Deel dit artikel:

28 feb 2018

|

Gezondheid

Nieuwe technieken maken langer thuiswonen mogelijk

Journalist: Tamara Franke

De verwachting is dat in 2040 het aantal 80-plussers meer dan verdubbeld is, het aantal 65-plussers met 30% zal stijgen en het aantal 90-plussers met 17%. Om deze snelgroeiende groep ouderen zo lang mogelijk én zo goed mogelijk thuis te kunnen laten wonen wordt er steeds meer gebruik gemaakt van technologische ontwikkelingen binnen de zorg.

Er zijn al apparaatjes voor gasdetectie, slimme camera’s die kijken of de koelkast dicht is en een elektrische pillendoos die registreert of de medicatie is genomen. Een alarmknop voor ouderen die alleen wonen zit standaard in het zorgpakket en er is gps die registreert of iemand verder van huis gaat dan gewoonlijk. Er zijn talloze handige hulpmiddelen. Maar wat volgens professor Onno van Schayck echt het verschil gaat maken is het toepassen van technische ontwikkelingen bij het proactief monitoren van chronische ziektes zoals dementie en COPD. Van Schayck is medisch leider bij het Centre for Care Technology Research (CCTR) en houdt zich onder andere bezig met technologische toepassingen binnen de zorg.

 Techniek kan helpen bij het behouden van de zelfstandigheid, maar ook bijvoorbeeld bij revalidatie op afstand. Ben Kröse, hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam bij het Instituut voor Informatica en gespecialiseerd in het gebruik van technologie binnen de zorg, voert met zijn onderzoekteam een pilot uit met beweegsensoren en leefstijlmonitoring bij alleenwonenden met dementie. De sensoren registreren of er bijvoorbeeld een verschuiving is naar meer activiteit in de nacht, of dat iemand door huis dwaalt, of door de buurt. Als dit zo is kan de verpleegmanager of verpleeghulp gerichte actie ondernemen. Ook voor revalidatie kunnen vormen van e-health worden toegepast. Kröse: “Thuismonitoring is heel geschikt voor het volgen van oefentherapie. Therapeuten kunnen inloggen en het verloop van de patiënt zien en hun begeleiding daarop aanpassen.”

Van Schayck en zijn team hebben een ziektelastmeter voor COPD ontwikkeld. Het is een App die je kunt downloaden op I-pad of telefoon. De ziektelastmeter stelt een aantal vragen naar hoe iemand zich voelt en naar factoren waar COPD invloed op heeft. Vervolgens verschijnen er een aantal ballonnetjes op het scherm, domeinen die slecht scoren geven een rood ballonnetje, domeinen die goed scoren een groen ballonnetje. Via een druk op de ballon verschijnt er ‘evidence based’ advies in beeld. “De ziektelastmeter COPD geeft de regie aan de patiënt. Vroeger kwam je een keer in de drie tot zes maanden bij een specialist. De ziektelastmeter kun je zo vaak uitvoeren als je wilt, alleen of met een zorgverlener. Mensen hebben zo meer grip op hun ziekte, je ziet direct het effect van veranderingen in je leefpatroon. We zijn nu bezig met de ontwikkeling van een vergelijkbare App voor astma en diabetes.” 

Dat techniek dus van groot belang is in de gezondheidszorg staat buiten kijf. Maar de technische vooruitgang is niet zonder gevaar. Kröse en Van Schayck benadrukken beiden dat het belangrijk is dat er goed wordt nagedacht over de privacy. En dat al deze nieuwe vormen van zorgverlening goed worden vastgelegd in protocollen. Want techniek mag nooit losstaan van zorg- en behandelprotocol.

Gesponsord