Deel dit artikel:

25 mrt 2022

|

Maatschappij

‘We hebben behoefte aan goede voorbeelden’

Journalist: Jerry Huinder

|

Foto: Persfoto

Langzaam, maar gestaag. Zo is de reis van Annemarie van Doorn met als eindbestemming een duurzaam gebouwde omgeving het best te omschrijven. Maar dat de eindbestemming bereikt zal worden, daarover mag geen twijfel zijn. “Het gevoel dat het moet, dat gaat echt niet meer weg.”

Een kleine veertien jaar geleden nam Annemarie van Doorn het initiatief om de Dutch Green Building Council op te zetten, een onafhankelijke maatschappelijke organisatie die de bouwbranche ondersteunt in het aanjagen en toepassen van innovatieve oplossingen, het leggen van verbindingen met de markt en overheid, en het delen van kennis over CO2-neutrale, circulaire, gezonde en klimaatadaptieve gebouwen en gebieden. Noodzakelijk, want zonder iets te doen aan de CO2-uitstoot van de gebouwde omgeving, heeft het slagen van het Klimaatakkoord weinig kans: maar liefst 39 procent van de CO2-uitstoot wereldwijd komt van de gebouwde omgeving. Terugkijkend op de afgelopen veertien jaar, is Van Doorn tevreden, maar: “Het gaat nog steeds te langzaam. Gelukkig zie ik het kantelmoment wel naderen, waarna het opeens heel snel zal gaan, met name op het gebied van energie, materiaalgebruik en klimaatadaptatie.”

 
Waarom kijkt u tevreden terug, als het na veertien jaar nog steeds te langzaam gaat? 

“Omdat we in de gebouwde omgeving echt goede stappen maken. Toen ik startte, was er niks. Nu hebben we BREEAM (Building Research Establishment Environmental Assessment Method: een duurzaamheidskeurmerk voor het realiseren van duurzame gebouwen met minimale milieu-impact, red.), zijn we aan de klimaattafels bezig geweest, proberen we ons aan de afspraken van Parijs te houden. Iedereen vindt verduurzaming in de gebouwde omgeving tegenwoordig logisch, maar dat is niet altijd zo geweest. En natuurlijk lukt het niet altijd, maar het gevoel dat het moet, dat gaat echt niet meer weg.”

 
Was er een omslagpunt waarop u dacht: dit gaat niet meer weg?

“Ja, dat omslagpunt is nu, we zitten er middenin. Nu zien we hoe afhankelijk we zijn van Rusland en hoeveel impact prijsstijgingen hebben. En er was al corona, gecombineerd met een aantal milieurampen in de afgelopen zomers; al die factoren zorgen er echt voor dat iedereen zich er op dit moment van bewust is dat het anders moet. We gaan een tijdperk in waarin je echt moet laten zien dat je goed bezig bent, omdat de gebruikers dat eisen én doordat alles heel snel op straat ligt. De wereld is zo transparant geworden dat bedrijven die niet meedoen, snel gezien worden. De tijd van greenwashing is wel voorbij. Er is straks geen andere keuze meer dan de duurzame keuze.”

 
Tevreden dus, maar niet met het tempo. Is dat frustrerend?

“Ja, soms wel. Waar we behoefte aan hebben, zijn goede voorbeelden. Van projecten, mensen binnen de branche, financieringsmogelijkheden, internationale successen. Er wordt mij vaak gevraagd: geef me nou eens een voorbeeld van een goed circulair gebouw en ik merk dat ik dan te snel door mijn voorbeelden heen ben. Zelfde geldt voor een Paris Proof gebouw, die zijn nog moeilijk te vinden.”

 
Wat is op dit moment het belangrijkste om voor elkaar te krijgen?

“Dat alle partijen echt invulling gaan geven aan het klimaatakkoord. We hebben daar allemaal onze handtekening onder gezet, en nu moet het gaan gebeuren. En dan kijk ik vooral naar de financiële sector, de investeerders. Vanuit de Europese Commissie wordt daar via de EU Taxonomy nu ook werk van gemaakt, met een label op investeringen: wat is nou echt een groene investering en wat niet? We moeten er naartoe dat investeerders alleen nog instappen in duurzame projecten, want dat betekent dat we nog maar één kant op kunnen, de kant van groen. Duurzaamheid wordt nu nog niet altijd vanaf de tekentafel meegenomen en dat zal wel moeten. Het moet een integraal onderdeel zijn bij elk project, of het nou een renovatie of nieuwbouw is. Duurzaam moet vanaf het allereerste moment opgenomen worden in de eisen.”

