21 feb 2025
|
Gesponsord
Naast een energietransitie en voedseltransitie, kun je ook gerust spreken van een kennistransitie. Niet alleen door technologieën als AI, maar ook omdat er qua leermethoden iets anders wordt gevraagd. Hoe gaan traditionele instellingen hiermee om?
De Vrije Universiteit Amsterdam (VU) is in 1880 opgericht en een van de twee universiteiten van Amsterdam. Bas Bosma is als Associate Dean Professional Education werkzaam bij de School of Business and Economics, waar hij verantwoordelijk is voor al het onderwijs voor professionals. Deze portefeuille is in de afgelopen zeventig jaar gegroeid van opleidingen voor registeraccountants tot een breed aanbod van MBA-programma’s, (executive) masters en kortere, thematische programma’s.
Didactiek Hoe verandert het onderwijs bij een vooraanstaande instelling als de VU? “We zien heel duidelijk dat mensen willen blijven leren en mee willen in de vele maatschappelijke en werkgerelateerde ontwikkelingen”, vertelt Bosma. “Dit vraagt om een andere aanpak en didactiek. Professionals brengen eigen casuïstiek in en willen iets leren wat relevant is voor hun eigen werkveld. Dat staat dan ook centraal bij onze opleidingen en wij koppelen dat aan de nieuwste wetenschappelijke inzichten. Onze opleidingsdirecteuren staan met een been in de praktijk en ontwikkelen met de uitkomsten van hun wetenschappelijk onderzoek de opleidingen.”
Programma’s Dit zie je ook in programmaontwikkeling, waar verschillende faculteiten samen optrekken. Volgens Bosma zijn veel van de hedendaagse uitdagingen niet op te lossen vanuit één discipline, samenwerken en een integrale blik zijn essentieel. “Denk alleen al aan de uitdagingen rondom AI en (digitaal) vertrouwen, energie, klimaat en gezondheidszorg. Daar komen menselijke, bedrijfsmatige, ethische en technologische aspecten samen. En dus ook specialistische kennis en wetenschappelijke inzichten vanuit verschillende faculteiten.”
Veel van de hedendaagse uitdagingen zijn niet op te lossen vanuit één discipline
Partners Een ander belangrijk element is dat de partners gelijk bij de programma’s betrokken worden. Een programma voor leiderschap specifiek voor medici wordt samen met het ziekenhuis ontworpen. “We hebben bijvoorbeeld een format dat de Leadership Academy heet. Daarbinnen hebben we tientallen modules, van bijvoorbeeld een halve dag, een dag of drie dagen. Deze bevatten allerlei thema’s, die zich kunnen uitspreiden tot de volle breedte van de universiteit”, legt Bosma uit. “Vervolgens co-creëren we modulaire opleidingen met organisaties. Daarbij komen inzichten vanuit het bedrijfsleven of publieke organisaties samen met de nieuwste wetenschappelijke inzichten. Zo spelen we snel in op actuele ontwikkelingen, zoals het toevoegen van modules over AI-geletterdheid na nieuwe regelgeving. Het is mooi om te zien hoe onze universiteit met alle veranderingen omgaat.”