9 mei 2019
|
Levensstijl
Journalist: Nadine Fischer
Een huisdier meenemen op vakantie is een steeds groter wordende trend. Het vergt echter wel enige voorbereiding om de reis voor het dier én het baasje zo prettig mogelijk te laten verlopen.
Honden en katten, maar ook fretten, zijn populaire huisdieren om mee op vakantie te nemen. “Al is een kat wel het meest gelukkig als ‘ie gewoon thuis kan blijven”, vertelt Richard van Dortmont, praktijkmanager en dierenarts bij dierenkliniek AniCura Hoofddorp. “Zij ervaren namelijk meer stress dan honden, die gewend zijn om buiten de deur te komen.” Over stress gesproken; hoe kan dit voorkomen worden als mens en dier samen op vakantie gaan?
In de dierenkliniek krijgt van Dortmont deze vraag vaker. “Allereerst zijn er wettelijke verplichtingen wanneer iemand een dier de grens mee overneemt. Honden, katten en fretten moeten gechipt zijn en de nodige vaccinaties en een officieel dierenpaspoort hebben. Hiermee kan precies gekeken worden welk dier de grens overgaat en zorgen we ervoor dat we geen ziektes in huis halen; vooral niet wanneer deze op mensen kunnen worden overgebracht. Rabiës en de ziekte van Weil zijn daar voorbeelden van. De vaccinaties die verplicht zijn, verschillen per land.”
Het advies is dan ook om van tevoren informatie in te winnen over de eisen per land. Zo mogen bijvoorbeeld niet alle hondenrassen zomaar de grens over. Op de website van het Landelijk Informatiecentrum Gezelschapsdieren (LICG) is alles te vinden over reizen met een huisdier. “Bij twijfel of onduidelijkheid kan altijd de dierenarts gebeld worden. Wij zijn goed op de hoogte en kunnen indien gewenst advies op papier geven.”
Naast deze wettelijke verplichtingen is het verstandig ook aandacht te geven aan een goed verloop van de reis zelf. Veel dieren hebben last van reisziekte, waardoor ze braken in de auto. Van Dortmont geeft als tip om het dier te laten wennen aan reizen in een auto. Daarnaast bestaan er tabletten tegen reisziekte en andere ondersteunende middelen om een dier rustig te houden. “Vergeet ook niet te achterhalen wat de regels zijn wat betreft het vervoeren van een dier. In Nederland mag een hond bijvoorbeeld los in de auto zitten, maar in Duitsland moet een dier vast.”
Eenmaal aangekomen op de plaats van bestemming is er ook een aantal zaken om rekening mee te houden, zoals warmte; een item dat erg wordt onderschat. “Zorg voor voldoende drinkwater en koeling. Als je ergens zelf niet zou blijven zitten, laat je huisdier daar dan ook niet achter. In de auto bijvoorbeeld. Als het buiten dertig graden is, dan is dat in de auto na een half uur al opgelopen tot vijftig. Honden raken sneller oververhit dan mensen. Wij krijgen in maart al de eerste oververhitte honden binnen.”
Ook is het risico op vergiftiging groter op vakantie. “Denk aan blauwalg in zwemwater, maar ook aan planten zoals bloemen en bollen.” Het advies? Ontdek de omgeving en informeer of de planten daar giftig zijn. Ook hiervoor kan het LICG geraadpleegd worden. Is er twijfel, of is het al te laat? Bel de dierenarts. “Die heeft dan contact met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum en kan daarna advies geven.” Een nieuwer verschijnsel rondom vergiftiging heeft te maken met drugs in uitgaansgebieden. “Het kan gebeuren dat dieren drugsresten van straat opeten. Wees daar alert op. Dat geldt overigens ook voor scherpe botjes of satéstokjes tijdens en na het barbecueën. Deze kunnen de maag- of darmwand aanprikken en geven dan nare buikvliesontstekingen. Laat dat soort dingen niet rondslingeren.”
Een laatste advies: “Neem altijd een aantal basisdingen mee van huis, zoals een diarreeremmer en tekentang, zodat direct actie kan worden ondernomen. Maar denk ook aan preventiemiddelen. Goede bescherming tegen parasieten zoals teken, vlooien en zandvliegen met behulp van tabletten, een band of druppels kan een hoop ellende voorkomen. En dat is natuurlijk beter dan genezen.”