23 mrt 2023
|
Gezondheid
Kennisnetwerk Nevi, een vereniging van professionals in de inkoop- en supply chain-sector, heeft zich in zijn bestaan van de afgelopen 65 jaar ontwikkeld tot het belangrijkste samenwerkingsverband voor deze beroepsgroep. Die status krijgt wederom extra verdieping door de opleiding Supplier Relationship Management, die Nevi dit jaar introduceert.
Het kennisnetwerk Nevi hecht er veel waarde aan om zijn positie als deskundige en professionele partner te bestendigen. Die ambitie kent tal van verschillende facetten, waaronder het stimuleren van wetenschappelijk onderzoek en onderwijs op terreinen als supply chain-, inkoop- en contractmanagement. Een deel van de inkomsten wordt gebruikt om een vijftal Nevi-leerstoelen aan universiteiten financieel te ondersteunen.
Lizan Molmans, algemeen directeur van Nevi, zei tijdens haar aantreden in oktober vorig jaar dat het haar missie is om met Nevi en haar relaties duurzame impact te maken op het inkoopvak. Ook het ondersteunen van wetenschappelijk onderzoek maakt daar deel van uit. Molmans: “We vinden het vooral belangrijk dat Nevi op alle fronten een grote bijdrage heeft aan het waarborgen van de benodigde kwaliteit en deskundigheid van de beroepsgroep. Mijn ambitie is dat organisaties ons opleidingenpakket als voorwaarde zien bij indiensttreding of als logisch onderdeel van de professionele ontwikkeling in combinatie met onze netwerkactiviteiten. In veel gevallen is dat al zo. Gisteren kwam ik in contact met een klant die liet weten dat die zeer te spreken was over de professionaliteit van de inkoper die wij hadden opgeleid en met name de direct zichtbare praktische toepasbaarheid in zijn functie. Dat is absoluut een zeer positieve reactie.”
Haar reactie past naadloos in de actualiteit, waarin er een groot tekort is aan goed opgeleide inkoopprofessionals terwijl hun positie steeds meer zichtbaarheid krijgt. Ook het inkoopvak heeft immers van doen met de turbulentie op het wereldtoneel: globale spanningen zoals de oorlog in Oekraïne hebben de aanvoerroute van materialen fors complexer gemaakt, grondstoffen worden almaar schaarser, juist ook daardoor wordt de relatie met toeleveranciers bemoeilijkt, wereldwijd groeit de aandacht voor sustainability, noem maar op. “De meeste publieke en private organisaties zijn voor 60 tot 70 procent van hun omzet afhankelijk van externe bronnen. Er wordt dus sterk geleund op leveranciers voor het realiseren van bedrijfsdoelstelling. Dat brengt de inkoopmanager steeds meer tot een centrale plek in de organisatie, terwijl de werkzaamheden zelf eveneens almaar complexer worden. Grondstoftekorten bijvoorbeeld leiden ertoe dat er scherpere condities worden gesteld aan afnemers. Ook van de inkoper wordt verwacht dat die naast het beoordelen van de inhoud van een contract, ook een manier weet te vinden voor de toelevering van grondstoffen door bijvoorbeeld samen met R&D op zoek te gaan naar alternatieven teneinde de verkoop van de eigen producten en diensten veilig te stellen. Ook circulariteit, denk aan hergebruik of andere designs, is echt een alternatief voor aanvoer geworden, daar waar het eerst vaak als te duur en te complex werd aangemerkt. Nu is alles duur en complex.”
Kennisnetwerk
Nevi heeft duidelijk meer ijzers in het vuur om professionals en organisaties te helpen het vakgebied naar een hoger plan te tillen, Nevi wil zich graag manifesteren volgens het model van een ‘Vereniging 3.0’ met een breed pallet aan diensten en businessmodellen. En één van de middelen om de ruim 48.000 Nederlandse inkoopprofessionals met elkaar te verbinden is het online community platform Inside Procurement, dat open staat om goede ideeën en best practices tussen vakgenoten te delen. “Gebruik ervan gebeurt op een zeer laagdrempelige manier, waarbij deelnemers direct met elkaar zonder tussenkomst van Nevi in contact staan.”
Een andere Nevi-dienst waar veel waardering voor bestaat, is het uitbrengen van een maandelijkse inkoopmanagersindex, de Nevi PMI. Deze index wordt samengesteld door Standard & Poor (voormalig IHS Markit) en gepubliceerd in samenwerking met ABN AMRO. Molmans: “Wat we in de markt merken, is dat dit instrument steeds relevanter en interessanter voor de beroepsgroep wordt. Deze index wordt niet alleen uitgelezen om te weet te komen hoe het de economie ervoor staat, maar kan tevens een rol spelen bij gesprekken met leveranciers. Als de index een signaal afgeeft dat er een tekort of juist overschot aan materiaal ontstaat, kun je dat signaal meenemen in je onderhandeling. Bij een oplopend tekort bijvoorbeeld is het zaak direct te handelen om een scherpe prijsstijging voor te zijn.”
Molmans stipte net de professionalisering van gesprekken met leveranciers aan. Wat ze belangrijk vindt om daarbij te melden, is dat inkoopvak al lang niet meer uitsluitend gericht is op het bedingen van de laagste prijs. Een goede verstandhouding met leveranciers is minstens zo belangrijk. Die verstandhouding kan zelfs de vorm aannemen van het verbinden op overeenkomsten in bedrijfsmissies, bijvoorbeeld om het thema duurzaamheid hoger op de agenda te krijgen of innovatie in de keten aan te jagen. “Dat gaat dus verder dan het uitsluitend het maken van financiële, logistieke of juridische afspraken over de specifieke dienst of productlevering. In deze gezamenlijkheid kun je een duidelijk signaal afgeven naar de markt toe, terwijl je elkaar versterkt in de samenwerkingspositie. Een contract van 80 miljoen euro is meer dan een transactionele activiteit, maar heeft ook invloed op elkaars positie in de markt.”
Nieuwe opleiding
Waar Molmans tot slot aandacht voor vraagt, is de nieuwe opleiding Supplier Relationship Management (SRM), die dit jaar van start gaat. Deze opleiding richt zich vooral op het adequaat inspelen op ontwikkelingen en verdiepen in het managen van de relaties en contracten met leveranciers. “Ook dat heeft te maken met eerder genoemde actualiteit, waarin we geconfronteerd worden met schaarste van mensen en middelen. Afnemers die op meerdere niveaus kunnen bijdragen aan de kwaliteit van de samenwerking wordt naast het potentieel vergroten van de gezamenlijke waarde bovendien meer gegund dan de concurrent die uitsluitend aast op de laagste inkoopprijs.”