Deel dit artikel:

30 jun 2021

|

Industrie

‘Bedrijven zullen meer en meer omschakelen van just-in-time naar just-in-case’

Het moment dat het wc-papier op was. Dat was de grootste angst van consumenten aan het begin van de coronacrisis. Maar hoewel die angst onnodig bleek, stond de logistieke sector wel vanaf het begin op scherp. “Veel bedrijven hebben ingezien dat op deze manier werken te kwetsbaar is.”

Waar de ene partij juist niks te vervoeren had, de andere partij nieuwe manieren van vervoeren moest bedenken, kwamen weer andere partijen om in het werk. Ook de logistieke sector werd volgens Remco Buurman, algemeen directeur bij Nederland Distributieland (NDL/HIDC), op verschillende manieren geraakt door de coronacrisis van afgelopen jaar. Zo moest KLM door het ontbreken van passagiersvluchten een enorme omschakeling maken. Dat ging volgens Buurman zelfs zo ver dat pakketjes letterlijk op passagiersstoelen werden vervoerd. En veel industrieën klapten in elkaar omdat onderdelen letterlijk niet vervoerd konden worden: ze waren er simpelweg niet. Maar zeker niet alle gevolgen waren negatief, want aan de andere kant explodeerde de e-commerce en waren de supermarkten bijna niet te bevoorraden, zo’n storm liep het. De grootste impact die corona op Nederland als distributieland heeft gehad volgens de voorman van NDL? “Heel veel bedrijven kijken door de leveringsproblemen tijdens de coronacrisis op dit moment naar hun supply chain. Hoe kunnen ze die wat veerkrachtiger krijgen?” 


Kunnen we concluderen dat zo goedkoop mogelijk produceren en dan just-in-time vervoeren niet meer de heilige graal is?

“Veel bedrijven hebben inderdaad ingezien dat op deze manier werken te kwetsbaar is. Je ziet dat veel bedrijven op dit moment met een aantal oplossingen bezig zijn. Ten eerste kijken ze of ze op meerdere punten toeleveranciers kunnen hebben, zodat ze niet meer afhankelijk zijn van één regio, want als het daar fout gaat, stort het hele plaatje in. Daarnaast zie je dat bedrijven zich ook aan het oriënteren zijn op de mogelijkheden voor re- en nearshoring, dus de benodigde goederen uit regio’s halen die dichterbij liggen. En ten derde, en dat is interessant voor Nederland, denk ik dat bedrijven meer en meer zullen omschakelen van just-in-time naar just-in-case. De aangehouden voorraden zullen groter worden, bedrijven willen een zeker volume beschikbaar hebben in het geval van een disruptie van hun supply chain.”


Wat betekent dat voor Nederland als distributieland?

“Nieuwe kansen. Op het moment dat die voorraden groter worden dan zal dat betekenen dat het volume aan goederen bestemd voor de Europese markt zou kunnen gaan toenemen. Maar bij die kansen horen ook uitdagingen, want de goederenstromen zullen gaan veranderen, dus Nederland moet zorgen dat ze daar een rol in kunnen blijven spelen, ook in de toekomst.”


Hoe kan Nederland daarvoor zorgen?

“Door te kijken naar wat er op dit moment verandert in de wereld van de logistiek. Ik zie daarbinnen een aantal belangrijke trends. Ten eerste vindt er een enorme innovatie plaats binnen de hele logistieke sector op het gebied van robotisering, automatisering en digitalisering. Dat betekent dat alles gewoon steeds slimmer, beter, sneller, goedkoper zal gebeuren. Daar zijn we al heel lang een voorloper in. Dat is begonnen in de haven van Rotterdam, waar we de eerste onbemande terminal zagen en heeft zich ontwikkeld tot hypermoderne distributiecentra in Nederland waar allerlei robots werken die de producten uit de schappen halen en in dozen stoppen die precies op maat gesneden worden. Zo kunnen we er weer voor zorgen dat het vervoer efficiënt plaatsvindt, dat de vrachtwagens zo vol mogelijk zijn en er zo min mogelijk lucht wordt vervoerd.”


