Deel dit artikel:

19 dec 2018

|

Gezondheid

Plaats AED’s buiten in de woonomgeving

Journalist: Mark van Seggelen

De inzet van een AED vergroot niet alleen de overlevingskans, maar kan ook blijvende schade voorkomen. Na geslaagde reanimaties herstelt 90% volledig. Jolande Zijlstra van het AMC in Amsterdam pleit voor meer AED’s aan woongevels. Ze deed onderzoek naar het gebruik van AED’s in twee regio’s. 

Sinds 2007 is er in Nederland een oproepsysteem waarbij burgerhulpverleners via de 112-alarmcentrale een oproep krijgen bij een hartstilstand in hun buurt. Maximaal dertig mensen bereikt deze oproep. Eenderde wordt direct naar het slachtoffer gestuurd. Tweederde krijgt het verzoek om een AED (automatische externe defibrillator) op te halen. Meer dan 170.000 burgers hebben zich inmiddels voor dit reanimatieoproepsysteem aangemeld. 


Jolande Zijlstra deed onderzoek naar het gebruik van AED’s in Twente en Noord-Holland Noord. ”Uit de verzamelde data van de reanimaties, blijkt dat de inzet van het reanimatieoproepsysteem bijdraagt aan een snellere hulpverlening; van het moment van het bellen van 112 tot het geven van de elektrische schok.” 


De gegevens waarover Zijlstra beschikte waren: waar was de reanimatie, na hoeveel minuten was de ambulance er en waren burgerhulpverleners bezig met reanimeren? Bij de inzet van een AED werd het apparaat uitgelezen. Ook wilde Zijlstra weten of de AED werd ingezet in het publieke domein (zoals straat of publiek gebouw) of in de woonomgeving. ”In de regio’s waar mijn onderzoek zich op richtte, bleek dat het reanimatieoproepsysteem bijdraagt aan een snellere hulpverlening. Binnen enkele minuten zijn burgerhulpverleners al bij het slachtoffer om borstcompressie en beademing te geven. En snel daarna arriveert een burgerhulpverlener met een AED. De professionele hulpdiensten nemen daarna de zorg over. De kans om te overleven na een hartstilstand neemt iedere minuut af met zo’n 8 tot 10%. ”Als er binnen 6 minuten een schok wordt gegeven door een AED, neemt de kans om een hartstilstand te overleven aanzienlijk toe. 


Het doel dat minimaal 1% van de Nederlandse bevolking burgerhulpverlener is, werd vorig jaar gehaald. Idealiter zou een hulpverlener binnen 6-minuten bij het slachtoffer moeten zijn en de eerste schok met een AED toedienen. Dat streven wordt echter nog niet vaak genoeg gehaald. De dichtheid van het aantal burgerhulpverleners en het aantal AED’s verschillen per regio. Vooral in de Randstad is er een tekort aan burgerhulpverleners en AED’s. ”Mogelijk voelen inwoners zich minder betrokken bij hun omgeving. En daarnaast zijn AED-eigenaren in die regio’s vaak bang dat hun AED gestolen wordt als deze buiten hangt.” 


Zijlstra merkt op
dat als gemeenten AED’s ophangen, de commitment van burgers minder groot is, dan wanneer burgers zelf een AED aanschaffen. “Een gezamenlijk initiatief vanuit de buurt, met goed getrainde burgers, leidt tot het beste resultaat.”


Bekend is dat mensen veelal ’s nachts of ’s avonds een hartstilstand buiten het ziekenhuis krijgen. Niet alle aangemelde AED’s zijn 24 uur per dag beschikbaar. Deze AED’s hangen veelal binnen in gebouwen die vaak ’s avonds en in het weekend gesloten zijn, zoals kantoren of supermarkten. ”Wij willen dat de apparaten buiten hangen op een zichtbare plek.” Opmerkelijk dat er in ons land zo’n 100.000 AED’s zijn verkocht, waarvan er maar zo’n 13.000 aangemeld zijn bij het reanimatieoproepsysteem. 

Gesponsord