Hij wilde eigenlijk vlieger worden bij de marine, maar kwam niet door de keuring heen en rolde zo min of meer per ongeluk het IT-vak in. Na een mbo-opleiding IT, rondde hij in 2007 zijn hbo Informatica af. Mark werkte ook toen al graag met computers en dat werd door de jaren heen een steeds grotere hobby. “Met name softwareontwikkeling vond ik erg leuk”, vertelt hij. “Ik breidde mijn kennis dan ook steeds verder uit en kreeg meer en meer verstand van software.” 

Mark werkte op dat moment al met open source automatiseringsserver Jenkins, en met Jira, een project-management tool, maar vond het integratieproces tussen die twee niet erg efficiënt. “Als je een ticket aanmaakt in Jira, kunnen mensen vervolgens discussiëren over de inhoud middels het toevoegen van commentaar. Jenkins voegt commentaar toe van bouwresultaten, maar dat vond ik vrij onhandig. Hierdoor was ik namelijk al snel het commentaar van niet alleen mezelf, maar ook andere mensen die mijn hobbyprojecten gebruikten, kwijt. Dat was vervolgens niet erg makkelijk terug te vinden. Je krijgt zoveel opmerkingen, dat je echt enorm moet gaan zoeken om iets terug te vinden. Dat was al moeilijk bij één persoon die bouwresultaten genereert en een handje opmerkingen toevoegt, laat staan als het meerdere mensen betreft. Je raakt volledig het overzicht kwijt.”    

Dit moet makkelijker kunnen, dacht Mark. Vanaf dat moment begon hij dan ook met het ontwikkelen van een eigen tool: een integratieproduct. “Ik ben de data uit Jenkins gaan halen om dat te verwerken in een soort index, die steeds wordt bijgehouden. In Jenkins heb je tenslotte bepaalde resultaten en in Jira je to-do list.

Elke keer als er een nieuw bouwresultaat in Jenkins staat, indexeert mijn tool hoe die resultaten zich verhouden tot de to-do list die in Jira staat. Als je in Jira dan gaat kijken naar je verschillende tickets, krijg je speciale panelen op je scherm te zien, die contextueel de bouwresultaten aangeven. Ga je naar één specifiek ticket, krijg je te zien wat de laatste bouwresultaten zijn, of er testen zijn uitgevoerd en zo ja, hoeveel.”

De tool zorgt voor inzicht, zonder dat je Jira moet verlaten of een zoektocht binnen de app moet starten om informatie te verzamelen en te ontdekken hoe een bouwproces ervoor staat, legt Mark uit. “Vraagstukken als hoeveel tickets er in een versie zitten en hoeveel daarvan klaar zijn of fouten bevatten, zijn standaard lastig te beantwoorden. Dat komt doordat Jira die data niet bevat en je via Jenkins niet kunt zoeken.

Mijn tool maakt die koppeling, waardoor je dus een overzicht krijgt van alle resultaten. Contextueel, zodat je alleen ziet wat feitelijk van toepassing is. Heb je in Jenkins een bouwresultaat, zie je dus ook welke tickets in Jira te vinden zijn, zodat je heel snel heen en weer kunt switchen als je dieper op een issue wilt ingaan en wilt zien wie er allemaal bij betrokken zijn. Je kunt hierdoor heel snel je informatie verzamelen. Normaal gesproken moet je namelijk telkens van tool veranderen om iets op te zoeken.

De integratie die mijn applicatie bewerkstelligt, zorgt ervoor dat je zo min mogelijk tijd verliest op het moment dat je wél moet switchen.”

Daarnaast, geeft hij aan, boek je ook op het gebied van nauwkeurigheid een hoop winst. “Doordat je niet meer eindeloos hoeft te zoeken, verkleint dat het risico op dingen vergeten. Neem bijvoorbeeld een releasemanager. Hij kan hierdoor in één oogopslag zien wat de resultaten zijn, wat de bouwhistorie is van een bepaalde versie en wat hij in die versie wil hebben. Hij kan zo dus heel snel bepalen of hij in de positie is om een release de wereld in te helpen.” Het is volgens hem overigens niet alleen interessant voor releasemanagers, maar voor iedereen die iets doet met softwareontwikkeling. “Softwareontwikkelaars kunnen hierdoor, als ze met een ticket beginnen, zien welke processen daar binnen Jenkins een relatie mee hebben. Voor quality engineers kan het interessant zijn om de bouwhistorie in te zien en te kijken waar het misging, om fouten in het vervolg te voorkomen. Ook projectmanagers kunnen op deze manier het gehele proces inzien en zo makkelijker beoordelen hoe het ervoor staat. Zo’n beetje alle rollen die je binnen het softwareontwikkelingstraject tegenkomt, kunnen hier baat bij hebben.”   

Mark bracht zijn tool in eerste instantie als gratis software op de markt, waarna al snel bleek dat ook anderen dit reuze interessant vonden. “In een mum van tijd had ik wereldwijd een goede drieduizend bedrijven die mijn software gebruikten, waaronder de ESA en NASA. Ondertussen bleef ik het product zelf telkens vernieuwen. Steeds grotere klanten gingen ermee aan de slag. Dat bracht uitdagingen met zich mee, voornamelijk op het gebied van het volume aan data dat verwerkt moest worden.” Toch heeft hij nog altijd veel plezier in zijn werk. Acht jaar terug maakte hij van zijn hobby officieel zijn beroep en werd zijn bedrijf Marvelution geboren. Van de gratis versie maakte hij een betaalde versie, die, tot grote opluchting van Mark, nog steeds bij klanten aansloeg. “Het mooie vind ik dat niet alleen grote bedrijven mijn tool gebruiken, maar ook eenmansprojecten. Zoveel verschillende mensen met mijn product kunnen helpen, geeft voldoening.”

Het product is te verkrijgen via
www.marvelution.com en Atlassian.