7 dec 2021
|
Gezondheid
Journalist: Marjon Kruize
Waar hiv in de jaren tachtig en vroege jaren negentig nog een doodsvonnis was, is dat tegenwoordig al lang niet meer het geval. We zijn zelfs al zo ver dat mensen met hiv het virus met medicatie volledig kunnen onderdrukken en niet meer kunnen overbrengen. Patiënten met hiv kunnen tegenwoordig net zo oud worden als mensen zonder, en dat brengt een aantal grote vraagstukken met zich mee.
In Nederland leven naar schatting 23.700 mensen met hiv, zo stelt Stichting HIV Monitoring. Van hen zijn er 20.612 in behandeling bij een van de 24 behandelcentra in ons land. Tegen hiv is nog steeds geen geneesmiddel of vaccin beschikbaar, maar met de juiste medicatie (vaak één pil per dag) is hiv volledig te onderdrukken. Het is dan niet langer meetbaar in het bloed en daardoor ook niet overdraagbaar. N=N, noemen we dat. En dat betekent dus dat je als persoon met hiv gewoon seks kunt hebben met je geliefde, zonder dat deze het risico loopt ook besmet te raken.
Ondanks dat het grootste gedeelde van de Nederlandse hiv patiënten die op de hoogte is van hun hiv-status onder behandeling is (95 procent, volgens de laatste cijfers van Stichting HIV Monitoring), blijft preventie een heikel punt. In het hiv maatschappelijk debat van communicatiebureau Volle Maan werd daarom uitgebreid aandacht besteed aan PrEP, de hiv-preventiepil. Iemand zonder hiv die seks heeft met iemand met hiv, of hierop risico loopt, kan deze pil nemen om te voorkomen dat hij besmet raakt met het virus. Deze pil levert een cruciale bijdrage in de ambitie om tot nul nieuwe hiv-infecties in Nederland te komen, maar wordt momenteel niet vergoed in de basisverzekering. Dat zou een drempel kunnen opwerpen voor mensen die minder te besteden hebben.
Daarnaast blijft preventie bij heteroseksuele mannen en vrouwen die risico lopen op hiv achter. Wanneer zij voor een soatest langs de huisarts of de GGD gaan, wordt de bloedtest die nodig is om hiv op te sporen vaak overgeslagen. Deze groep is onbekend en wordt dus niet behandeld, wat ertoe leidt dat er nog steeds nieuwe hiv-patiënten bij zullen komen. Zonde, want een hiv-test kan voorkomen dat iemand anderen ongemerkt infecteert en dat kan de samenleving ongeveer een half miljoen euro schelen, zo stelde Marc van der Valk, hoogleraar interne geneeskunde, in het bijzonder hiv-behandeling, aan de Universiteit van Amsterdam onlangs in NRC Handelsblad.
En niet alleen in de preventie valt nog een hoop te winnen, ook het stigma rondom hiv en aids leeft nog steeds. Uit onderzoek van de Erasmus Universiteit Rotterdam bleek dit jaar dat de kwaliteit van leven van mensen met hiv grotendeels gelijk is aan die van mensen zonder hiv, maar dat ze wel vaker kampen met angstgevoelens en depressies. “Het is natuurlijk bij elke ziekte belangrijk om goed op de mentale gezondheid te letten, maar bij hiv komt hier nog een extra lading bij, omdat een aanzienlijk deel van de mensen met hiv nog steeds last heeft van het stigma rondom de ziekte”, vertelt Guido van den Berk, internist-infectioloog in het hiv-behandelcentrum van het OLVG en voorzitter van de HappiApp foundation. “Zowel vanuit zichzelf als vanuit de omgeving en zelfs vanuit de zorg wordt er nog steeds door sommigen op een andere manier gekeken naar mensen met hiv en dat kan schadelijk zijn voor de mentale gezondheid. Een kwart van de mensen die leven met hiv ervaart psychische stress. Dat kan een grote impact op hun leven hebben en er soms zelfs toe leiden dat mensen minder therapietrouw worden.”
Want wanneer mensen in Nederland aan hiv en aids denken, denken ze al gauw aan René Klijn, de eerste bekende Nederlander met aids die doodziek in de show van Paul de Leeuw een lied zong. Zo bleek ook in een filmpje dat getoond werd tijdens het hiv maatschappelijk debat van Volle Maan. Men gaf hierin aan te denken dat mensen met hiv er waarschijnlijk slecht uitzien en dat zij erg ziek zijn. Het filmpje met Klijn was destijds baanbrekend, maar het beeld is hardnekkig hangen bij veel mensen, terwijl er sindsdien gelukkig heel veel is veranderd en verbeterd. Tijdens het debat riep hiv-consulent Loek Elsenburg De Leeuw dan ook op opnieuw een hiv-patiënt aan het woord te laten in zijn tv-programma. De hiv-zorg in Nederland is van grote klasse en iemand met hiv is al lang niet meer een doodzieke patiënt, maar een mens als ieder ander. Dat moeten we laten zien.