Deel dit artikel:

24 mrt 2021

|

Gezondheid

Zorgverleners en patiënten zijn klaar voor digitale transformatie

Journalist: Marjon Kruize

Op dit moment is de zorg zo ingericht dat alle contractuele zorg wordt gebudgetteerd. Je mag voor een bepaalde hoeveelheid budget zorg verlenen, maar daarboven niet. En dat houdt innovatie tegen.

Innovatieve partijen binnen de zorg kunnen vaak alleen verder groeien als ze niet in deze contracten meegaan, stelt Leonard Witkamp, directeur van Ksyos. “Voor marktwerking in de zorg is die ongecontracteerde zorg heel belangrijk, en die marktwerking is weer van levensbelang voor het behoud van de zorg. We zien in alle sectoren digitale transformatie, of het nou gaat over banken, de reiswereld of de retail. De zorg heeft die transformatie nog niet doorgemaakt en leeft wat dat betreft echt nog in de jaren zeventig. Met grote gebouwen, zorg die duur is om te leveren en veel overhead en ICT om deze complexe systemen gaande te houden. Dat is op termijn simpelweg niet meer betaalbaar, maar ook niet leverbaar, omdat we de mensen noch het geld hebben om dit draaiende te houden.”


Om te zorgen dat we ook in de toekomst de juiste zorg kunnen blijven leveren, ondanks de toenemende vergrijzing en de toename van welvaartsziekten, moeten we de zorg slimmer gaan indelen. “Vijftig procent van de zorg is laag-complex”, stelt Witkamp. “En dat soort zorg kan in veel gevallen prima digitaal geleverd worden. Dat zorgt niet alleen voor efficiëntieverbetering en kostenbesparing, maar ook voor meer klantvriendelijke zorg.”


Een voorbeeld: men neme een patiënt met een verdenking op glaucoom. “Als je in Groningen of Rotterdam naar de oogarts wilt om dit te laten vaststellen kom je al gauw op een wachttijd van acht maanden”, vertelt Witkamp. “Dat kan een stuk sneller. Bijvoorbeeld door een onderzoek te laten doen bij de optometrist in het winkelcentrum terwijl de oogarts op afstand meekijkt. Waar de patiënt anders negen maanden bezig was geweest kan er nu binnen een week een conclusie getrokken worden.”


Een ander voorbeeld is een patiënt met knieartrose, vertelt Witkamp. “Ook zij moeten vaak lang wachten op een afspraak in het ziekenhuis. Zij kunnen ook vooraf thuis al een vragenlijst invullen, dan gezien worden door een fysiotherapeut en daaruit kan de conclusie gesteld worden waarop het behandelplan opgezet wordt. Bij al deze stappen kan de orthopedisch chirurg op afstand meekijken. Vervolgens volgt de patiënt e-health modules om om te gaan met de pijn of bijvoorbeeld af te vallen. Dat geeft de patiënt inzicht in het ziektebeeld en zorgt ervoor dat ze thuis geholpen worden, in plaats van onnodig naar het ziekenhuis te rijden.”


Voorlopig zijn we echter nog niet zo ver dat we de laagcomplexe zorg volledig kunnen afstoten. “Dat moeten we langzaam en veilig doen”, vertelt Witkamp. “Ziekenhuizen verdienen hun geld ook aan die zorg, dus zij moeten ook transitiegelden krijgen om de digitale transformatie in te kunnen zetten.” Uiteindelijk zorgt het afstoten van de laagcomplexe zorg ervoor dat de ziekenhuizen zich meer kunnen richten op de hoogwaardige en hoogcomplexe zorg. “Zo’n ziekenhuis kan dan het beste kankerziekenhuis worden, of de beste in levertransplantaties. En misschien niet eens alleen van Nederland, maar zelfs van heel Europa. Uiteindelijk wil je ernaartoe dat je voor hoogcomplexe zorg de beste keuze kunt maken, terwijl laagcomplexe zorg dichtbij de patiënt  geregeld wordt waar mogelijk, zodat er in alle gevallen op een goede en efficiënte manier zorg geleverd kan worden.”


Om dit uiteindelijk te kunnen realiseren zijn er twee paden die we kunnen bewandelen, stelt Witkamp. “Allereerst zouden de zorgverzekeraars en de overheid hierin een sturende rol kunnen pakken door de digitale transformatie in de zorg te subsidiëren en oude partijen de kans te geven te transformeren of af te bouwen. Aan de andere kant, en dit zien we nu al in de praktijk, kan je ook de markt zijn gang laten gaan. Dan zien patiënten dat de nieuwe, vaak niet gecontracteerde zorg zoveel beter is dat ze daar zelf voor gaan kiezen. Het ‘Uber-model’, zo te zeggen, waarbij het misschien niet het goedkoopst is, maar wel sneller en efficiënter. En dat wil de consument. Als digitaal getransformeerde zorg geen kans krijgt vanuit het reguliere systeem, dan zal het daarbuiten aangeboden worden.”


De beste manier, is echter dat we het samen gaan doen. “Zowel de overheid als de markt zal hier een rol in moeten gaan spelen”, stelt Witkamp. “We zien nu met COVID-19 al dat er een veel betere samenwerking is ontstaan tussen verzekeraars en zorgverleners die ook inzien dat de digitale transformatie kansen biedt. De zorgverleners en de patiënten zijn er al klaar voor, nu de directies en zorgverzekeraars nog. Want als we dit nu niet doen, dan is de zorg op deze manier over twintig jaar niet meer houdbaar.”

Gesponsord