15 dec 2022
|
Economie
Nederland kan een voortrekkersrol binnen Europa op zich nemen op het gebied van cybersecurity. Om dat voor elkaar te krijgen is een goede samenwerking tussen de overheid, bedrijven en brancheverenigingen essentieel en is het informeren van de bevolking op dit vlak, cruciaal. Dat is de mening van de Branchevereniging voor IT & Communicatietechnologie, BTG.
Cybersecurity is een van de vijf thema’s waar BTG zich inhoudelijk op focust. Het overkoepelende doel van de branchevereniging is het verbinden van organisaties in hun gezamenlijke belangen, op het gebied van IT en Communicatietechmologie. BTG zorgt er mede voor dat structureel een lobby kan plaatsvinden tussen de overheid, leveranciers en de 180 leden. De organisaties die bij BTG zijn aangesloten komen voornamelijk uit de grootzakelijke markt. Het betreft overheidsorganisaties, (commerciële) bedrijven, kennisorganisaties, leveranciers van telecomdiensten en providers.
Petra Claessen is de huidige CEO van BTG en BTG Services. Vanaf 1 januari 2023 wordt ze Vice-Voorzitter en volgt daarna Eric Reij op als voorzitter per 1 juli 2023. Claessen heeft ambitieuze plannen op gebied van security, zowel met BTG als met Nederland. Nederland zou in haar ogen de positie als koploper moeten nastreven op het gebied van cyberveiligheid. BTG kan en wil daarin de rol van facilitator en aanjager vervullen, uiteraard in nauwe samenwerking met andere branches en relevante partijen.
Voorlichting
Daar hoort volgens Claessen ook bij dat de bevolking zorgvuldig voorgelicht dient te worden over welke kansen, maar ook welke risico’s digitalisering met zich meebrengt. “Dat is onder andere een taak voor de branches en de overheid. Als je dit goed regelt, heb je minder mensen die de fout ingaan en zichzelf kwetsbaar maken voor hackers, maar ook zorgt het ervoor dat geen onnodige bezorgdheid ontstaat, zoals bijvoorbeeld het geval is geweest bij de ontwikkeling van 5G.”
Hoewel het bewustzijn is gegroeid dat het belang van cyberveiligheid absoluut niet mag worden onderschat, is het volgens Claessen nog lang niet voldoende. Ze benoemt een aantal risicogebieden, te beginnen met de kleinere bedrijven. “Mkb’ers hebben vaak geen tijd om zich bezig te houden met cybersecurity, want ze zijn bezig om hun zaak draaiende te houden. En dat is heel logisch. Dus moeten wij ze helpen, want het maakt ze kwetsbaar en dat moeten we zien te voorkomen.”
Claessen denkt dat het MKB hierin geholpen moet worden door grote bedrijven. “Grote organisaties hebben het cyberbeleid meestal prima op orde en best ruimte om anderen daarin mee te nemen en te helpen. Als BTG moeten we de interactie regelen tussen die bedrijven en onderling regelen dat het kleinere bedrijf, gebruik kan maken van de kennis en deksundigheid van de grote bedrijven.”
Kwetsbaarheden goed in de gaten houden
Ook de gezondheidszorg staat hoog op de agenda en is volgens Cleassen een sector waarvan moet worden voorkomen dat het een zwakke plek in het digitale systeem wordt. “Door een aantal incidenten is zichtbaar geworden dat de dominantie van digitale systemen in ziekenhuizen een risico met zich mee kan brengen. Een ziekenhuis en eigenlijk de gehele Gezondheidzorg heeft te maken met bedrijfskritische systemen. Het ene deel van het systeem beïnvloedt het andere en het is allemaal met en aan elkaar verbonden. Als daarin iets mis gaat, is dat een enorm probleem met mogelijk desastreuze gevolgen. Het zijn dit soort kwetsbaarheden die we heel goed in de gaten moeten houden.
Personeelstekorten zijn ook voor de cybersector een grote uitdaging, maar Nederland beschikt over voldoende talent om dat op te lossen, denkt Claessen. “Zelf zit ik in een aantal besturen van hbo- en mbo-instellingen en daar vinden we dat cyberveiligheid onder andere ook in het curriculum zou moeten zitten. Vanuit BTG stimuleren wij dat dit in de toekomst ook zal gebeuren.”
“Een student die door wil in het cyberdomein moet uiteindelijk een goede stageplek kunnen krijgen, maar nu hebben bedrijven vaak geen tijd voor goede begeleiding”, vervolgt Claessen. “Daarom moedigen wij aan dat young professionals bij bedrijven worden ingezet om stagiairs bij de hand te nemen. We bemiddelen hier ook in en gebruiken ons netwerk om voor elkaar te krijgen dat zo’n constructie er komt. Dat draagt bij aan het maximaal benutten van het talent dat Nederland in huis heeft.”