14 mrt 2025
|
Industrie
Journalist: Michel de Ruyter
Door de hoge energiekosten en hevige wereldwijde concurrentie heeft de Europese industrie dringend steun nodig. De Clean Industrial Deal van de Europese Commissie moet met decarbonisatie, lagere energieprijzen, aantrekkelijke banen en gunstige voorwaarden de industrie stimuleren.
Het kader van de deal biedt bedrijven en investeerders meer zekerheid dat Europa zich blijft inzetten om tegen 2050 een koolstofarme economie te worden. De geplande maatregelen stimuleren innovatie en efficiëntie in elke productiefase. De nadruk ligt vooral op energie-intensieve industrieën als staal, metaal en chemie, terwijl de schone technologie de kern van het concurrerende vermogen moet vormen.
Verduurzaming is de enige manier om onafhankelijker te worden van de rest van de wereld
Hoge kosten De overstap naar schone energie is kostbaar en bedrijven kampen wereldwijd met oneerlijke concurrentie en complexe regelgeving. Schone technologie is onmisbaar voor een duurzamer industrieel proces, efficiënter grondstoffengebruik en minder CO₂-uitstoot. Volgens Ursula von der Leyen, voorzitter van de Europese Commissie, is Europa niet alleen een continent van industriële innovatie, maar ook van industriële productie. De vraag naar schone producten neemt echter af en sommige investeringen zijn naar andere regio’s verplaatst. De Commissie wil met de deal talloze obstakels wegnemen voor Europese bedrijven, zoals de eerder genoemde hoge energiekosten en buitensporige regeldruk. De Clean Industrial Deal moet er kortweg voor zorgen dat Europa door een duurzame transformatie weer aantrekkelijker wordt voor investeringen en industriële productie.
Situatie voor Nederland Voorzitter Ingrid Thijssen van de VNO-NCW, de grootste werkgeversorganisatie van Nederland, deelt die mening in een artikel op de website van haar organisatie. Ze stelt dat geopolitieke ontwikkelingen een sterke industrie noodzakelijk maken. Nederland en de EU kunnen niet zonder eigen productie en energie. Verduurzaming is de enige manier om onafhankelijker te worden van de rest van de wereld en concurrerend te blijven. Veel uitdagingen zijn grensoverschrijdend, waardoor Europese samenwerking noodzakelijk is. Tegelijkertijd hebben Nederlandse bedrijven te maken met strengere nationale regelgeving en hogere lasten dan sommige andere landen, wat hun concurrentiepositie verzwakt. Hierdoor blijven aanvullende nationale maatregelen noodzakelijk om dit effect te compenseren.