10 dec 2018
|
Economie
Op Prinsjesdag 2018 werden de Miljoenennota en de Rijksbegroting aan de Tweede Kamer aangeboden door minister Hoekstra van Financiën. In de nota staan de plannen voor het komende jaar en hoe deze plannen zullen worden betaald. Het nieuwe belastingstelsel dat werd toegelicht betekent een aantal veranderingen.
Het kabinet gaat de belasting op werk verlagen. Dit betekent dat medewerkers netto meer geld overhouden. Daarnaast gaat voor bv’s, nv’s, stichtingen, verenigingen en vergelijkbare organisaties het tarief van de vennootschapsbelasting (vpb) stapsgewijs, in jaarlijkse stappen, omlaag. In 2019 bedraagt de eerste schijf 19% en de tweede 25%. In 2020 dalen de percentages naar respectievelijk 16,50% en 22,55%, en in 2021 15% en 20,50%.
Ten aanzien van de vennootschapsbelasting wordt er in 2019 nog een belangrijke wijziging doorgevoerd. Bedrijven kunnen vanaf 2019 verliezen maximaal zes jaar vooruit verrekenen met de winst. Nu is de verliesverrekening vpb (carry forward) negen jaar. Voor ondernemers geldt dat zij over maximaal zes boekjaren verliezen verrekenen met de winst. Nu is de verliesverrekening eveneens negen jaar. Voor ondernemers is verder besloten de kleineondernemersregeling (KOR) per 1 januari 2020 te moderniseren. Vanaf dan kunnen ondernemers met een omzet van maximaal € 20.000 kiezen voor een vrijstelling van de omzetbelasting.
Een andere belangrijke ontwikkeling ten aanzien van het belastingstelsel is dat het kabinet extra inkomsten haalt uit vergroening van het stelsel. Het kabinet gaat zodoende vervuilers, zowel bedrijven als particulieren, meer belasting laten betalen voor minder groen gedrag. Het doel is om hen aan te moedigen minder CO2 uit te stoten en zo bij te dragen aan een groener milieu. Teneinde van een groener milieu worden ook fietsplannen geïmplementeerd onder bedrijven voor privégebruik, net als bij de auto. Werknemers moeten jaarlijks 7% van de waarde van de adviesprijs voor hun bedrijfsfiets bij hun inkomen bijtellen.