaan er in ieder geval organisaties die hulp bieden. Elke gemeente kent een eigen schuldhulpverleningsorganisatie, die in eerste instantie zal proberen om samen met de schuldeisers een oplossing te zoeken. Loopt dit minnelijke traject op niets uit, dan kan met een wettelijk traject via de rechter om een oplossing worden gevraagd. 


Op papier is dit traject prima toegankelijk, maar in de praktijk blijkt toegang tot die infrastructuur best een hobbel. Schaamte kan een belangrijk beletsel zijn om hulp te zoeken. Ook komt het voor dat mensen vermoeden dat hun schuld niet hoog genoeg is. Nadja Jungmann, lector schulden en incasso aan de Hogeschool Utrecht, vindt de schuldhulpverlening niet altijd even toegankelijk is. Veel gemeenten doen hun best, vindt ze, maar de eisen zijn vaak hoog. ‘Er moeten veel formulieren ingeleverd worden, terwijl een gebrek aan overzicht in de administratie vaak een oorzaak is van schulden.’


Er bestaat geen eenvormige oorzaak voor het ontstaan van schulden. Weliswaar bestaat er grote gelijkvormigheid tussen groepen schuldenaars, maar er bestaan net zo goed duidelijke verschillen. Daar hoeft geen onbezonnen gedrag aan ten grondslag te liggen, maar dat geldt natuurlijk wel als er voldoende inkomsten zijn, maar er naar verhouding te veel wordt uitgegeven. De oorzaak van financiële problemen ligt vaak in persoonlijke sfeer. Ontslag en pensioen kunnen daartoe leiden, maar dat geldt ook voor veranderingen van levensfase, zoals het krijgen van een kind, een echtscheiding of het overlijden van de partner.

Gesponsord