25 nov 2022
|
Maatschappij
Energietransitie is een thema dat behalve in Den Haag ook in de provincie op de agenda staat.
Het klimaatakkoord als overeenkomst om uitstoot van broeikasgassen tegen te gaan, wekt de indruk dat deze materie vooral tot de verantwoordelijkheid behoort van centrale bestuurders. Dat is echter niet het geval en misschien ook wel een beetje tegen het zere been van gedeputeerde Jop Fackeldey van de provincie Flevoland. Hij is namelijk niet alleen gedeputeerde, hij heeft ook een rol als portefeuillehouder Klimaat & Energie van het Interprovenciaal Overleg (IPO), een orgaan dat de belangen van de twaalf provincies behartigt in Den Haag en in Brussel.
“Je kunt niet alles centraal vanuit Den Haag besturen”, constateert de bestuurder nuchter. De landelijke overheid is er voor de grote landelijke vraagstukken, maar heeft onvoldoende weet van ontwikkelingen op regionaal of plaatselijk niveau. “Den Haag heeft geen zicht op bedrijventerreinen of nieuwbouwwijken die op regionaal niveau in ontwerp of aanbouw zijn. Dat is toch primair materie die onder hoede valt van de provincie. De provincies hebben precies in kaart welke activiteiten zich regionaal ontwikkelen. Het Interprovinciaal Overleg bevordert ook de regio-overschrijdende afstemming.”
Daar valt iets bij voor te stellen, maar toch de vraag of de bestuurder concreter kan worden. Fackeldey wijst daarbij onder andere naar overleg tussen de provincies als het gaat om de energievoorziening. De wijdvertakte energienetwerken in Nederland houden niet op bij de provinciegrens. Dat is ook de reden waarom het thema met de regelmaat van de klok aan de orde komt tijdens vergaderingen van het IPO. “Nu we in Nederland massaal overstappen naar alternatieve energiebronnen, zoals wind- en zonnestroom, doet dat een groeiend beroep op het bestaande energienetwerk. We kunnen dagelijks in de krant lezen dat deze transitie tot forse knelpunten leidt in verschillende regio’s van Nederland. Deze knelpunten, in jargon congestie genoemd, zie je met name ook in Noord-Brabant en Friesland. Binnen het IPO komen we tot overleg hoe we in gezamenlijkheid tot oplossingen komen om de impact van deze congestie te verlichten.”
Dat provincies als decentraal bestuur een rol spelen bij de energietransitie komt niet alleen uit de koker van het IPO zelf. Of preciezer gezegd: er is advies gevraagd aan consultancybureaus om de eigen positionering verder te verduidelijken. Die opdracht heeft september vorig jaar geleid tot de publicatie ‘Mijlpalen op weg naar Parijs’, met als toelichtende titel ‘Naar een gezamenlijke strategie en kerndataset voor provinciale monitoring van het klimaatbeleid’. Dat is een hele mond vol, maar lang verhaal kort is dat de consultancybureaus het samenwerkingsverband hebben geadviseerd om een strategie langs zeven hoofdlijnen te voeren. Het voert te ver om daar uitputtend op in te gaan, maar een interessante opmerking is wel dat “de provincies niet verantwoordelijk zijn voor alle taken die in het kader van het klimaatbeleid op hun grondgebied moeten worden uitgevoerd. Zij kiezen wel voor een coördinerende rol in het samenspel tussen de partners in het klimaatbeleid binnen de provincie.”
Als we op basis daarvan twee vragen terugkoppelen aan Fackeldey: bestaat een kans op onderlinge spanningen? De problematiek die zich afspeelt in Flevoland (met veel windenergie en weinig zware industrie) is toch van een totaal andere orde dan die in Zuid-Holland of Limburg? “Wat in vele vormen van overleg naar voren komt, is dat de provincies ondanks hun verschillen zich bewust zijn van hun verantwoordelijkheid over energievraagstukken. De provincies zijn er niet voor om te tekenen bij het kruisje, maar de discussies zijn er wel voor bedoeld om tot een evenwichtig energiebeleid te komen.”
Dat het stroomnet in Nederland behoorlijk verstopt zit, blijkt uit een recente hartenkreet van de provincie Noord-Holland. De congestie kent een dusdanig dramatische impact dat meer dan duizend bedrijven en andere grote instellingen geen aansluiting meer kunnen krijgen. Het wordt daardoor onmogelijk gemaakt om te verhuizen, uit te breiden of te verduurzamen. Ook in provincies als Noord-Brabant en Friesland zijn soortgelijke geluiden te horen.