26 aug 2020
|
Maatschappij
De waterschappen ervaren de gevolgen van het veranderende klimaat in hun dagelijkse werk: van extreme hoosbuien – waarbij in één uur evenveel regen valt als normaal gesproken in een hele maand – tot drie opeenvolgende jaren van extreme droogte. Waterbeheer anno 2020 is balanceren tussen te veel en te weinig water. Met het hoog houden van de peilen, het dicht zetten van stuwen en het opvangen van water in natuurgebieden proberen we water langer vast te houden. Tegelijkertijd blijft de nood hoog om een teveel aan water af te kunnen voeren als het moet, om overstromingen tegen te gaan.
Extreem weer is het nieuwe normaal. En zo goed en kwaad als het gaat proberen waterschappen voldoende water te houden voor alle watergebruikers in Nederland: de landbouw, de natuur, de drinkwatersector en de industrie. De waterschappen kunnen veel, maar we lopen wel steeds meer tegen de grenzen aan van wat binnen ons bereik ligt. Om schade en overlast voor de toekomst te beperken zijn er dringende keuzes nodig bij de inrichting van ons land.
Alleen via samenwerking en inzet van alle partijen kunnen we ons land weerbaar maken tegen extreme buien en watertekorten. De waterschappen nodigen hun partners in de regio uit om samen de juiste oplossingen te vinden. We zetten in op zuinig omgaan met water, bijvoorbeeld door samen met agrariërs te kijken naar andere teelten en gewassen en onderzoek te doen naar alternatieve bronnen, zoals het hergebruik van restwater. De aanpak is gericht op het beter vasthouden van water om de watervoorraad en beschikbaarheid te vergroten en het beschikbare water slimmer te verdelen over de watergebruikers in een gebied. Doordat we meer te maken krijgen met weersextremen is incidentele schade en overlast echter onvermijdbaar.
Ook op veel andere terreinen lopen we tegen de grenzen aan. Kijk maar naar de stikstofproblematiek. De bomen groeien niet tot aan de hemel en we onderkennen dat we niet kunnen blijven doen wat we deden. Dit geldt voor nog veel meer andere actuele maatschappelijke vraagstukken, zoals de energietransitie, woningbouwopgave en de achteruitgang van de biodiversiteit. Water speelt in al deze maatschappelijke vraagstukken wat mij betreft een cruciale rol. Het potentieel van energie winnen uit de warmte van water is groot. En door bijvoorbeeld bij bouwplannen vooraf te kijken naar de risico’s van wateroverlast kan schade worden voorkomen. En door natuurvriendelijke oevers en bloemrijke dijken aan te leggen kan een waterschap zorgen voor een groter leefgebied voor veel dieren en platen. Effectieve samenwerking tussen waterschappen, provincies, gemeenten, het Rijk en vele partijen daarbuiten is nodig om een nieuwe weg in te slaan. Waterschappen hebben met hun ‘blauwe’ kijk op deze problemen een deel van de oplossing in handen.
Rogier van der Sande,
Voorzitter Unie van Waterschappen