25 okt 2021
|
Maatschappij
Journalist: Marjon Kruize
Onze wereld verandert razendsnel. Om als kenniseconomie concurrerend te blijven en als maatschappij grote uitdagingen aan te kunnen pakken, moet een leven lang ontwikkelen een norm worden. Van monteur tot bestuurder moet begrepen worden hoe zij vanuit hun rol kunnen bijdragen aan bijvoorbeeld de energie- en grondstoffentransitie of hoe zij gebruik kunnen maken van kansen door de digitale transformatie.
En dat betekent dat er zowel aan de vraag- als de aanbodkant een leercultuur gestimuleerd wordt. “We moeten samen zorgen dat tijd maken voor bij- en omscholing gewoon wordt in onze samenleving”, stelt Pieter Duisenberg, voorzitter van de vereniging van universiteiten, VSNU. “Dat betekent dat we aan de ene kant moeten zorgen voor een groot aanbod van opleidingen en cursussen in allerlei soorten en maten die aansluiten op de veranderingen die er in onze samenleving gaande zijn. Aan de andere kant moet bijscholen bijvoorbeeld met leerrechten normaal worden gemaakt waardoor de overheid het als onderdeel van het onderwijsbestel gaat zien. En werkgevers en werknemers moeten ook tijd en budget ervoor inruimen. Het klinkt veel vanaf waar we nu staan, maar één week bijscholing per jaar voor iedereen zou geen gekke ambitie zijn.”
Vanuit het WO hebben we uiteraard een unieke positie om de inzichten van wetenschappelijk onderzoek te vertalen naar de maatschappij; niet alleen voor innovatie maar ook voor werk. Het toegankelijk maken van wat er al is, is een belangrijke stap. “Daarom lanceren we in november een website waarin gemakkelijk gezocht kan worden naar opleidingen en cursussen van universiteiten passend bij de vraag van het bedrijfsleven. Hierin kan bijvoorbeeld gefilterd worden op ‘energietransitie’ of ‘digitale transformatie’ en dan worden alle opleidingen die daarbij aansluiten getoond. Daarnaast komt ons aanbod ook op het landelijk scholingsportal dat met het HBO, MBO en de private aanbieders samen wordt gebouwd door OCW. Maar dit is pas het begin. We zullen moeten kijken welke behoefte er is en veel nieuw aanbod moeten ontwikkelen.’’
Ook de kwaliteit van die opleidingen is van groot belang, zodat deelnemers en werkgevers uit kunnen gaan van de waarde ervan. “En dus wordt er gewerkt aan microcredentials, zodat de arbeidsmarkt ook weet waar ze op kan rekenen wanneer er met korte trajecten en modules geschoold wordt. Zeker nu onderwijs naast fysiek ook steeds meer online en hybride wordt, is het van belang dat de kwaliteitscertificering een goed beeld geeft.’’
‘’Die leercultuur moeten we dus samen ontwikkelen - werkgever, werknemer, onderwijsinstelling en overheid. Dat betekent wat mij betreft vooral samen aan de slag, want de veranderingen gaan snel en er is geen tijd te verliezen.’’