Deel dit artikel:

30 jun 2021

|

Industrie

De juridische kaders voor de energietransitie

Een jaar of drie geleden begon de energietransitie echt op stoom te raken. De verduurzaming van de maatschappij werd steeds meer een noodzaak die niet alleen voor de wetenschap en de energieleveranciers van belang was, maar voor iedereen. Zo ook in de juridische wereld.

“Overheden en bedrijven staan voor gigantische uitdagingen in de energietransitie”, vertelt Marijn Bodelier, shareholder en advocaat met een focus op bestuursrecht, omgevingsrecht en vastgoed bij advocatenkantoor Greenberg Traurig. “Er heerst een enorme onzekerheid waar de juridische wereld een interessante rol in kan vervullen. Dat zie je ook in de juridische ontwikkelingen van de laatste tijd, zoals het Urgenda arrest en de uitspraak rondom Shell. De rechter zegt nu, niet op basis van een wettelijke regel, maar op een ongeschreven zorgvuldigheidsnorm dat partijen moeten gaan verduurzamen en dat zij hun CO2-reductie terug moeten brengen. Dat zal voor bedrijven en overheden een flinke uitdaging zijn, maar biedt voor de juridische wereld ook kansen.”


Op het gebied van duurzaamheid ziet Bodelier dan ook een aantal interessante juridische trends ontstaan. “Juridisch gezien is de energietransitie een flinke uitdaging. We zien vanuit de samenleving steeds meer de roep om verduurzaming, maar omdat de overheid nog geen helderheid schept, is het aan de rechter om uitspraken te doen. Voor bedrijven is dat nog onzekerder, want de richtlijnen waar zij aan moeten voldoen om compliant te zijn staan niet zwart op wit. Zij moeten op basis van een rechtelijke uitspraak gaan bedenken wat dit voor hen betekent en hoe ver hun verplichting om iets te doen gaat.”


En dat geldt niet alleen landelijk, maar gaat gepaard met wetgeving op Europees niveau. “De Europese wetgever probeert op allerlei manieren transparantie over duurzaamheid te creëren”, vertelt Bodelier. “Vanuit Europa worden er nu allerlei regels opgesteld waarin staat wat wel groen is en wat niet. Allerlei asset managers worden hierdoor gedwongen te openbaren waar zij hun geld in investeren, om meer transparantie te creëren. Er zijn allerlei juridische incentives voor bedrijven om hier ook iets mee te doen door zelf na te denken en te zorgen dat je niet op basis van een ongeschreven norm aansprakelijk gesteld wordt. Wij proberen onze cliënten hierin duidelijkheid te bieden en hen zoveel mogelijk richting te geven zodat ze succesvol kunnen blijven ondernemen in de energietransitie. Daarbij is het een enorm voordeel dat wij ook kantoren in andere Europese steden hebben. Veel bedrijven opereren nu eenmaal niet alleen in Nederland.”


In het bijzonder focust Bodelier hierbij op waterstof. “Je ziet nu dat er heel veel experimenten met waterstof zijn, bijvoorbeeld ook in de gebouwde omgeving”, vertelt hij. “Maar er zijn eigenlijk helemaal geen kaders geschreven wat betreft waterstof in de gebouwde omgeving. De toepassingen die nu ontwikkeld worden passen niet binnen het kadertje dat we voor gas hebben bedacht. Eigenlijk proberen we een hele nieuwe, duurzame economie tot stand te brengen, waarvoor de kaders dus nog niet geschreven zijn.”


In die nieuwe economie zal waterstof een belangrijke rol gaan spelen, vertelt Bodelier. “Toen men in de negentiende eeuw op zoek was naar olie waren ze teleurgesteld als ze gas vonden. Tot op een gegeven moment ontdekt werd dat ze dat gas eigenlijk heel goed konden gebruiken en dat dit veel beter was dan olie. Toen kwam er ook een omslag en wij verwachten dat met waterstof hetzelfde gaat gebeuren. Waterstof kan namelijk dienen als opslag voor energie. Je kunt natuurlijk duurzame energie gaan winnen vanuit zonne- en windparken, maar dat gaat met pieken en dalen omdat er de ene keer meer zon en wind is dan de andere. Dus heb je iets nodig om die pieken op te slaan, zodat je voldoende energie hebt op de dalmomenten. Met waterstof kan dat.”


Daarnaast wordt er op het moment veel onderzoek gedaan naar mogelijke toepassingen en business cases voor waterstof. “Onder andere dus in de gebouwde omgeving, maar ook bijvoorbeeld in de staalindustrie. Staalproducenten zijn immers grote CO2-uitstoters en als je waterstof verbrandt komt er geen CO2 vrij, maar water. Dat kan dus een hele gunstige ontwikkeling zijn.”


Om waterstof echter op grote schaal uit te rollen is veel samenwerking nodig. “Er lopen nu een hele hoop projecten, maar de informatie die daaruit voortkomt wordt vaak een beetje geheimgehouden”, vertelt Bodelier. “Begrijpelijk ook, maar als het bedrijfsleven samen met de overheden in gesprek kan gaan over het delen van kennis omtrent alle ontwikkelingen kunnen we als Nederland pas echt een rol gaan spelen in de uitrol van waterstof op grote schaal. Als advocatenkantoor kunnen wij daarin ondersteunen door  duidelijkheid te scheppen in een steeds veranderende wereld.”


Gesponsord