Deel dit artikel:

30 jul 2019

|

Maatschappij

Niet rijk rekenen met kostenreducties Klimaatakkoord

Ik ben blij dat er na 1,5 jaar een Klimaatakkoord ligt. Het biedt veel aanknopingspunten om te starten met de energietransitie in de gebouwde omgeving. Tijdens de onderhandelingen pleitten wij voor realisme en de juiste condities waarmee uitvoerders van deze enorme opgave hun verantwoor-delijkheden kunnen nemen.

Voor bouwers is continu marktvolu-me belangrijk om verder te kunnen investeren in verduurzaming. Het Klimaatakkoord gaat ervan uit dat opschaling ervoor zorgt dat marktpartijen fors goedkoper kun-nen leveren. Aan de Klimaattafel Gebouwde Omgeving benadrukte Bouwend Nederland steeds dat Diederik Samsom zich niet rijk moest rekenen met de gehanteerde kostenreducties tot wel 45%.


Het Klimaatakkoord gaat uit van een mogelijke kostenreductie van 25% over alle bouwactiviteiten ten opzichte van 2017. En tot wel 45% kostendaling op een hybride warm-tepomp. Het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) hield de door-rekening van het Planbureau voor de Leefomgeving tegen het licht. Dit rapport bevestigt dat aan deze bovengrens geen realiteitswaarde kan worden toegekend. 


Er wordt - volgens het EIB - te weinig rekening gehouden met kostenverhogingen door stijging van lonen, grondstoff en en ver-scherpte bouwregelgeving. EIB ziet confl icterende en onrealistische uit-gangspunten. Hoge ambities gaan niet samen met lastenneutraliteit voor woningeigenaren en beperkte kosten voor de overheid.


Volgens de G40 blijft  de regierol van gemeenten daarnaast onbenoemd en onuitgewerkt in het Klimaatakkoord. Op dit punt deel ik de zorg van het netwerk van 40 (middel)grote steden. Om de klimaatdoelen te halen moet duidelijk zijn wie de regisseur is. Alle partijen moeten weten waar ze verantwoordelijk voor zijn. 


Wij staan achter de doelstellingen van het Klimaatakkoord, maar herkennen ons in de commentaren van het EIB. Op korte termijn willen wij aan de slag met het grootschalig verduurzamen van corporatiewo-ningen via de ‘Startmotor’. Bouwers willen ervaring opdoen met effi  ci-enter, slimmer en op grote schaal verduurzamen. Op onderdelen kan de bouwsector volgens het EIB wel een effi  ciencywinst halen van 10-15%.


Ik hoop dat het onderzoek van EIB aanleiding geeft  om de doorreke-ning van het PBL te herzien. Bij de verdere uitwerking moeten we uitgaan van realistische cijfers. An-ders worden we ingehaald door de realiteit. Partijen die daadwerkelijk een rol hebben in de energietransitie moeten in staat zijn deze te pakken. Maar regel hiervoor wel dat zij de condities krijgen waarmee ze daadwerkelijk aan de slag kunnen! Laten we er samen de schouders onder zetten. 

Gesponsord