 
Moet duurzame keuze de gemakkelijkste keuze worden?

“Eens, dat is heel belangrijk. Wij zijn daar als organisatie ook veel mee bezig: hoe maak je een duurzame keuze nou makkelijk? Of je nou belegger bent, consument of een groot bouwbedrijf: we hebben allemaal gemak nodig. Het moet behapbaar zijn, want daardoor wordt het bereikbaar. Zeker voor consumenten. Mede hierom zijn we onlangs ook de Coalitie Duurzame Eindgebruikers Huisvesting gestart. We weten allemaal dat we iets moeten, maar hoe dat er dan precies uitziet, dat weten we niet. Die coalitie is bedoeld voor die stip op de horizon: wat zet echt zoden aan de dijk, waar moeten we naartoe? Wat is de route naar Parijs?”

 
Mensen denken bij duurzaam bouwen vooral aan het verminderen van CO2-uitstoot. Is dat terecht? 

“Nee. Als wij kijken naar duurzaamheid, dan kijken we naar CO2, circulariteit, klimaatadaptiviteit en gezondheid. Al die factoren spelen minstens een even belangrijke rol. En vergeet betaalbaarheid niet. Want we kunnen de mooiste, duurzaamste gebouwen neerzetten, maar als het niet meer betaalbaar is voor de gemiddelde Nederlander, dan heeft het geen zin.”

 
Waar moeten we aan denken bij klimaatadaptieve gebouwen?

“Gebouwen die overtollige regenval aankunnen, die hittebestendig zijn of gebouwen die bestand zijn tegen stormen, zoals we in februari hebben ervaren. Kortom, gebouwen die bestand zijn tegen weersextremen, veroorzaakt als gevolg van klimaatverandering. Dit is ook iets dat beleggers graag willen, dat ze kunnen laten zien dat ze investeren in bedrijven die naast Paris Proof ook climate proof zijn. Nu moeten de andere partijen nog mee, maar ik zie dat snel gebeuren. Een beetje cru gezegd misschien, maar nog één rampenzomer en iedereen staat in de rij om zijn gebouwen klimaatadaptief te maken. We zijn nu ook samen met de overheid bezig met een framework op te stellen over wat dat nou is: een klimaatadaptief gebouw. Daar is heel veel behoefte aan.”

 
Wat verwacht u van het nieuwe kabinet op het gebied van duurzaam bouwen?

“Consistentie in beleid is het allerbelangrijkste. Het bedrijfsleven moet de grote gangmaker zijn, die zijn aan zet om het tempo erin te krijgen, maar de kaders moeten wel duidelijk zijn. Gaan we voor waterstof? Prima, dan houden we daar rekening mee, maar dan moet dat wel zo blijven. Als de overheid de kaders schept, dan neemt het bedrijfsleven wel het initiatief, daar ben ik zeker van. Daar staan alle signalen op groen.”

 
Tot slot: over een jaar bestaat de Dutch Green Building Council 15 jaar. Wat zou u het liefst in uw speech willen aankondigen?

“Wat ik dan echt hoop is dat het ons is gelukt om iedereen te helpen die op de een of andere manier ‘iets wil met duurzaam’. Dat iedereen die iets met duurzaam wil, een handelingsperspectief heeft.”

 p-30-31-annemarie-van-doorn-3.jpg

Feiten

Annemarie van Doorn is directeur van de Dutch Green Building Council. Daarmee wil ze de gebouwde omgeving duurzaam en dus toekomstbestendig maken. En dat is volgens haar hard nodig, want de branche is verantwoordelijk voor 40 procent van de CO2-uitstoot. Voorheen werkte ze als initiator en directeur van de Green Business Club Nederland en daarvoor weer jarenlang bij ABN AMRO, onder andere op de afdeling Corporate Sustainable Development. 

Gesponsord