17 dec 2020
|
Gezondheid
Journalist: Marjon Kruize
Samen met hart- en vaatziekten is kanker de meest voorkomende doodsoorzaak in Nederland. Er is al veel bereikt op het gebied van behandelingen, maar er zijn nog steeds vormen van kanker die niet reageren op bestaande behandelingen. Een nieuwe vorm van immunotherapie zou hierin het verschil kunnen gaan maken.
Kanker wordt veroorzaakt door defecten in de cellen. “Zo’n tumor bestaat onder andere uit bloedcellen en immuuncellen en is afhankelijk van het micro environment waarin deze groeit”, vertelt Roel Schaapveld, CEO van een biotech bedrijf dat zich richt op de bestrijding van kanker. “Wanneer er kankercellen groeien in je lijf triggert dit een immuunrespons en worden er afweercellen aangemaakt die de tumor aanpakken. Echter, tumorcellen zijn slim en kunnen je lichaam voor de gek houden waardoor je immuunsysteem ze niet direct als vreemd herkent en de aanval niet inzet. De tumorcellen kunnen zich dan alsnog innestelen en verder vermenigvuldigen.”
Bij immunotherapie wordt het eigen immuunsysteem ingezet om deze tumorcellen aan te vallen. Schaapveld: “De eerste lijn immunotherapieën schakelt de ‘vermomming’ van deze tumorcellen uit, waardoor het immuunsysteem aan de slag gaat en de tumorcel aan gaat vallen. Dit werkt bijvoorbeeld heel erg goed bij melanomen, maar er zijn ook tumoren waarbij deze behandelingen amper werken en waar patiënten resistent worden tegen het middel. De tumor gaat dan andere moleculaire routes activeren waardoor enkel de herkenning van de cellen door het immuunsysteem niet genoeg is. Daar is dus ruimte voor verbetering.”
Daarom wordt er momenteel gewerkt aan een nieuwe vorm van immuuntherapie waarbij micro-RNA (miRNA) wordt ingezet om niet enkel de vermomming van de tumor uit te schakelen, maar ook de omliggende signaalroutes te beïnvloeden. “MiRNA is betrokken bij processen rond de omzetting van de genetische code in het DNA naar functionele eiwitten in cellen”, vertelt Schaapveld. “Het kan zich binden aan het zogeheten messenger-RNA en daarmee de aanmaak van eiwitten beïnvloeden, waardoor het ook de eiwitten reguleert die betrokken zijn bij het ontstaan en de progressie van kanker.”
Momenteel worden verschillende toepassingen van het miRNA INT-1B3 getest, vertelt Schaapveld. “Dit kandidaat-geneesmiddel activeert het zogeheten immunogenic cell death process waarbij bij tumor cellen de celdood wordt gestimuleerd en tegelijkertijd afweercellen worden geactiveerd die de tumor kunnen aanvallen.”
“Dit miRNA kan bijvoorbeeld T-celactivatie teweegbrengen, wat zou kunnen helpen in de effectiviteit van andere therapieën. Ook is het misschien mogelijk tumorcellen sensitiever te maken, waardoor deze beter reageren op een lagere dosis chemotherapie of andere therapieën, waardoor de patiënt minder ziek wordt en mogelijk minder bijwerkingen ervaart. We hopen echter dat deze vorm van immunotherapie als stand alone kan fungeren, waardoor een patiënt de vervelende bijwerkingen van chemotherapie en andere therapieën überhaupt niet meer hoeft te ondervinden.”