1 mrt 2018
|
Levensstijl
Journalist: Hugo Schrameyer
Bijna iedereen heeft toegang tot één van de meest laagdrempelige en gezonde vrijetijdsbestedingen. “Veel mensen die eraan beginnen, hebben al snel een wandelvirus.”
Waar dat precies aan ligt, is niet helemaal duidelijk, maar wandelen is populairder dan ooit. Een paar jaar geleden werd de wandelsport in het hoekje geplaatst van uitgebluste pensionado’s. “Nu kun je als 20-jarige met een gerust hart op je cv zetten dat je wandelen als hobby hebt”, vertelt directeur Paul Sanders van de Koninklijke Wandel Bond Nederland (KWBN).
Volgens onderzoek van deze Bond is de wandelmarkt kolossaal groot. Tien miljoen mensen doen op de één of andere manier aan wandelsport. De oorzaak van de sterk toegenomen populariteit is niet helemaal helder. Wel weet Paul Sanders precies te duiden waarom wandelen zo in de smaak valt. KWBN heeft daar uitgebreid onderzoek op losgelaten. “Vier miljoen mensen wandelen omdat ze fit willen worden of fit willen blijven. Zijn ze er eenmaal aan begonnen, dan groeit wandelen al snel uit tot een hobby. Je wordt er niet alleen fit van, mensen ontdekken ook dat wandelen de zintuigen prikkelt. Dat je contact hebt met de natuur, dat je nieuwe omgevingen kunt ontdekken. En niet te vergeten: het sociale aspect. Wandel je met anderen, dan kun je heel zinvol van gedachten wisselen.”
De wandelbond heeft maar liefst 58.000 leden. En om hen en andere nieuwsgierigen nog meer bewust te maken van het plezier én de gezondheidsvoordelen die wandelen brengen, is de bond gekomen met een nieuwe community. Wandelaars die zich aanmelden voor een 12 weken durend beweegprogramma worden daarbij geadviseerd door een speciale wandelcoach. Die adviseert niet alleen hoe je optimaal kunt wandelen, maar geeft ook tips over voeding. Ook besteedt hij aandacht aan cognitieve fitness, voor een frisse geest. Sanders: “De Alpe d’Huez staat bij veel wielrenners op hun bucket list. En dat geldt ook voor de marathon van New York voor veel hardlopers. Mijn droom is om de Kennedymars van tachtig kilometer diezelfde statuur te geven.”
Conny Giesen is één van die wandelaars die een herkenbare ontwikkeling heeft doorgemaakt. Jaren terug liep ze dagelijks minstens een uur over de hei met haar vier honden. Elke dag was dat weer een genot, roept ze nu in herinnering. Maar zoals dat gaat met honden, op een gegeven moment worden ze oud en overlijden ze. Haar dagelijkse uitje verslofte. Tot kort geleden dan. Nu heeft ze weer met volle overtuiging haar wandelschoenen aangetrokken.
“Het uurtje wandelen met de honden gaf me niet alleen een fysieke oppepper, maar was ook mentaal een duidelijke stimulans. Je voelt je gewoon goed en lekker na een uurtje bewegen in de natuur”, vertelt Conny Giesen.
“Ik zal eerlijk zijn: als ik zaterdagochtend vroeg in bed lig en ik heb afgesproken om te gaan wandelen, dan sta ik niet meteen juichend naast m’n bed. Maar als ik dan na een halve dag buitenlucht weer terugkom, dan ben ik weer dolgelukkig dat ik ben gaan wandelen.”
Wat Conny nog graag wil benadrukken als plezierelement: wandelen heeft een soort van vertragingsmechanisme. Stapje voor stapje, dat gaat niet zo snel. “En dat is eigenlijk ontzettend fijn. In het dagelijkse leven rennen we van hot naar her, maar bij wandelen land je terug in een aangenaam traag tempo.”