31 jan 2020
|
Industrie
Journalist: Liana Engibarjan
De meeste ondernemers zullen met verduurzaming geen probleem hebben, omdat dit uiteindelijk ook voordelig is voor de eigen portemonnee. Met vergroening ligt dat enigszins anders.
Waar de ene ondernemer zich door regelgeving genoodzaakt ziet investeringen te doen die niet per se een terugverdientijd hebben, is de andere juist zeer geïnteresseerd in nieuwe mogelijkheden en technieken.
Ook de binnenvaart, een tak van transport die gemiddeld genomen 50% groener is dan wegtransport, krijgt steeds strengere eisen opgelegd op het gebied van uitstoot van bijvoorbeeld stikstofoxide.
In 2003 is dat begonnen met de invoering van de zogenaamde CCR1 norm, hiervoor volstond vaak al een aanpassing zoals het varen op een laagzwavelige brandstof en hoefden geen enorme investeringen te worden gedaan. In 2007 gevolgd door CCR2 of de NNRM norm
Hiervoor volstond het vaak al om het inspuitmoment van motoren anders te timen of over te gaan op elektronische inspuiting IPV mechanische. De volgende stap, die nu al langzaamaan wordt ingevoerd is Stage 5, vanaf januari 2021 moet iedere nieuwe motor die ingebouwd wordt in een schip aan de emissienormen die hieraan verbonden zijn voldoen. Hier volstaan echter geen kleine aanpassingen meer, nu moet er ofwel gekozen worden voor een heel andere vorm van brandstof/voortstuwing, of een conventionele (diesel) motor met nabehandeling. Deze motoren krijgen dan ook geen typegoedkeuring voor Stage 5, maar worden bij afname “aan de pijp” gemeten. Voor zo’n nabehandelingssysteem moet echter al gauw een derde van de nieuwprijs van een motor meer neergeteld worden. Voor de een misschien een utopie, voor de ander een noodzakelijke investering die zichzelf niet terug gaat betalen.
Als men een willekeurige voorbijganger op straat (ondergetekende inclusief) de directe vraag zou stellen of hij of zij graag schone lucht inademt, zal het antwoord hoogstwaarschijnlijk altijd positief zijn. We mogen onszelf echter wel de vraag stellen of de manieren waarmee we dit trachten te bewerkstelligen de doelstellingen juist niet voorbijschieten. Wat gaan we doen met industrieën die niet zo gemakkelijk te vergroenen zijn? Wegpesten door dusdanig hoge eisen te stellen dat er niet aan te voldoen is? Over de EU-grenzen jagen, waar ze zonder emissienorm hun gang kunnen gaan en daarmee het tegendeel bereiken van wat er alleen op papier erg mooi uit ziet? Frans Timmermans heeft alvast weer de plannen die er al lagen nog verder aangescherpt, de Oost-Europese lidstaten wordt een overgangsfonds van 100 miljard euro toegezegd, zodat ze niet buiten de boot vallen terwijl ze proberen onze vergroening te benen, daarnaast voor de komende 10 jaar investeringen ter waarde van 1.000 miljard Euro (inderdaad, dat zijn 12 nullen). U vraagt hoe gaat het er de komende jaren uitzien voor de maritieme sector? Zoals het er nu uitziet mogen ondernemers straks naast dure investeringen ten behoeve van vergroening, waarschijnlijk voor de CO2 die er nog wel uitgestoten wordt gaan betalen aan de EU. Daarmee zijn we uiteindelijk toch nog aanbeland bij waar het uiteindelijk allemaal om draait.
Een feit is zeker, als zelfstandig ondernemer in de maritieme sector, ga ik genieten van alle schone lucht en alle nieuwe bomen die geplant zullen worden.