Deel dit artikel:

16 nov 2018

|

Economie

Joost Baks: "Gezond bouwen wordt steeds belangrijker"

Journalist: Jerry Huinder

Met een uniek antwoord komen op de behoeftevraag van de gebruiker. Dat is volgens Joost Baks in essentie zijn werk als architect. Maar: “Het doel an sich van het ontwerpen van een gebouw is niet dat het direct gewaardeerd hoeft te worden.”

Van voormalige machinefabriek tot broedplaats voor positive design. Waar mensen prettig kunnen werken. Of nog beter: met werkplekken waar mensen gezonder van worden en bewuster van gaan leven. Ambitieus? Zeker. Onmogelijk? Volgens Joost Baks, architect en medeoprichter van het architectenbureau Space Encounters, niet. Of althans, hij en zijn collega’s geloven erin. En de uitwerking van dat geloof, hun ontwerpen, blijven niet onopgemerkt. Met hun ontwerp van het hoofdkantoor van kinderwagenproducent Joolz wonnen ze in 2017 de Nextstep Award, waar ze omschreven werden als ‘Toptalent in de architectuur’, én de prijs BNA Beste Gebouw van het jaar 2017. In hetzelfde jaar wonnen ze met het ontwerp van het kantoor van Sony Music Entertainment in de A’DAM Toren de ARC17 Interior Award. En in 2018 won het bureau de Frame Award Emerging Designer of the Year. De sleutel tot hun succes? Misschien wel Pippi Langkous. ‘Ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk dat ik het wel kan’, is een basisprincipe bij Space Encounters. Of zoals Baks het verwoordt: “Je kan pas met iets unieks komen als je referentieloos werkt.”


Referentieloos werken. Leg uit.

“Wij werken niet vanuit een vooropgezet beeld. Kijk: iedereen heeft beelden in zijn hoofd. Die referentiebeelden kun je opzoeken en combineren met elkaar om zo tot een uniek antwoord te komen. Wij proberen dat werken met referentiebeelden zo lang mogelijk uit te stellen om zo associatieloos te kunnen werken. We gaan eerst fascinaties onderzoeken, maquettes bouwen en brainstormen met alle partners. We koesteren serendipiteit: de onverwachte en toevallige uitkomst. Zo was het idee bij Joolz eerst om een heel bos te creëren en geen werkplekken toe te voegen. Dat leverde wat problemen op…”


Want de gebruiker wilde wel een werkplek?

“Ja. En elk ontwerp begint en eindigt met de gebruiker. Dat betekent dat we minutieus moeten weten wat iedereen op welk moment in het kantoor doet. Hoeveel vergaderingen, hoe lang, wie zit waar, welke werkzaamheden worden waar verricht: we analyseren alles. Maar dan gaan we één stap verder. Dat is de essentie van het werk van een architect: je brengt de dagelijkse routines één stap verder en creëert een droom. Elke goede architect werkt vanuit de vraag en komt met een uniek antwoord.”


Staat een inspirerende werkplek gelijk aan werknemerstevredenheid?

“Ja, maar na verloop van tijd. Het doel an sich van het ontwerpen van een gebouw is niet dat het direct gewaardeerd hoeft te worden. Een inspirerende werkplek moet je veroveren. Bij Joolz is de kas (de uiteindelijke versie van het bos, met geïntegreerde werkplekken, red.) in de winter een graadje te koud en in de zomer een graadje te warm. Dat vonden wij prima, je moet de seizoenen ook binnen kunnen voelen. Maar in het begin vonden de mensen dat lastig. Langzaam zijn ze dat gaan waarderen.”


In hoeverre is gezondheid belangrijk binnen jullie ontwerpen?

“Voor ons is dit een heel actueel thema, wij geloven daar heel erg in. We proberen als bureau te claimen dat we werkplekken creëren waar mensen gezonder van worden. Als jij op een plek zit waar het barst van het groen, waar jij een loopje kan maken tussen je werkzaamheden door, waar het gebouw je tal van ervaringen kan aanbieden, dan ben jij gelukkiger, gezonder en dus ook productiever. Gezondheid wordt de number one thing. Gezondheid wordt de parameter waarop gestuurd gaat worden. De hele hype rondom gezondheid gaat zich nu ook vertalen naar kantoren. ‘Hoe gezond is jouw gebouw’, is de vraag die wij als architecten steeds vaker zullen moeten gaan beantwoorden. En terecht.”


Dus gezondheid als parameter waarop gestuurd gaat worden, niet duurzaamheid?

“Wat vroeger een eng woord was, is nu als vragen of je gebouw waterdicht is. Duurzaamheid hoort erbij. Gelukkig. De vraag is: wat doe je ermee? Je kan heel makkelijk duurzaam zijn zonder dat iemand het merkt. Zonnepanelen op het dak bijvoorbeeld. Of goede isolatie. Maar het is veel interessanter om de gebruikers van het gebouw bewust te maken van duurzaamheid door het als ontwerptool in te zetten. Binnen het grotere project van Amsterdam Rainproof zijn wij hier op microniveau mee bezig. Bij een gebouw dat we ontwerpen vangen we alle regen die op het dak terechtkomt op in een bassin dat midden in het gebouw staat. Bewoners kunnen dan het waterpeil en dus het gevolg van klimaatverandering met eigen ogen zien.”


Je moet kiezen: verbouwen of nieuw bouwen?

“Verbouwen.”


Waarom maak je deze keuze?

“We zijn als bureau geïnteresseerd in een gezonde toekomst. Als je dat in een wat breder perspectief trekt naar duurzaam werken, kan ik niet anders dan verbouwen kiezen. Er zijn al zoveel mooie gebouwen, dus daar waar het kan, moet je transformeren. Met een kleine toevoeging kan je zoveel bereiken.”


Licht is zo’n toevoeging waar jullie veel mee werken, zoals bij Sony bijvoorbeeld. Wat is de gedachte hierachter? 

“Licht dient eenzelfde doel als het gebruik van veel groen. We willen de veranderlijke lichtcondities van buiten ook binnen voelbaar maken. Je kan met licht perfect de sfeer bepalen in een kantoor. En dan bedoel ik niet dat alle ruimtes daglichtkwaliteit moeten hebben. Nee, je creëert juist donkere, intiemere plekken en ruimtes met zonlicht voor verschillende typen werkzaamheden. Bij Sony was dat heel belangrijk, omdat de A’DAM Toren rondom ramen heeft die het verschillende daglicht sterk voelbaar maken.”


Technologie is een andere mogelijke toevoeging. 

“Zeker, en we proberen ook bij elk project nieuwe technologieën te gebruiken, mits dat iets toevoegt. Juist ook door technologie weg te laten kan je namelijk iets nieuws creëren. Bij Joolz hebben we bijvoorbeeld de technologie juist beperkt. Tegenwoordig heb je hele moderne systemen die het binnenklimaat regelen, maar wij hadden zoiets van: is dat wel gezond? Zijn mensen wel gemaakt voor geconditioneerde ruimtes? Met de kas hebben we een deel van die binnenklimaatregelaars eruit kunnen laten doordat de planten ook lucht verversen. Zijn we wat analoger gegaan.”


Tot slot: de werkplek van de toekomst is…

“Is geen werkplek. Het wordt een plek waar iedereen, op elk moment van de dag, zelf kan bepalen hoe zij of hij wil werken. En dan niet alleen op het gebied van werk, maar ook op sociaal vlak en qua gezondheid. Een plek waar je beter wordt doordat je je maximaal kunt ontplooien in de breedste zin van het woord.”

Gesponsord