9 mei 2019
|
Levensstijl
Journalist: Jerry Huinder
Eten om te leven of leven om te eten. Voor Miljuschka Witzenhausen is de keuze makkelijk. “Mijn missie is om Nederland aan het koken te krijgen, Nederland daartoe te verleiden. Durf het, neem er de tijd voor, maar wel binnen de mogelijkheden.”
‘Eten is ademen. Een eerste levensbehoefte. Maar ook een manier om emoties te uiten, herinneringen te creëren en te communiceren.’ Was getekend, Miljuschka Witzenhausen, moeder, tv-chef en voedingsdeskundige bij RTL Boulevard, in haar biografie op 24kitchen.nl. Maar aan welk gerecht hoopt ze dan dat haar kinderen later denken als ze hun jeugd terughalen? “Oh god, dat is moeilijk, maar gelukkig zitten ze hier in de kamer”, zegt Witzenhausen, terwijl ze haar zoontje roept: ‘Waar moet jij aan denken als je aan mama’s koken denkt?’ ‘Aardappelen. Heel veel aardappelen.’ Witzenhausen schatert het uit, ondanks haar longontsteking. “Haha, wij houden heel erg van aardappels uit de oven. Eerst kook ik ze en daarna bak ik ze knapperig in de oven, nadat ik ze geplet heb.” ‘En lekkere kippetjes’, roept haar zoontje vanuit de andere kant van de kamer. Witzenhausen vult aan: “Ik maak dan van die kleine pouletjes voor iedereen, dan kunnen ze zelf hun eigen kippetje afkluiven.” Het moge duidelijk zijn, in de familie Witzenhausen draait het om eten. “Ik hoop dat mijn kinderen door het eten dat ik op tafel zet een gevoel van thuis, van warmte, hebben. Een thuis bouwen op eten, dat is wat ik iedereen gun. Ik ben niet zo’n goede prater, ik ben beter in laten zien hoe ik me voel door voor iemand te koken.”
Wat zegt jouw laatste gerecht, een Quiche Lorraine, dan over jouw gemoedstoestand?
“Dat ik een beetje van huis en haard ontheemd ben op dit moment en gemak zoek. We hebben een boerderij gekocht die we aan het verbouwen zijn, dus koken is nu niet zo makkelijk. Een quiche lorraine is iets dat je heel goed voor ontbijt, lunch en avondeten kan eten. En met een quiche kan je ook even snel picknicken bijvoorbeeld. Het is een heel veelzijdig gerecht.”
Waar komt jouw liefde voor het koken vandaan?
“Vanuit de familie. Mijn vader was een ontzettend goede kok, van hem heb ik echt van niets iets leren maken. Op mijn veertiende ben ik de horeca ingegaan, en dan moest ik natuurlijk de bediening in met mijn leuke koppie, maar aan het eind van de avond stond ik toch in de keuken. Daarnaast heb ik heel lang een vriendje gehad die chefkok was, dus daar ging een hele kookwereld voor me open. Toen ging ik ook steeds meer experimenteren met eten. Tijdens mijn TMF-jaren was het allemaal wat minder, koken was toen nog niet cool, maar toen ik zwanger werd dacht ik: ‘Alles wat ik eet, daar wordt dat kind uit opgebouwd’. Ik ben toen heel excessief omgegaan met koken, alles vergaren enzo, zodat ik zeker wist dat alles dat ik binnen kreeg, goed was.”
Wat is jouw fijnste herinnering aan jouw jeugd, uitgedrukt in eten?
“Mijn moeder had als bijbaantje naast haar studie een taartbedrijfje. Ik ben dan ook echt een voorvechter van cheesecake in Nederland, iets dat zij altijd maakte. Dat was best wel bijzonder in die tijd, Amerikaans eten was in die tijd nog heel hip, zoals dat nu geldt voor groentecakes. Ik zat als klein meisje het cheesecakebeslag op het aanrecht uit te likken uit de kom. Dat is voor mij wel een hele warme herinnering. Dat smikkelen tijdens het maken.”
Zijn er ook dingen die je niet meer eet, omdat het geen goede herinneringen zijn?
“Chili con carne. We hebben thuis heel lang heel weinig geld gehad om rond te komen, laat staan te koken. We hadden 45 gulden per week met zijn vieren. En op een gegeven moment ging mijn vader weg, dus toen werd het helemaal krap. Wat we wel konden betalen was chili con carne, allemaal met spullen van de Aldi. We aten dat wel vier dagen per week, het hele jaar lang. Als ik dat nu ruik, ga ik echt over mijn nek. Ik kan dat niet aan, het doet me denken aan stress en armoede.”
Wat is jouw ultieme boodschap met je gerechten?
“Mijn missie is om Nederland aan het koken te krijgen, Nederland daartoe te verleiden. Durf het, neem er de tijd voor, maar wel binnen de mogelijkheden. Mensen zitten in een dagelijkse struggle om alles gedaan te krijgen, dat heb ik zelf ook. Mijn recepten zijn dan ook niet te moeilijk, ik probeer maximaal tien stappen en vijf ingrediënten erin te verwerken. Anders haken mensen af. Iedereen heeft zo’n carrousel van gerechten die ze maken, en ik probeer met mijn gerechten in die carrousel terecht te komen. Ik word er heel blij van als ik mensen tegenkom die mijn taart hebben gemaakt en mede daardoor een superleuke verjaardag hebben gehad. Want dan zijn we weer terug bij de basis: eten is herinneringen maken. Dat ik daar onderdeel van mag zijn door dat te faciliteren, dat vind ik een heel groot voorrecht.”
Wat is jouw wens voor de zomer?
“Ik hoop dat we tegen die tijd in de boerderij slapen, ik een moestuintje aan het aanleggen ben – we hebben al appel- en perenbomen – en dat we lekker van eigen land eten. Daar verheug ik me enorm op. Daarnaast ben ik onwijs barbecue fan, ik heb er drie inmiddels, dus daar heb ik ook zin in. Natuurlijk zal er vlees op die barbecue liggen, maar ook veel dingen lekker slow en low qua groenten. Knolselderij, zoete aardappels, preitjes. Sowieso is het heerlijk om buiten te koken in de zomer, ook desserts. Een taart kan je gewoon in een barbecue bakken, want uiteindelijk is het eenzelfde systeem als een oven.”
En wat is dan jouw beste barbecuetip?
“Niet in paniek raken! En neem de tijd. Je kan niet denken: ‘Ik wil over een half uur eten, ik ga nu de barbecue aansteken’. Nee, dat moet je ’s middags al bedenken, dan ruim op tijd de barbecue aansteken, zeker als je slow en low wil. Maar gelukkig zijn de zomers daar ook perfect voor. Dan hoef je niet om zes uur aan tafel te zitten, in de zomer kan je prima lekker laat eten, lekker lang buiten zitten en daarna je bed in rollen. Heerlijk toch?”