30 nov 2021
|
Economie
Journalist: Féline van der Linde
Mensen die reproduceerbaar werk doen kunnen hun dag niet hebben. Ze hebben bijvoorbeeld niet goed geslapen en zijn daardoor niet geconcentreerd. Een foutje zit dan in een klein hoekje.
“Een robot kan ervoor zorgen dat werk geautomatiseerd wordt gedaan en voorkomt dat er fouten worden gemaakt”, vertelt Erik Pekkeriet, Programma Manager Agro Food Robotics bij Wageningen University & Research. “Robots besparen menselijk arbeid. Tegelijkertijd zien we dat arbeidsomstandigheden in bijvoorbeeld kassen verslechteren. Doordat we steeds meer vers voedsel eten is de cool chain in opkomst. Na de oogst van bijvoorbeeld tomaten moeten deze zo snel mogelijk worden gekoeld om langer goed te blijven. Hetzelfde gebeurt nu bij bloemen. Nadat deze gesneden zijn worden de bloemen direct gekoeld tussen de vier en zeven graden. Zo blijven ze langer vers. Dit betekent wel dat de arbeidsomstandigheden verslechteren. De ruimte is koud en bevat weinig zuurstof. Zo blijven de bloemen langer houdbaar, maar het maakt het moeilijk voor de mens om erin te werken. Aan de andere kant geven robots een reproduceerbaar resultaat. Mensen hebben tijd nodig om iets te leren, kunnen moe worden en maken fouten. Een robot weet wat hij moet doen, kan werk repetitief uitvoeren zonder daarbij fouten te maken.”
Het eten van meer vers voedsel zorgt ervoor dat er meer naar vraag naar arbeid is. “Maar zoals eerder aangegeven zijn de arbeidsomstandigheden die komen kijken bij vers voedsel niet optimaal. Het integreren van robots is dan een uitkomst. Toch is het menselijk oog nog altijd beter dan een ‘robot oog’ en is de mens ook nog eens flexibeler. Zo heb je in bijvoorbeeld een kipfabriek zeven verschillende concepten, onder andere de ‘beter leven’ kip en de ‘scharrelkip’. Kippen voor deze verschillende concepten gaan allemaal dezelfde fabriek in, maar komen er in verschillende maten en verpakkingen uit. Dat vraagt om een enorme flexibiliteit. De kracht van de mens is dat zij heel snel goed kunnen reageren. Ligt er een bruine tomaat tussen honderd rode tomaten dan halen wij die er zo uit. Maar een robot moet je daarop trainen met extra intelligentie.”
Het werk van de mens gaat veranderen. “Medewerkers zullen voornamelijk in het secundaire proces in de agrifood sector nodig zijn”, gaat Pekkeriet verder. “Het werk wat nu voornamelijk door arbeidsmigranten wordt gedaan in omstandigheden die niet lang vol te houden zijn gaat uiteindelijk (deels) verdwijnen, onder andere door de robot. In het secundaire proces, waar men niet direct met de producten werkt zal de aanwezigheid van de mensen alleen maar gaan toenemen, door techniek, beter planbaar werk dat vanuit huis kan worden gedaan of onder betere klimatologische omstandigheden. En dat is niet per se een slechte ontwikkeling. Robots zullen dan wel menselijk werk gaan overnemen, maar wel werk in omstandigheden waar niemand in wil werken.”
Robots kunnen in de toekomst frequenter op de juiste plek komen en daarmee duurzamer te werk gaan, besluit Pekkeriet. “En door steeds beter wordende technologie kan bijvoorbeeld de biodiversiteit met een camera worden gescand en gewassen kunnen worden beschermd door een UVC licht. Toch zal de mens onmisbaar blijven in de agrifoodsector. Het werk is en gaat veranderen door robots, maar zal tegelijkertijd uitdagender blijven dan ooit voor de mens.
Robots worden ook in de agrifood-sector steeds meer ingezet en vervangen daarmee arbeid. Maar ze doen meer: robots blijken essentieel voor het realiseren van duurzaamheidsdoelstellingen en kunnen bijdragen aan kwalitatief hoogwaardig, nutriëntrijk voedsel.
De toegenomen consumptie van vers voedsel vraagt om meer arbeid. Zacht fruit als blauwe bessen, bramen, farmbozen en aardbeien, maar ook verse vollegrondsgroenten, champignons, vlees en vis worden nog met de hand geoogst en verwerkt. Ook door de toenemende diversiteit in het aanbod, denk bijvoorbeeld aan de verschillende soorten kippen, neemt de arbeid eerder toe dan af. “De meeste arbeid zien we bij de oogst en het verpakken van producten, maar robots worden op steeds meer plekken in het productieproces ingezet. Met name in de logistiek en bij de verwerking van het verpakte product zijn de belangrijkste stappen al gezet”, vertelt Erik Pekkeriet, Programmamanager Agro Food Robotics bij Wageningen University & Research, “Langzaam maar zeker wordt ook aan complexe handelingen zoals gewasverzorging, oogst en verwerking door robots gewerkt”.
Het gaat hierbij vooral om arbeid in het primaire proces: in de tuinbouw en vleesverwerking wordt ieder product vaak nog met de hand geoogst en verpakt. Dit type werk is vrijwel volledig een taak van migrantenwerkers. Maar de beschikbare populatie wordt ouder, komt van steeds verder weg (steeds minder Polen en meer arbeiders uit Roemenië, Bulgarije en Oekraïne) en door verstedelijking en concurrentie met bijvoorbeeld IT-gedreven banen, zijn arbeiders steeds minder voorhanden. Het is belangrijk dat er snel robots komen die het nijpende arbeidstekort in het primaire proces op kunnen vangen. Naast de beschikbaarheid van arbeiders zijn ook de omstandigheden waarin zij moeten werken steeds zwaarder. Kassen worden warmer en luchtvochtiger, terwijl er na de oogst juist steeds kouder verwerkt wordt. Producten zijn in de zogenaamde “koude keten” (4-7°C) langer houdbaar, waardoor er minder verspilling is. Door toenemende mechanisatie wordt het werk monotoner en repetitiever, met meer lawaai en strenge hygiënemaatregelen. Wat goed is voor de efficiëntie en duurzaamheid, is een stuk minder prettig voor de mensen die het werk moeten doen.
Robots bieden nieuwe mogelijkheden. Zij kunnen bij iedere plant of dier komen en de optimale behandeling toepassen. Robots kunnen kostentechnisch ook frequenter worden ingezet en verzamelen veel data “on the go”. Zo kunnen robots bijdragen aan het verminderen van bodemverdichting en het verminderen van het gebruik van chemie, meststoffen, water, land, administratie en energie. Bovendien kan door slim gebruik van reproduceerbare data een optimale oogst en verwerking worden aangestuurd. Hierdoor neemt de kwaliteit en voedingswaarde van versproducten toe. Robots kunnen de biodiversiteit beter en objectiever monitoren, en nieuwe methoden zoals UVC-belichting of Plasmabehandeling die elke paar dagen moeten worden toegediend kunnen alleen met robots plaatsvinden.
“Het werk van de mens gaat dus zeker veranderen. Medewerkers zullen voornamelijk in het secundaire proces in de agrifood-sector nodig zijn. In het secundaire proces, waar men niet direct ieder product meer hoeft aan te raken, zal de aanwezigheid van mensen alleen maar gaan toenemen, door techniek, beter planbaar werk dat vanuit huis kan worden gedaan of onder betere klimatologische omstandigheden. En dat is niet per se een slechte ontwikkeling”, besluit Pekkeriet.