Deel dit artikel:

24 mrt 2021

|

Gezondheid

‘Wij hadden meer moeten inzetten op Nederland zo fit mogelijk krijgen’

Journalist: Jerry Huinder

Dat mensen zich minder aan de preventieve regels houden? Volgens Diederik Gommers hoort het een beetje bij onze cultuur, dus storend vindt hij het niet. “Het belangrijkste is dat we kunnen constateren dat het ondanks onze eigen invulling van de regels eigenlijk nog best wel goed gaat.”

Opeens moest hij als bondscoach van het Nederlandse team op televisie verschijnen. En op de radio werd zijn mening gevraagd. Politici wilden weten hoe hij erover dacht. Hij ging in gesprek met de Nederlandse bevolking, ook op platformen waar hij nog nooit was geweest. Hij maakte zelfs een Instagram-account aan om jongeren te bereiken. Zodat iedereen, van jong tot oud, van Groningen tot Maastricht, wist wat zijn opstelling was. Diederik Gommers, bondscoach van de Intensive Care heeft, op zijn zachtst gezegd, een bijzonder jaar achter de rug. “Ik was natuurlijk al een tijdje voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Intensive Care (NIVC), maar de verantwoordelijkheid is wel groter geworden. Nu is het zo dat als Diederik iets zegt, dat impact heeft op de hele Nederlandse bevolking. Maar Diederik weet ook niet alles, dus ik ga graag het gesprek aan.”


Ook met je achterban? Want de mening die je ventileert is natuurlijk niet jouw mening.

“Precies. Toen ik bijvoorbeeld op 30 december op televisie zei dat ik echt vond dat de intensivisten en de IC-verpleegkundigen eerder gevaccineerd moesten worden, was dat echt een oproep vanuit mijn leden. Maar omdat ik toevallig die dag – en dat was echt toevalligheid – naar Nieuwsuur zou gaan en Ernst Kuipers daarbij aansloot, krijgt dat opeens heel veel impact. En dan is het voor de politici bijna niet meer tegen te houden. Dan wordt mij gevraagd: ‘Had je dat wel moeten zeggen?’, maar ik zit daar in de rol van voorzitter en het was een heel duidelijke opdracht vanuit de vereniging omdat we ons zorgen maakten over te veel uitval van IC-verpleegkundigen.”


Word je weleens gek van de meningen van die zestien miljoen andere bondscoaches?

“Nou, ik heb altijd best wel een stevige mening en ik hou van discussie. In mijn persoonlijkheid past wel dat je met elkaar discussieert om uiteindelijk tot een consensus te komen. Ik zie het ook nooit als Diederik die iets beslist, ik ben heel erg een teamplayer. We moeten dat met elkaar doen, zo’n crisis oplossen.”


Maar doen we dat nog wel samen? Waar ik woon, zie ik nog maar weinig mensen afstand houden en heel veel handen wassen, toch twee basisregels in de preventie.

“Nu het warmer wordt, gaat dat vaker mis. Mij gaat het erom: hoe kunnen we nog een beetje leven en tegelijkertijd ook dat virus onder controle houden? Eerst hield iedereen zich heel erg goed aan de regels, nu wat minder. Studenten hebben de avondklok opgelost door bij elkaar te blijven slapen. Mensen nodigen meer dan één persoon uit om te komen eten. We geven nu wat meer een eigen invulling van de regels en dat past ook wel bij onze cultuur. We leven nu echt met het virus en ik vind het mooi dat we dingen doen en er dan bovenop zitten om te kijken of het kan. Het belangrijkste is dat we kunnen constateren dat het ondanks onze eigen invulling van de regels eigenlijk nog best wel goed gaat. Nog een maand of twee en dan komt dat kantelpunt eraan.”


Maar voel je dan geen irritatie? Ik kan me voorstellen dat je denkt: jongens, kom op, heel even nog. 

