Deel dit artikel:

27 jan 2021

|

Maatschappij

Veiligheid en leefbaarheid door slimme verlichting

In 2012 vloog de oprichter van Tvilight, Chintan Shah, ’s nachts over Europa en zag vanuit het vliegtuig dat in alle steden en dorpen beneden alle lichten nog brandden terwijl de meeste mensen sliepen. Zonde van de energie, vond hij, en hij bedacht een manier om de buitenverlichting op afstand aan te sturen en te dimmen. Hij breidde het systeem uit met bewegingssensoriek zodat iemand die ’s nachts over straat gaat een meebewegende cirkel van licht om zich heen kreeg. Deze oplossing wordt tegenwoordig vaak in parken en bij fietspaden toegepast, en draagt bij aan de leefbaarheid en veiligheid in deze gebieden. 

Dat was in 2012. Inmiddels is Tvilight uitgegroeid tot een succesvolle, internationale onderneming met grootschalige projecten over de hele wereld. De slimme verlichtingstechnologie zelf is ook tot rijping gekomen. Er zijn meer data beschikbaar gekomen over het functioneren van het lichtareaal, en door verbeterde connectiviteit kunnen die data sneller beschikbaar worden gemaakt. Protocollen en standaarden zijn ontwikkeld om informatie tussen verschillende systemen mogelijk te maken en ervoor te zorgen dat oplossingen van verschillende leveranciers met elkaar kunnen samenwerken. Hierdoor wordt interoperabiliteit gewaarborgd. De huidige technologieën bieden gemeenten en provincies een kist vol gereedschap om het licht naar hun hand te zetten.


Hoe verschillend de lichtbehoefte per gebied ook is, het doel is om grip op licht hebben: sturing op het lichtareaal zodat het werkt zoals het bedoeld is. Dat je bijvoorbeeld als beheerder op je scherm kunt zien wat de performance is, waar de storingen zijn en wat de mogelijke oorzaken zijn, zodat de monteurs tijdig op pad kunnen in efficiënte rondes en met het juiste gereedschap. De inwoners van je gemeente kunnen er dan op rekenen dat de buitenverlichting het doet wanneer ze het nodig hebben. 


Door de toegenomen hoeveelheid data uit de lamp kan met behulp van analyses voorspeld worden hoe de verlichting in de loop van de tijd zal presteren en wanneer componenten aan vervanging toe zullen zijn. Inspecties, voorraadbeheer en budgetplanningen kunnen hierop worden gefinetuned. Werkrondes kunnen worden aangepast en het aantal storingen zal, bij tijdige vervanging, kunnen worden teruggedrongen. Voorspellend onderhoud zal leiden tot een betere beschikbaarheid en prestaties van het lichtareaal.


Wanneer het licht wordt gekoppeld aan andere smart oplossingen (Smart City “verticals”), zoals verkeersmetingen, sensoren of online dataplatforms (zoals Google) wordt het nog interessanter. De beschikbare data kan door de gemeente naar wens geanalyseerd en toegepast worden voor een beter inzicht en het nemen van beleidsbeslissingen.


Zo kan een gemeente er bijvoorbeeld voor kiezen om bij toegenomen verkeerintensiteit (bijvoorbeeld door een evenement) het licht geautomatiseerd feller te laten schijnen. Dit zal de alertheid van de weggebruikers laten toenemen en de verkeersdoorstroming bevorderen. Op eenzelfde manier zal het voor de weggebruiker duidelijker zijn dat hij moet oppassen wanneer de straatverlichting opschaalt als automatische reactie op de output van een gladheidssensor.


Deze voorbeelden illustreren hoe nieuwe smart technologieën de mens tot dienst kunnen zijn en hun leven veiliger en leefbaarder kunnen maken. De technologieën zijn er al en de mogelijkheden legio. Het is aan gemeenten en provincies om hierin richting te geven en oplossingen te kiezen die het beste aansluiten bij de wensen en behoeftes van haar inwoners. Smart City dient de mens.




Gesponsord