25 feb 2019
|
Levensstijl
Journalist: Ronneke van der Genugten
‘Zo zout hebben we het nog nooit gegeten’, ofwel ‘we hebben het nog nooit zo slecht meegemaakt’. Spreekwoordelijk komt de witte smaakmaker er niet al te best vanaf. Mogen we dan de conclusie trekken dat zout ook echt slecht voor ons is? Of kunnen we dit gerust met een korreltje zout nemen? We vragen het aan twee deskundigen; Iris Groenenberg en Ewout Hoorn.
‘Zout is een stof die bestaat uit witte, in water oplosbare kristallen. Het wordt met name gebruikt om aan voedsel smaak te geven’, zo luidt de omschrijving in De Dikke Van Dale. En dat roept al gelijk een eerste vraag op. Want, hebben we die smaakmaker wel echt nodig om lekker te eten? We willen er misschien nog niet aan, toch is deze met een beetje goede wil vrij gemakkelijk te vervangen bij het bereiden van een maaltijd. Maar ‘minder zout eten, is dat wel lekker!?’ ‘Als je er eenmaal een beetje handigheid in hebt, krijg je er zelfs lol in’ klinkt het overtuigend uit monde van ervaringsdeskundigen. Het feit dat je hier je lichaam een groot plezier mee doet is natuurlijk de allergrootste winst.
Mensen met een te hoge bloeddruk of hartfalen krijgen het advies om minder zout te gebruiken. Maar, wat doet zout dan precies in je lichaam? Door een teveel aan zout houdt je lichaam meer vocht vast. Hierdoor stijgt je bloeddruk. Dit kan je bloedvaten beschadigen, met een verhoogde kans op hart- en vaataandoeningen tot gevolg. Daarnaast brengt zout schade toe aan de bloedvaten in je nieren. Hierdoor wordt de filterfunctie, die er juist voor moet zorgen dat afvalstoffen uit je bloed worden afgevoerd, vermindert. Volgens Ewout Hoorn, nierspecialist aan het Erasmus MC in Rotterdam ligt er bij de waarschuwing aan mensen met een te hoge bloeddruk of hartfalen een gemiste kans. Want ook bij gezonde mensen moet het doordringen dat niet alleen het potje zout in het keukenkastje, maar vooral de aanwezigheid van kant-en-klaar producten als sauzen en soepen gelijk staat aan een sluipmoordenaar in huis. Als nefroloog wordt Hoorn dagelijks geconfronteerd met de gevolgen van te hoge zoutconsumptie. Hoorn is van mening dat bij de bewustwording van de gevaren voor de gezondheid op dit vlak een belangrijke taak is weggelegd voor de overheid. “De verantwoordelijkheid hierbij ligt niet alleen bij de consument. Met een belerend vingertje wijzen dat zout slecht is, komt alleen maar binnen als ‘oh, we mogen weer eens iets niet’. De politiek zou meer druk moeten uitoefenen op de voedingsmiddelenindustrie om het zoutgehalte in producten terug te dringen. Er zijn landen waar dat wel al gebeurt, Nederland is hierin nog te liberaal. Zo heeft het ook (te) lang geduurd voordat er een streng beleid werd ingevoerd binnen de tabaksindustrie.”
Ah, we kunnen dus allemaal rustig achteroverleunen tot de regerende instanties een keertje in actie komen. Of is dat te makkelijk? Als je gezond wilt blijven, kan het zeker geen kwaad om zelf een stap in de goede richting te zetten. Volgens Iris Groenenberg, programmamedewerker preventie bij de Nierstichting, is het niet alleen gezond, maar ook een leuke uitdaging om in de keuken zoutbewust bezig te zijn. “Gooi gewoon het roer om! Ik heb thuis een enorme rits kruiden staan en ontdek steeds weer nieuwe combinaties. Ik spreek ook liever niet over zoutarm eten, maar over zoutbewust. Zoutarm is een dieetterm voor mensen met een hoge bloeddruk of nierschade. En helemaal zonder zout kan niet, er zit van nature een beetje zout in producten en dat is niet erg. Maar mensen realiseren zich vaak niet dat we 80 procent van het zout dat we binnenkrijgen niet zelf toevoegen. Dat zout zit bijvoorbeeld in kant-en-klaar maaltijden, sauzen, pakjes en zakjes, bewerkt vlees; je kunt het zo gek niet bedenken. Gemiddeld krijgen we per persoon 9 gram zout per dag binnen, het streven is om dat te verminderen tot maximaal 6 gram, dat helpt nierschade voorkomen.”
‘Zout, ik eet amper zout’. Veel lezers zullen zich in deze uitspraak herkennen. Tot ze de Zoutmeter op de site van de Nierstichting invullen. Dan is het toch even schrikken, als je denkt gezond bezig te zijn bij het serveren van borrelhapjes met een plakje gerookte zalm, een worstje en een toastje boerenbrie. Groenenberg: “Bij de borrel kun je bij uitstek zoutbewuste hapjes serveren. Gedroogde groenten is een prima alternatief voor chips. En erg lekker. Je kunt brie vervangen door een bolletje mozzarella met een tomaatje en basilicumblaadje. Wat mensen vaak ook lekker vinden is gesneden paprika, wortel en komkommer met een dip van yoghurt, knoflook en kruiden.
Wil je zoutbewust gaan koken, maar heb je geen idee hoe dit aan te pakken? Foodvlogger Taurai Becker van fijnproever.com is een inspirerend voorbeeld. Deze vloggende keukenprins maakt recepten waarbij je alleen al bij het lezen ervan begint te watertanden. Na twee niertransplantaties en een harttransplantatie weet niemand beter dan hij hoe belangrijk het is om zoutbewust eten te bereiden. “Maar ook voor de periode dat ik ziek werd, maakte ik al veel zelf. Ik had een kleine studentenkamer die bijna helemaal in beslag werd genomen door een enorme koelkast en een groot kruidenrek. Die kruiden in een potje maakte ik zelf, ik maalde alles met een oude koffiemolen.”
‘Zelf maken’, zo luidt zijn beste advies. “Kant-en-klaarmaaltijden? Niet doen. Gewoon lekker zelf maken. Net als pizza’s, het is echt niet zo moeilijk als je denkt. Op basis van een roux van boter, bloem en eigen gemaakte bouillon kun je heerlijke sauzen maken.” Recepten van Taurai vind je op zijn website.