“Ja, want als je bij mij de IC oploopt… Wij doen al vier maanden hetzelfde, wij hebben helemaal niet het idee dat het beter gaat. Die patiënten liggen er en zijn nog steeds ontzettend ziek. Maar ik snap ook die sociale druk voor versoepelingen, dus ik vind wel dat je daar geen oogkleppen voor moet hebben. Je moet zoeken naar mogelijkheden. Ik kijk als IC-arts naar het hele lichaam en daar hoort ook de mentale staat bij.”


Als je naar de mentale staat van mensen kijkt, en naar het feit dat er op de IC bij COVID-patiënten vaak overgewicht wordt geconstateerd, snap je dan dat het kabinet sporten beperkt?

“Nee, dat snap ik absoluut niet. Op een gegeven moment kwam de informatie dat zwaardere mensen meer risico hadden om in de problemen te komen en toen hadden we eigenlijk gelijk moeten zeggen: oké, we gaan echt iets aan preventie doen, we gaan zorgen dat die Nederlander fit is, goed eet, beweegt, ga zo maar door. We hadden de kans om mensen echt te motiveren gezonder te leven, want mensen gaan uit zichzelf al meer naar buiten, meer de natuur in. Sporten toestaan was wat mij betreft een betere strategie geweest dan scholen weer open laten gaan. Gelukkig mag er op sportgebied nu weer meer.”


Maar nog niet heel veel. 

“Ja, ik ben het helemaal met je eens. We hebben het heel erg over de bedrijven en de terrassen open en ik merk aan mezelf dat ik daar een beetje geïrriteerd van raak. Versoepelen hoort nu bij terrassen. Maar het gaat toch niet om terrassen? Het gaat eigenlijk om sporten om gezond te blijven.”


En als je kijkt naar testen in het kader van preventie? Is dat iets waar je achter staat?

“Ja, maar voor ons is het vooral vaccineren. Uit studies uit Schotland blijkt dat 94 procent van de mensen met één prik van AstraZeneca niet meer naar het ziekenhuis kwam. En ook na Pfizer. Voor ons gaat het uiteindelijk om de overbelasting van de IC. Met het testen van mensen probeer je het aantal besmettingen te verlagen en dat is altijd goed, maar besmettingen zeggen eigenlijk niks. Stel je voor dat de besmettingen van vier- naar zesduizend gaat, maar het zijn vooral jongeren, dan zullen er wel een paar heel ernstig ziek worden, maar niet veel. In september zagen we het aantal besmettingen toenemen, maar het was toen vooral onder studenten en jongeren, en daar hadden we eigenlijk weinig last van. Dus ik vind het goed dat je zegt: oké, dat testen doen we voor de zekerheid om het risico dat ouderen besmet raken te verminderen, maar om de ziekenhuizen te ontlasten is het echt vaccineren, vaccineren, vaccineren. Die test om mensen meer vrijheid te geven heeft minder invloed op de ziekenhuisopname.”


Het omslagpunt komt eraan zei je net. Als dit allemaal achter de rug is, welk beeld blijft dan op jouw netvlies hangen?

“Toen ik me in de laatste week van maart realiseerde dat het zo hard ging en dat we in de buurt van de maximale IC-capaciteit kwamen, dat had ik nooit verwacht. Zeker niet in zo’n rijk land als Nederland. We zaten nog echt in de bol.com-mode: we komen iets tekort, we zijn een rijk land, we bestellen het en morgen wordt het geleverd. Mondkapjes beademingsapparaat, noem maar op. Maar ineens ging dat hele land op slot, de grenzen gingen dicht en toen dacht ik: tjeetje jongens, wat zijn wij eigenlijk slecht voorbereid, inclusief ikzelf. En als ik nu achteraf de film terugdraai dan besef ik me dat het eigenlijk niet kan dat de IC maar zo weinig reservecapaciteit heeft en dat daardoor een heel land platgaat.”


En is dat in het kader van preventie dan misschien wel de belangrijkste les?

“Ja, want je moet niet alleen maar denken: we hebben een probleem, we maken er wel een paar bedden bij, we kopen apparatuur en we lossen het probleem op. Nee, je moet eigenlijk veel meer op die preventie inzetten. We moeten veel meer naar die preventie toe, zodat je de IC-bedden helemaal niet nodig hebt.”

Gesponsord