Deel dit artikel:

5 apr 2019

|

Levensstijl

Japan heeft heel wat te bieden

Journalist: Frederic Petitjean

Voor de gemiddelde Belg is Japan nog altijd geen evidente bestemming. Nochtans heeft het land heel wat te bieden, zeker als je van de geijkte paden durft af te wijken.

“Een analfabeet in Japan”, zo heet het prachtige boek dat fotograaf Michiel Hendryckx maakte nadat hij zes weken in het land van de rijzende zon verbleef. Ondertussen is hij er nog een tweede keer geweest. Hendryckx logeerde er in Wakayama, een volstrekt niet-toeristisch stadje waar hij kilometers in de omtrek de enige Westerling was. En dat was een bewuste keuze. “Naar Japan reizen is zoals aankomen op een andere planeet”, vertelt hij. “Het is eigenlijk een Middeleeuwse maatschappij die nu met een laag moderniteit overgoten is, maar waarvan je de oude wortels nog heel erg voelt. Ze hebben zich eigenlijk nog maar goed honderd jaar opengesteld voor de rest van de wereld en dat merk je in alles: in de organisatie van de maatschappij, de positie van de vrouw, de manier waarop ze met religie en rituelen omgaan.”


Wat de fotograaf meteen charmeerde, was de zorgvuldigheid waarmee de Japanners doen wat ze doen. “Of het nu pakjes inpakken is of kaartjes knippen op de trein, iedereen doet dat met ongelooflijke precisie, passie en zorg. En gaat daar volledig in op. Dat is mooi. Zo zijn er nog dingen: neem bijvoorbeeld de spitstrein naar Osaka. Die zit bomvol, maar het is er ook muisstil. Je hoort niks of niemand. Ongelooflijk intrigerend.”


Wat de mensen betreft, bleef Hendryckx met gemengde gevoelens achter. “Ze zijn zeker vriendelijk, maar het is moeilijk om als buitenlander echt tot hen door te dringen. Het is allemaal wat oppervlakkig, vond ik. Dat hebben ze wel een beetje gemeen met Amerikanen.” 


Net zoals New York de VS niet is, zijn Osaka en Tokio ook niet het echte Japan, zegt Hendryckx. “Je moet die steden natuurlijk gezien hebben, maar ik zou absoluut aanraden om je te laten verrassen. Huur een auto of bromfiets en trek rond, de dorpen en de bergen in. Logeer in een ryokan, een typisch pension, het is er veilig en proper en de kans dat je met schitterende verhalen gaat terugkomen, is zeer groot.”


Hendryckx heeft er ook geweldig lekker gegeten. “De beste vitello tonata die ik ooit at, was niet in Italië, maar in Japan. Alweer: laat je verrassen. Verwacht vooral niet elke dag sushi te eten, want dat eten Japanners eigenlijk maar uitzonderlijk.” 


Ook Ivan Verhelle bevestigt dat. Hij is eigenaar van Tanuki in Brugge, een van de beste Japanse restaurants in ons land. “Ik heb jaren in Japan gewerkt”, zegt hij, “en houd zowel van het land als het eten. De Japanse keuken is zo zuiver, er komt niks meer op je bord dan echt nodig is en men zal niet snel smaken gaan accentueren of bepaalde ingrediënten gaan camoufleren. Het is een pure keuken.” 


Ook Verhelle pleit ervoor om Japan rustig te ontdekken. “Verspil ook niet te veel tijd aan de tempels, een boeddhistische tempel en een shintoïstische is genoeg. En doe het rustig aan, met 14 dagen kom je er eigenlijk niet. Je zult dus moeten keuzes maken: het Noord-eiland of het Zuid-eiland. Verken die grondig en ga daarna nog eens terug.”

Gesponsord