België mag er gerust prat op gaan dat het een echt bierland is: het aanbod en de variëteit aan bieren die hier gemaakt worden, doen weinig landen ons na. Toch leeft bij veel mensen nog het idee dat bij een (gastronomische) maaltijd sowieso wijn hoort. Ook in sommige restaurants word je nog altijd raar bekeken als je laat weten dat je een biertje wil drinken bij je eten. Dat is een achterhaalde visie. Qua complexiteit en smakenpallet kunnen goede bieren immers perfect wedijveren met de beste wijnen. Natuurlijk past niet elk bier zomaar bij elk gerecht, maar dat is bij wijn ook niet zo. Je moet dus wel met enkele basisregels rekening houden. 

Probeer er bijvoorbeeld voor te zorgen dat het bier en het gerecht elkaar versterken en niet voor de voeten lopen. De smaak van sommige bieren ben je snel weer kwijt in de mond, andere blijven net lang hangen. Bij een krachtig gerecht hoort dus een wat minder intens bier, bij een milder gerecht mag het bier gerust wat steviger doorsmaken. Net zoals bij het gerecht moet je ook in het bier streven naar de juiste balans tussen zuur, zoet en bitter. Probeer daarbij de karakteristieken van het bier ook in je gerecht te herhalen. Vergeet ook geen rekening te houden met je sauzen en kruiden: ook deze hebben een zekere mate van zout, zuur, zoet of bitter. 

Houd zeker ook rekening met hoe je het gerecht klaarmaakt. Stoven is een heel andere bereiding dan bakken of grillen. Stoofgerechten gaan goed samen met zachte, ronde bieren die niet al te bitter zijn. De smaak van gestoofde vis bijvoorbeeld zal je helemaal kwijtspelen als je deze combineert met een hopbitter bier. Ga je bakken of grillen, dan mag de bitterheid van het mout gerust wat doorsmaken. Bij een grill kan je niet verkeerd gaan met een Engelse stout of porter, zo geef je het gebrande karakter van je eten nog een extra boost. Hoe krachtiger de grillwijze hoe bitterder het bier mag zijn, maar houdt ook rekening met wat je eet. 

Eet je graag heel kruidige gerechten of gebruik je graag scherpe curries in de keuken? Dan kan je voor zowel een zoet bier kiezen als voor net een heel bitter gerstenat. Het zoete bier zal het gerecht voor een stuk verzachten, waardoor de kruidigheid wat afneemt. Een bitter bier daarentegen zal dit net extra versterken. Pakweg een IPA met een curry combineren zorgt voor vuurwerk in de mond. Het is maar wat je lekker vindt. 

Zoute gerechten, zoals bijvoorbeeld Oosterse schotels met veel ketjap en soja, gaan dan weer prima samen met lichtgebrande mout. De combinatie van die twee geeft extra veel hartigheid aan je gerecht. Pas hier wel op met al te bittere bieren: die neutraliseren de zoutsensatie waardoor je het idee krijgt iets heel flauws te eten. 

Tot slot: een belangrijke parameter die veel mensen uit het oog verliezen, is de juiste temperatuur van het bier en zelfs het juiste glas. Pils en aperitiefbieren komen het best tot hun recht op vier à vijf graden. Bieren met hoge of spontane gisting tot zes procent alcohol schenk aan vier tot acht graden. Ga je boven de zes procent alcohol, mag de temperatuur ook hoger liggen, tussen de acht en veertien graden.