‘Ik mis de laatste tijd de fut en energie om iets te ondernemen en het kost me dan ook meer moeite om het initiatief daarvoor te nemen, depressief ben ik niet, maar het is niet meer zoals vroeger. Ook is de energie voor de seks sterk achteruitgegaan, terwijl we vroeger een bloeiend seksleven hadden. Ik ben dan wel iets ouder, maar het is toch opvallend.’
Herken je deze beschrijving? Dan kan het heel goed zijn dat er een tekort aan testosteron in het spel is. Bij een testosterontekort vermindert of verdwijnt het seksueel verlangen, de energie en de spieren nemen af. Soms wordt bij mannen die deze klachten hebben het stempel ‘depressie’ opgeplakt, maar daar is vaak geen sprake van. Natuurlijk kan er sprake zijn van een depressie, maar dan moet er ook pertinente somberheid bestaan en minder zin om te leven, gepaard met zware gedachten.
Testosteron is een belangrijk stofje voor de man. Het helpt niet alleen seksuele gevoelens op te wekken, maar zorgt er ook voor dat een man zich lekker voelt. Het wordt voornamelijk in de testikels geproduceerd en neemt in de puberteit in hoeveelheid toe waardoor secundaire geslachtskenmerken, zoals beharing, zware stem, groei van de testikels en spiergroei, worden opgewekt en wat ook voor stevige botten zorgt. Het wordt aangestuurd door de hypofyse in de hersenen. De hoeveelheid testosteron neemt toe tot in de dertiger jaren van het leven en daalt daarna weer langzaam met één tot twee procent per jaar. Omdat er zoveel testosteron wordt gemaakt, merk je daar meestal niets van tot na het vijftigste levensjaar. Daarna kunnen langzaam klachten ontstaan, zoals seksuele klachten en afname van de spieren en energie. Een laag testosteronniveau is ook direct gerelateerd aan een kortere levensverwachting, dus het aanvullen van testosteron kan nuttig zijn.
Daarnaast kan je de achteruitgang van het testosteron ook voorkomen. Vooral door gezond te leven, goed te eten en stress te vermijden, maar ook met behulp van weerstandstraining, zoals trainen in de sportschool kan het testosteron langer hoog blijven. Pas als het testosteron onder een bepaalde drempel terechtkomt ontstaan er klachten.
Als de klachten zich voordoen is het slim dit te bespreken met de (huis)arts. Echter, niet elke huisarts is goed op de hoogte van de klachten die zich bij een testosterontekort voordoen. Bij herhaling een bloedtest doen naar het testosteron niveau in het bloed kan daarbij helpen. Het is goed te weten of de capaciteit van de testikels te klein is (geworden) of dat de aansturing van de hypofyse niet goed meer werkt. Als de capaciteit van de testikels te klein is, zal de hypofyse juist harder signalen sturen om te testikels te activeren, door afgifte van een aansturingshormoon. Bij de achteruitgang die te maken heeft met de natuurlijke levensloop is er geen verhoogd aansturingshormoon meer, het wordt allemaal minder.
Gelukkig is er tegenwoordig goede behandeling voor testosterontekort met behulp van testosterongel en in sommige gevallen van ernstig tekort aan testosteron kunnen ook testosteron injecties worden toegediend. Bij de behandeling zal in eerste instantie de energie weer wat terugkomen en pas na heel lange behandeling komt de seksualiteit ook weer op gang. Het nadeel ervan is dat je wel afhankelijk wordt van testosterontoediening omdat door toediening van buitenaf de eigen productie in de testikel daalt. Er is immers al genoeg testosteron in het lichaam. Ook de kwaliteit van het zaad neemt hierdoor af. Bij een kinderwens is het dan ook niet aan te bevelen direct testosteron toe te dienen en zal eerder de hypofyse gestimuleerd worden om de testikels aan te zetten tot de productie van goede kwaliteit zaad.
Als er te veel testosteron in het bloed komt kan dat leiden tot bijwerkingen, zoals te dik bloed omdat het beenmerg waar het bloed wordt aangemaakt ook wordt gestimuleerd om meer rode bloedcellen aan te maken. Het advies is om bij genoemde klachten naar de dokter te gaan en om een testosterontest te vragen. Bij een afwijkende uitslag helpt het als een deskundig arts, bijvoorbeeld een endocrinoloog of medisch seksuoloog daarover een oordeel geeft en een behandelvoorstel doet.