24 mrt 2021
|
Gezondheid
Journalist: Féline van der Linde
Honderdduizenden sneltests liggen klaar in magazijnen om gebruikt te gaan worden. En nu, na een langzame start gaat de overheid de snel(zelf)tests breed inzetten in de strijd tegen het coronavirus.
In Engeland, Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland is de zelftest al een cruciaal onderdeel in de corona-aanpak. Velen zijn er van overtuigd dat zelftests een mogelijkheid bieden tot een terugkeer naar meer vrijheid. Anders dan de PCR-test, de standaard test in een teststraat, geven de sneltests binnen een kwartier een resultaat omdat deze niet in een laboratorium onderzocht hoeven te worden. Er is dan ook veel enthousiasme voor deze vorm van testen. Bijvoorbeeld, vanuit de evenementenbranche, maar ook scholen en de horeca zijn er blij mee. Echter brengen de zelftests ook vragen met zich mee, meldt de NOS. Want hoe bewijs je bijvoorbeeld dat iemand daadwerkelijk ook zo’n test heeft gedaan?
Thuistesten zouden dan ook vooral een oplossing moeten bieden voor mensen die geen klachten hebben, maar bijvoorbeeld naar een bijeenkomst met meerdere mensen willen. Ontmoetingen kunnen zo veilig plaatsvinden als er preventief en frequent gebruik kan worden gemaakt van de zelftesten. Over de betrouwbaarheid van de zelftesten bestaat discussie, maar volgens microbioloog Jan Kluytmans zijn de uitslagen van de zelftesten dan wel iets minder zeker dan die van de PCR-test, maar betrouwbaar genoeg. De PCR-test is namelijk gevoeliger. Bovendien moet men ervoor naar een teststraat, een extra drempel, die er wat betreft testen op het coronavirus eigenlijk niet moet zijn.
Daarnaast ervaren mensen de test in de teststraat over het algemeen als pijnlijk, vervelend of irritant. Voor de een voelt het ontzettend naar aan. De ander vindt het hooguit een beetje ‘onprettig’, aldus RTL Nieuws. De pijnprikkel heeft iedereen en dat is logisch want de neus en keel zijn gevoelig. Daar lopen zenuwen die direct naar de hersenen toegaan. Bij een sneltest thuis moet het wattenstaafje 2,5 centimeter omhoog in de neus en daarbij vijf keer worden rondgedraaid in beide neusgaten. Het wattenstaafje hoeft dus maar een klein stukje de neus in, wat door velen als positief zal worden ervaren. Vervolgens moet het wattenstaafje gedoopt worden in een buisje met vloeistof, die vloeistof moet gedruppeld worden op een cassette en vijftien minuten later is de uitslag bekend. Eén streepje betekent negatief en twee streepjes positief. Het doel van de zelftests is om de samenleving langzaam weer te kunnen openen. Iets wat iedereen graag zou willen. Scholen zijn inmiddels weer open, maar hele klassen zitten nu in de praktijk toch weer thuis vanwege besmettingen. Snel (thuis) kunnen testen op het coronavirus kan dit soort situaties dus voorkomen.
Om terug te kunnen keren naar het ‘nieuwe normaal’ lijkt het inzetten van de zelftests dus van groot belang. In oktober schreven microbiologen uit het Outbreak Management Team al een notitie over het belang van snel (thuis) testen in Nederland, meldt de Volkskrant. De regelgeving moest daarvoor worden aangepast, maar dat is tot op heden nog niet gebeurd. Het beschikbaar stellen van meerdere zelftests voor thuis en sneltests op een goed gereguleerde manier kan ervoor zorgen dat meer mensen zich laten testen, met minder besmettingen als gevolg. Een voorwaarde voor de overheid om de samenleving meer en meer open te kunnen stellen.