En de tweede trend?

“Je ziet nieuwe disruptieve technologieën in de logistieke sector opkomen. IT-Platformen waarop vraag en aanbod op elkaar worden afgestemd, een grote concurrentie voor het traditionele model. De Uber-modellen, maar dan voor de vracht. Die moeten we omarmen, want die maken onderdeel uit van de toekomst van de logistieke sector. Daarom vind ik het ook goed om te zien dat een aantal spelers die zich hiermee bezighouden Nederland als dé logistieke hub in Europa zien en hun kantoor in ons land hebben gevestigd.”


Hoe belangrijk is duurzaamheid?

“Ja, dat is de derde trend die ik wilde noemen: duurzaamheid is niet langer iets dat leuk is om erbij te doen, maar een absolute must om in de toekomst actief te kunnen zijn als logistieke partij. Dan moet je denken aan elektrisch rijden, efficiënt beladen zodat je minder hoeft te rijden, platooning (het achter elkaar laten rijden van vrachtwagens, zodat ze minder brandstof verbruiken, red.), maar waar de meeste winst te behalen valt, zeker met het oog op de explosieve groei van de e-commerce, is de last mile, het laatste stuk van distributiecentrum naar uiteindelijke bestemming. Hoe duurzaam is het als er elke dag 25 bestelbusjes door je straat rijden? Dat moeten er dus minder worden, en degene die er rijden moeten schoner zijn. Denk aan fietskoeriers, elektrische busjes. Samenwerking is daar een belangrijke factor bij en daar zijn we in Nederland goed in.”


Wie pakt de rekening op voor die duurzame initiatieven? De logistieke sector is er een van kleine marges.

“Klopt, en ik zal ook zeker niet zeggen dat het makkelijk is, maar ik denk wel dat degene die wel die investering doen uiteindelijk zullen bovendrijven. Maar dat dat met horten en stoten zal gaan, is duidelijk. De vraag wie de rekening uiteindelijk betaalt is een lastige, maar uiteindelijk is het zowel de verlader als de logistiek dienstverlener als de consument die zegt: ja, maar wacht even, we willen uiteindelijk wel in een groene wereld leven. Uiteindelijk moeten we er met elkaar wat aan doen en moeten we kijken naar hoe we op een eerlijke manier de kosten kunnen verdelen.”


Wordt er vanuit het buitenland ook naar duurzaamheid gekeken als partijen de keuze moeten maken voor Nederland als distributieland?

“Zeker. Vijf jaar geleden was dat nog helemaal niet aan de orde, maar nu zie je steeds meer dat bedrijven uit het buitenland ernaar vragen. En bedrijven uit Nederland gebruiken het ook steeds meer om zichzelf in de markt te profileren  Ik kan nog niet zeggen dat het een doorslaggevend argument is, maar het speelt zeker.”


Tot slot: wat is het doorslaggevende argument dan wel voor buitenlandse partijen om voor Nederland te kiezen?

“De kern blijft de centrale locatie binnen een enorme consumentenmarkt, wat Europa natuurlijk is, met uitstekende achterlandverbindingen. Daarnaast is de kwaliteit van onze dienstverlening gewoon heel erg hoog. Alle grote logistieke spelers in de wereld hebben hier belangrijke vestigingen, wat betekent dat je eigenlijk het hele palet aan dienstverlening in Nederland kan vinden. Maar dat gezegd hebbende: ondanks onze, van oudsher, sterke positie, zullen we nieuwe initiatieven moeten blijven omarmen en moeten we kijken hoe we daar zo goed mogelijk mee kunnen werken, zodat wij als Nederland de slimste en de groenste oplossing zijn voor internationale bedrijven om hun Europese distributie te verzorgen, want dat zijn de uitdagingen van de toekomst.”


Gesponsord