Zo ook olympisch kampioen snowboarden Nicolien Sauerbreij. “Vorig jaar was de eerste keer sinds mijn geboorte dat ik een heel jaar niet in de sneeuw geweest ben”, vertelt ze. “Al toen ik zes weken oud was ging ik voor het eerst op wintersport, dus dit jaar kwam voor mij behoorlijk hard aan. Gelukkig heb ik onlangs alweer even mogen proeven van de sneeuw en hopelijk mag ik dat de komende tijd nog veel vaker gaan doen.” Hoe ze die tijd dan doorgekomen is? “Struisvogelpolitiek hielp het beste. Als ik niet mag gaan, dan ook maar geen beelden kijken. En het weekje sneeuw hier was natuurlijk ook ultiem. Als er sneeuw is verander ik in een soort Duracell konijntje en ben ik buiten zodra het licht is.”

Het afgelopen jaar kwam alles ineens tot stilstand voor Sauerbreij. “Niet alleen de wintersport ging niet door, ook werkgerelateerd viel alles stil, zoals bij zovelen.” Samen met haar zus runt ze onder andere een praktijk in sportmassages. “Die lag natuurlijk twee keer op zijn gat, maar de eerste keer kwam me dat nog niet eens zo slecht uit, want ik kreeg zelf corona en werd behoorlijk ziek. Ik was anderhalve week hondsberoerd, maar vooral de nasleep daarna was heftig. Ik heb goed driekwart jaar met mijn gezondheid geklungeld. Dat was nieuw voor me, natuurlijk kende ik wel blessures, maar anders was ik altijd topfit. Zo blijkt maar weer dat het iedereen kan overkomen.”

Gelukkig is Sauerbreij en nu weer bovenop. Ze kan weer sporten én ze mag dus eindelijk weer naar de sneeuw. “Die eerste keer terug was echt te gek, de bergen zijn voor mij altijd als thuiskomen”, vertelt ze. “Ik voel me daar gewoon top. De natuur is prachtig en nu ik niet langer topsporter ben kan ik daar ook veel meer van genieten. Vroeger ging je niet wandelen in de bergen, want dan kon je de volgende dag niet presteren op je snowboard. Nu heb ik de tijd om na het skiën lekker te wandelen. Je loopt met meer vrijheid in je hoofd. Zeker nu met de herfst en alle prachtige kleuren in het dal was het prachtig.” Ook voor andere sporten heeft Sauerbreij nu meer tijd dan vroeger. “Tourskiën bijvoorbeeld was vroeger niet handig, dat was dan een te grote aanslag op je benen, maar dat doe ik nu eigenlijk het liefste. Snowboarden blijf ik toch heel kritisch naar kijken, maar ik word daar nooit meer zo goed in als ik was, omdat ik niet langer zoveel train. Je techniek wordt dan al snel minder en dan is het gewoon minder leuk. In het skiën kan ik nog groeien en dat maakt het heel leuk. Ik kan de hele dag op de piste staan want ik vind het heerlijk om met techniek en materiaal bezig te zijn.”

Dat Nicolien Sauerbreij weet waar ze het over heeft lijkt duidelijk. Maar wat voor tips zou ze meegeven aan beginners? “Zorg sowieso dat je het juiste materiaal hebt dat goed gewaxt en geslepen is zodat je goed glijdt en op een ijzige piste goede grip hebt. Je kan gelukkig makkelijk ter plekke materiaal huren, en dan kan je ook experimenteren met verschillende sporten.” Daarnaast is ook het kiezen van de juiste plek belangrijk. “Kies een gebied dat wat hoger gelegen is”, stelt Sauerbreij. “Je kan in lagergelegen gebieden tegenwoordig niet langer zeker zijn van sneeuw. Door de klimaatverandering zie je al dat de gletsjers steeds kleiner worden en dat door hogere temperaturen in de winter ook veel regen kan vallen. Niks is jammerder dan een jaar uitkijken naar de wintersport en dan in de regen te zitten. Dus zorg er zeker voor dat je de juiste plek kiest.”

En welke plek raadt ze dan aan? “Zelf ga ik het liefst richting de Dolomieten”, vertelt Sauerbreij. “Ik hou wel van kleinschalige gebieden met kleine appartementen of een hotelletje dat heel blij is met je keus. Daarnaast is in Italië de kans op mooi weer groter en de kans op lekker eten gegarandeerd. En er is meer tijd voor persoonlijke aandacht op de piste.”