17 mei 2018
|
Economie
Journalist: Jerry Huinder
Hij is bekend als bedenker en presentator van Business Class, maar zijn grote liefde, dat blijft toch de vastgoedsector. Mens is reeds 40 jaar makelaar en is op zijn 71ste nog steeds actief op de markt. “Ik hou van bakstenen.”
Wekelijks ontvangt de vastgoedmagnaat belegingsspecialisten in zijn programma Business Class, die via de televisie een reeks adviezen de Wassenaarse villa’s in slingeren. Maar zelf belegt Harry Mens niet in aandelen. Althans, niet meer. De reden? Het niet hebben van aandelen kletst makkelijk volgens de self-made televisiepresentator. “Ik heb een positie die kwetsbaar is. Zo’n vijftien tot twintig jaar geleden deed ik het wel, maar ik vind het prettiger om het niet te doen. Nu kan ik echt mijn eigen mening geven en heb ik geen nervositeit vanuit de markt.”
Wie geeft het beste advies bij u aan tafel?
“Ik heb diverse vermogensbeheerders in mijn programma, en het is voor iedereen een momentopname. Het ene jaar doet Edwin Wierda het goed, het andere jaar Martine Hafkamp. Antaurus zit ook in ons programma, en die hebben een hedge fund dat het vorig jaar heel moeilijk had, maar de eerste twee maanden van dit jaar 4% rendement oplevert. Het publiek loopt altijd achter de winnaar aan.”
Is er één algemeen advies waar een belegger zich aan moet houden?
“Ik denk dat je beleggen toch moet zien als een lange termijn affaire. Of je moet handelaar zijn, maar dat is meer hobbyisme. Open dan een rekening bij Binckbank en ga het lekker zelf doen. Maar als je het over vermogensbeheer hebt, dan moet je echt over een lange adem beschikken en gebruik maken van vermogensbeheerders. Niet eentje overigens, maar meerdere. Dan kan je elk jaar de slechtst presterende eruit gooien, en een nieuwe in de hand nemen. Een beetje competitie tussen de vermogensbeheerders creëren is goed.”
U bent natuurlijk echt een onroerend goed man van huis uit. Wat was uw eerste belegging in onroerend goed?
“Dat was mijn kantoorpandje in 1973: een periode die ik nooit zal vergeten. In dezelfde tijd kwam Joop den Uyl op tv en die zei: ‘De tijden van weleer zullen nooit meer terugkomen.’. Het was de tijd van de eerste oliecrisis, het ging gruwelijk mis. Van 1973 tot 1978 had je een gigantische inflatie, mijn eerste kantoorpandje bouwde ik voor 175000 gulden en verkocht ik vijf jaar later voor 5,5 ton. Maar goed, ik betaalde in die tijd ook 18% rente op mijn lening.”
Wat was uw grootste klapper op de vastgoedmarkt?
“Dat was een project met een bevriende aannemer, we kochten het terrein van Nissan voor 23,5 miljoen gulden. Dat hebben we heel lucratief kunnen ontwikkelen. We konden meteen een distributiecentrum voor C&A bouwen met een 15-jarig huurcontract en tegelijkertijd konden we een distributiecentrum maken voor Mijnders Meubelen. Die twee panden verkochten we aan VHS en daar hebben we tientallen miljoenen de man aan verdiend.”
Is beleggen in vastgoed anno 2018 een goed idee?
“Niet in winkels, althans als ze niet op een A-locatie gevestigd zijn. Ik heb de bui van de neergaande winkelmarkt niet voorzien, had beter mijn winkels kunnen verkopen. Maar de andere kant van dit verhaal is dat distributiecentra het heel goed doen, want door de online verkoop liggen producten daar in plaats van in de winkels. En ook de huizenmarkt doet het goed.”
Echt? Er zijn mensen die waarschuwen voor een nieuwe bubbel op de huizenmarkt.
“Voor huizen met een waarde van maximaal 5 ton is er weinig risico. De onderkant van de woningmarkt is altijd goed geweest, die is het meest gestegen door de jaren heen en beschermt je het beste tegen de nukken van de markt. De villa’s in Wassenaar zijn een ander verhaal. Huizen boven de 2 miljoen euro zijn nog steeds heel moeilijk verkoopbaar.”
Maar voor de huizen tot 5 ton is er niks aan de hand? De prijzen zullen blijven stijgen?
Nou, de markt is wel uit gebodemd, de huizenprijzen in Amsterdam gaan op korte termijn niet meer zo stijgen als de afgelopen tijd. Maar dat geldt ook voor de aandelenmarkt. We gaan een lange periode tegemoet van een afvlakkende markt, op alle gebieden. Ik waarschuw mensen al tijden: pas op voor de aandelenmarkt. Dat vinden mensen niet leuk, maar de duurste aandelen zijn zo langzamerhand wel verkocht.”
Hoeveel van uw investeringen is raak?
“Naarmate je ouder wordt, steeds vaker. Je gaat je risicogrens verleggen. Tussen de veertig en de 45 is de meest manische periode in het leven van een man. Dan voel je je een soort Napoleon en lijd je aan zelfoverschatting, zowel zakelijk als privé. Dan doe je wel eens dingen die je beter niet had kunnen doen.Maar ik ben 71 en ik ben niet puissant rijk, maar wel vermogend. Ik wil niet meer los. Op je veertigste kan je gerust nog een keer failliet gaan, dan heb je nog 30 jaar om dat te herstellen. Als je in de zeventig bent, neem je dat risico niet meer.”
Als we kijken naar de trends dan zien we een opkomst van impact beleggen of met andere woorden duurzaam beleggen. Zit er volgens u ook een ‘sociale’ kant aan het beleggen?
“Ik vind het een beetje een GroenLinks-discussie, ik doe daar niet aan mee. Je belegt je geld en dan moet je de branche nemen die het meeste geld oplevert.”
Een andere trend: wat vindt u van de bitcoins?
“Daar geloof ik absoluut niet in. Het is waterverf, een piramidespelletje, de rek is er ook al uit, de trend is neerwaarts. Het loopt fout af.”
Tot slot: wat zou u mensen willen meegeven over beleggen?
“Het gepiel met het in en uit aandelen stappen, dat is het niet, dus doe het niet zelf en ga naar een vermogensbeheerder. Verder ben ik niet verliefd op het advies dat de banken geven, die willen dat je in een fonds van de bank stapt, en dan zie je niet waar ze zitten te stelen.”