Deel dit artikel:

4 nov 2019

|

Maatschappij

Trends in Smart City-projecten

Journalist: Eoin Hennekam

Hoe ontwikkelen we steden en dorpen op een slimme manier, inspelend op maatschappelijke trends en behoeften?

Het is dé vraag die centraal staat bij ontwikkelaars in vastgoed. Dagelijks buigen zij zich over vraagstukken die op het snijvlak liggen van een goed en comfortabel stadsleven, en die ook bijdragen aan belangrijke maatschappelijke behoeften. Maar niet alleen ontwikkelaars buigen zich hierover, vertelt Desirée Uitzetter, voorzitter van NEPROM (de belangenbehartiger van professionele opdrachtgevers in vastgoed). “Alle stakeholders bij ruimtelijke ontwikkelingen spelen een rol: beleggers, ontwikkelaars, overheden en ook consumenten. Maar denk ook aan openbaarvervoersbedrijven, energieleveranciers, netwerkbedrijven, waterschappen en groene partijen als Staatsbosbeheer.”  


En die samenwerking is meer dan ooit belangrijk, want ontwikkelingen die we onder de noemer Smart City willen scharen, vragen daar ook om. ”Alle betrokkenen bij stedelijke ontwikkelingen dienen samen te werken om de grote opgaven van deze tijd integraal op te pakken. Denk in dit verband aan verstedelijking en woningbouw, het verbeteren van bereikbaarheid, klimaatadaptie, energietransitie, hervorming van de landbouw en het versterken van de groene en blauwe structuren in en om de steden. Wat ons betreft gaat het bij Smart Cities niet alleen om het benutten van nieuwe technologieën in gebouwen en in de gebouwde omgeving, maar om op een slimme en duurzame manier onze grote verstedelijkingsopgaven aan te pakken.” 


Uitzetter noemt het belang van duurzaamheid in nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen niet voor niets. In dat verband verwijst ze ook graag naar de vlak voor de zomer door het kabinet gepubliceerde Nationale Omgevingsvisie (NOVI), die richting geeft aan het beantwoorden van de urgente vragen over de inrichting van ons land en het maken van de lastige keuzes. ”Het is een grote uitdaging om te bedenken hoe we veel meer hoogwaardig groen en blauw aanbrengen in stedelijke gebiedsontwikkeling. Denk aan een groene-blauwe infrastructuur in de stad naar het groene ommeland. Een groene loper of corridor die tal van bestemmingen binnen de stad voor voetgangers en fietsers verbindt. Dit is belangrijk als het over gezondheid gaat, maar is ook een ecologische structuur waarlangs flora en fauna zich kunnen ontwikkelen en die een belangrijke rol bij de klimaatadaptie kan spelen. 


Een ander voorbeeld in het verlengde daarvan heeft betrekking op de veenweidegebieden in en rondom de Randstad, waar we op het ogenblik tegen zeer hoge kosten de grondwaterspiegel ten behoeve van de landbouw hooghouden. Daar zijn veel kosten te besparen en is veel milieuwinst te behalen als we naar meer plas-drassituaties gaan, met meer circulaire vormen van landbouw, veel hogere natuurwaarden en belevingswaarden, maar ook nog ruimte voor enkele hoogwaardige woonmilieus. 


Ook de nieuwe energie-infrastructuur is een belangrijk voorbeeld, waarbij we niet alleen over de volle breedte van het aardgas afstappen, maar ook op buurt- en wijkniveau naar eigen energienetwerken met duurzame opwekking en opslag gaan. Zo kunnen aansluitingen op het landelijke energienetwerk anders gedimensioneerd worden en lokale netwerken voor piekopvang en –levering beter benut. Langs dergelijke lijnen moeten we de komende jaren werken en naar veel hogere kwaliteits- en duurzaamheidsniveaus gaan.”


De toekomst van Smart Cities belooft een interessante te zijn: op maat gemaakte, efficiënte, technologisch vooruitstrevende en duurzame gebiedsontwikkelingsinitiatieven zullen aan de orde van de dag zijn. Tal van ontwikkelingen vragen daarbij om dat we naar andere omgevingen en oplossingen voor de productie van onze gebouwen gaan kijken. Bij al dit soort zaken zullen we er naartoe moeten dat overheden, marktpartijen en maatschappelijke organisaties veel meer met elkaar gaan samenwerken en zoeken naar contract- en samenwerkingsvormen die ons gezamenlijk in dezelfde richting sturen en die ons zoveel mogelijk economische stabiliteit bieden.”

Gesponsord