17 mei 2018
|
Maatschappij
Energieneutraal, bestand tegen extreem weer en volledig circulair – zo moeten onze woningbouw en infrastructuur eruitzien in 2050. Dat is ambitieus. Maar zonder ambitie geen resultaat. Onze mobiliteit moet slimmer en groener, we moeten ruimte maken voor de regen en we moeten zorgen dat al ons afval een nieuwe grondstof wordt. Alleen op die manier kunnen we met zoveel mensen door op onze planeet.
Er is iets nieuws aan de gang. Op televisie zien we minutenlange nieuwsitems over gasloos bouwen. Over het aantal zonnepanelen op huizen dat opeens een enorme vlucht neemt. Over elektrische vrachtwagens en bussen. We organiseren klimaattafels en stellen agenda’s op met concrete plannen. De energie om dit thema met z’n allen aan te pakken, was niet eerder zo groot.
Met de Bouwagenda hopen we dit alles te versnellen. Bouwbedrijven, kennisinstellingen en overheden werken samen en versterken elkaar. Als ik naar mijn eigen portefeuille kijk, Infrastructuur en Waterstaat, dan is ook daar een hoop te doen.
Onze infrastructuur staat weliswaar in de top-3 van de wereld, maar ze is op veel plekken verouderd. Veel van onze duizenden tunnels, bruggen en viaducten dateren uit de jaren ’50 en ’60. En net zoals babyboomers inmiddels vaak een nieuwe knie of staaroperatie nodig hebben, zijn ook deze betonnen en ijzeren ‘babyboomers’ aan verjonging en vernieuwing toe. We staan aan de vooravond van de grootste onderhoudsopgave uit onze geschiedenis en dat gaan we zo duurzaam en innovatief mogelijk doen.
Daarnaast hebben we steeds vaker te maken met extreem weer. Afgelopen zomer was op 35 dagen in delen van het land code geel van kracht. Met als gevolg ondergelopen tunnels en overlopende riolen. Hitte in de steden veroorzaakt veel problemen bij ouderen. Wij kunnen daar in onze manier van bouwen wat aan doen.
Dat geldt ook voor de gevolgen van de verstedelijking. Al die extra woningen die in de stad steeds dichter op elkaar staan, moeten wel bereikbaar blijven. Hoe doen we dat? Hoe pakken we deze vraagstukken aan? In ieder geval door elkaar op te zoeken, kennis te delen en samen te werken. De werelden van infrastructuur en wonen hebben elkaar veel te bieden.
Voor de metropoolregio Amsterdam en voor Rotterdam en Den Haag werken we aan gebiedsgerichte bereikbaarheidsprogramma’s, zodat we in die sterke groeiende regio’s knelpunten op de weg en in het openbaar vervoer kunnen voorkomen. Ook in Brabant en voor de goederencorridor A15 werken we aan slimme oplossingen en nieuwe infrastructuur om de groei in de mobiliteit op te kunnen vangen.
Ik zie het resultaat met vertrouwen tegemoet. Met de typisch Nederlandse innovatie- en daadkracht werken we samen aan een duurzaam, klimaatneutraal, mooi Nederland.
Cora van Nieuwenhuizen, minister van Infrastructuur en Waterstaat