21 jun 2024
|
Gesponsord
Razendsnelle technologische ontwikkelingen, voortschrijdende medische wetenschap en dat weten om te zetten in concrete geneesmiddelenontwikkeling tot aan de patiënt. Met een sterk vergrijzende bevolking in het achterhoofd, is de medische innovatie niet alleen maar gericht op langer leven, maar ligt de focus in toenemende mate ook op kwaliteit van leven.
Adriaan Kooy, algemeen directeur van Novartis laat weten dat het echter niet of/of hoeft te zijn. “Betere gezondheid gaat hand in hand met kwaliteit van leven en uiteindelijk wellicht ook een langer leven, of zelfs het redden van levens. Dit alles – deze hele cyclus – is wat voor ons centraal staat in de ontwikkeling van nieuwe behandelingen en nieuwe medicatie.”
Maar investeringen staan ook onder druk, er zijn hoge maatschappelijke verwachtingen en er is versnipperd beleid voor medische innovatie door de hele keten heen. Het zijn uitdagingen waar de verschillende farmaceutische industrieën vandaag de dag mee worden geconfronteerd. Uitdagingen die ze echter niet uit de weg gaan. “Het belang van de patiënt staat bij ons voorop.”
Zorginfarct Het genoemde is van groot belang voor het tackelen van de grote maatschappelijke uitdagingen in de zorg en het dreigende zorginfarct. Zo onderschrijft ook Kooy. “Dit hele vraagstuk, en het antwoord hierop, is drieledig. Eén is de patiënt, de ander is het zorgsysteem en de laatste is de maatschappij. Als we kijken naar de patiënt, dan moeten we ervoor zorgen dat de medicatie die wij op de markt brengen beter is dan wat er nu beschikbaar is. Beter kan zijn effectiever, veiliger – dus met minder bijwerkingen – of een combinatie daarvan. Wat betreft het gezondheidssysteem, is het belangrijk dat we niet meer zoveel handen om de bedden nodig hebben als vandaag het geval is. Zorg moet efficiënter. Fijn voor de patiënt, ontlastend voor het zorgsysteem en tot slot ook voor de maatschappij van grote waarde, omdat ook familieleden of kennissen hierdoor ontzien worden.”
Verschil maken De patiënt, het zorgsysteem en de maatschappij. Het zijn de pijlers waar ook Novartis op focust als het gaat om onderzoek naar medicatie en behandelingen. Dit geldt zowel voor het invullen van de unmet medical need (voor kleine groepen patiënten met zeldzame aandoeningen waar nog geen passende behandeling voor bestaat), als om het verschil te maken in de bestrijding van de meest voorkomende doodsoorzaken zoals kanker en hart- en vaatziekten. “Zo geeft Novartis op dit moment veel aandacht aan de nucleaire geneeskunde bij de behandeling van vormen van kanker, waarbij we heel gericht de tumor – waar die ook zit – kunnen lokaliseren en daardoor zeer gericht met een lage gradatie aan radioactiviteit die tumor kunnen vernietigen. Wellicht dat op termijn een dergelijke aanpak de behandeling van diverse soorten kanker drastisch kan veranderen.”
Investeerders Aan de ontwikkeling van zulke technieken en medicijnen gaat een enorm traject vooraf. Een traject dat bemoeilijkt lijkt te worden door de revisie van de Europese wetgeving voor geneesmiddelen. Hoewel Kooy aangeeft dat er veel goede punten in de herziening zitten, baart het voorstel om de tijd van databescherming van geneesmiddelen met twee jaar terug te brengen wel grote zorgen “In ons geval praat je dan over 20% reductie van de tijd waarin de investering zou moeten worden terugverdiend. Dit zorgt uiteraard voor een onaantrekkelijk investeringsklimaat met alle gevolgen van dien. Voordat een medicijn de eindstreep van registratie haalt, is er gemiddeld tussen de 2,4 en 3,2 miljard dollar geïnvesteerd in de keten gedurende een traject van maar liefst tien tot vijftien jaar. Tegenover zo’n nieuw geregistreerd geneesmiddel staat een veelvoud van onderzoeksprojecten die gedurende de rit zijn stopgezet. Maar ook die moeten wel gefinancierd worden.
“Het is belangrijk dat investeerders blijven instappen om ook de medische innovatie van onder andere innovatieve geneesmiddelen voor morgen veilig te stellen. Want die innovatie hebben we nodig om de maatschappelijke ambitie te beantwoorden en ook de uitdagingen het hoofd te bieden. Het is dus zaak dat we in goed gesprek treden met betrokken partijen binnen de EU, en het belang van een goed innovatieklimaat met bijbehorende regelgeving en databescherming wordt gewaardeerd.”