Deel dit artikel:

30 jan 2023

|

Gezondheid

Mobiliteit: de levensader van Nederland

We zijn bijna aan het einde van een jaar dat andermaal bijzonder was voor de mobiliteitssector. Gelukkig gingen we weer massaal de deur uit, maar dat leidde soms wel weer tot grote drukte in het openbaar vervoer en op de weg. Veel sectoren kregen te maken met personeelstekorten en dat was ook het geval in het ov. Dat hebben de reizigers helaas gemerkt. In de coronaperiode hebben we vaak gesproken over “het nieuwe normaal”. Nu Nederland weer (volop) in beweging is gekomen, lijken de opgaven waar we voor staan op gebied van mobiliteit duidelijk(er) geworden.

De coronacrisis bracht grote veranderingen met zich mee. Ingeslepen reispatronen verdwenen als sneeuw voor de zon en maakten – deels tijdelijk, deels blijvend - plaats voor nieuwe routines. Het was een jaar dat vrijwel volledig vrij was van beperkende coronaregels en biedt daarmee een kijkje in de toekomst. Het geeft inzicht in hoe dat ‘nieuwe normaal’ eruit ziet, met nieuwe (reis)patronen. 

 


Het antwoord zit in de data, en daaruit blijken die nieuwe reispatronen. Een gemiddelde mobiliteit-week verloopt nu zo: maandag best druk, dinsdagen en donderdagen heel druk op zowel de weg als in het OV. Op woensdagen en vrijdagen is Nederland deels vrij en werkt deels thuis. En op zaterdagen gaan meer mensen op pad, waarvan een groter deel met de trein.

 


Voor OV-reizigers was de kans dit jaar - jammer genoeg – groot dat ze gevolgen ondervonden van personeelstekorten. Die zijn er overigens lang niet alleen bij NS. Het is een groot maatschappelijk probleem dat breed speelt, ook in de mobiliteitssector. Als branche trekken we alles uit de kast om de gevolgen voor reizigers te beperken en dat zal ook in 2023 nodig blijven.

 


Omdat enerzijds de personeelstekorten niet zomaar opgelost kunnen worden, maar anderzijds de reispatronen veranderd zijn, lijkt het logisch dat ov-bedrijven hun dienstregeling tegen het licht houden. Wanneer dienstregelingen optimaal op de nieuwe reispatronen zijn afgestemd, zal dat drukte doen afnemen en tevredenheid van reizigers vergroten.

 


Een belangrijke grote opgave voor komende jaren is het onderhoud en beheer van onze infrastructuur, toch de ruggengraat van mobiliteit. Het kabinet heeft hiervoor terecht meer geld gereserveerd, want de staat van een deel van de infrastructuur wordt soms problematisch. We moeten snel aan de slag om de kwetsbare punten aan te pakken.

 


Dat geldt net zozeer voor de bereikbaarheid van al die nieuwe woningen die de komende jaren gebouwd worden. Ook daar heeft het kabinet geld voor uitgetrokken. Voor de broodnodige fietsinfrastructuur en voor aansluitingen op OV en snelwegen. Helaas is voor nieuwe bouwopgaven de stikstofcrisis een sta-in-de-weg. Daarvoor zal dus stikstofruimte moeten worden gevonden, zodat we ook daar aan de slag kunnen.

Met de Mobiliteitsalliantie hebben we in 2019 het Deltaplan 2030 gelanceerd. Daarin staan doelen geformuleerd die stuk voor stuk goed en relevant waren toen we met alle partners de handtekening eronder zetten. Maar mede door de coronacrisis en de oorlog in Oekraïne is de wereld nu zo ingrijpend veranderd, dat het plan aan herijking toe is. Een nieuwe versie is op komst.

 


Ik kan al verklappen dat daarin een belangrijke boodschap zal blijven doorklinken. Treffend beschreef Frits van Bruggen die boodschap in zijn voorwoord bij het vorige plan: ‘Mobiliteit is een levensbehoefte’. Hij had natuurlijk volledig gelijk, want mobiliteit hangt met vrijwel alles samen. Voor Nederland is mobiliteit als een levensader waar veel van afhankelijk is. Als die levensader verstopt raakt, functioneert de rest ook niet goed meer. We moeten en gaan alles doen om dat te voorkomen, en ik heb er alle vertrouwen in dat we zullen slagen.

 

 profielfoto-jeroen-fukken-10-hr.jpg

Jeroen Fukken,

Directeur Strategie en Innovatie bij NS en directeur Mobiliteitsalliantie.

Gesponsord