27 okt 2020
|
Levensstijl
Vroeg of laat krijgt iedereen met de dood te maken. Iedereen weet hoe kwetsbaar je dan bent, en hoe belangrijk het is dat er dan iemand voor je is. De 12.000 vrijwilligers van Vrijwillige Palliatieve Terminale Zorg Nederland (VPTZ Nederland) zijn er voor hen met aandacht, tijd en ondersteuning.
“Onze vrijwilligers zijn er niet voor de medische of verpleegkundige handelingen, maar doen vaak dezelfde dingen als de partners en familieleden”, vertelt Karin Lieber, voorzitter van VPTZ Nederland. “Door er op die manier voor mensen te zijn krijgen mantelzorgers de gelegenheid om even tijd voor zichzelf te nemen, zodat ze hun zware taak kunnen blijven doen. Dat er zijn voor mensen, dat is de belangrijkste rol van onze vrijwilligers.”
Karin Lieber, voorzitter van VPTZ Nederland
Om dat goed te kunnen doen ontwikkelen vrijwilligers zich en worden zij opgeleid. Niet over medische of verpleegkundige zaken, maar wel over de situatie waarin ze terecht komen. “In contact zijn met een stervende raakt ook jouw eigen sterfelijkheid aan”, vertelt Lieber. “Je daartoe kunnen verhouden, je beseffen dat je er juist in de relatie voor hen kunt zijn en hoe je die relatie aan kunt gaan met de stervende, daarover leren is belangrijk. Onze vrijwilligers krijgen met allerlei vormen van complexiteit te maken. Mensen die toeleven naar de dood, maar ook mensen die juist heel bang of boos zijn. Al dat soort zaken vragen om een gerichte aandacht.”
Om die relatie op een goede manier aan te gaan is het volgens Lieber heel belangrijk om echt in het moment te kunnen en willen zijn. “Je moet daar niet gestrest of gedeprimeerd door raken en je moet je bij al die ingewikkeldheden staande kunnen houden. Dat is best lastig. Daarnaast moet je ook goed kunnen luisteren en kijken om te zien waar je nog iets kunt betekenen. In de trainingen van VPTZ Nederland leren onze vrijwilligers onder andere zich open te stellen en de coördinatoren begeleiden hen daarin, zodat ze echt het verschil kunnen maken.”
Helaas ondervinden ook VPTZ-organisaties de afgelopen maanden hinder van de COVID-19 crisis. “Onze vrijwilligers zijn zowel in de thuissituatie als in hospices en zorginstellingen actief, maar door corona is dat niet altijd mogelijk. Daarnaast maken vrijwilligers natuurlijk ook zelf de afweging: wil ik wel ingezet worden tijdens deze pandemie? Veel van onze vrijwilligers zijn wat ouder, soms ook kwetsbaar en daardoor nu niet beschikbaar.”
Ook door de 1,5 m norm verandert de dagelijkse praktijk. “Hospices en zorginstellingen hebben bijvoorbeeld een grote woonkeuken of –kamer waar familieleden en gasten graag samenkomen”, vertelt Lieber. “Dat kan nu niet meer. En de arm om een nabestaande heenslaan of in wat groter familieverband nog even spreken over de dierbare zit er soms tijdelijk niet meer in en dat is heel lastig. Want juist in deze levensfase is die warme menslievende omgeving zo hard nodig. Daarom ben ik blij dat veel van onze vrijwilligers hun werk nog wel uitvoeren, zij het vaak in een wat andere vorm dan voorheen.”
Samen kunnen mantelzorgers, vrijwilligers en de beroepskrachten het verschil maken, aldus Lieber. “Vrijwilligers zijn het cement van de samenleving, met goede vrijwilligers heb je echt goud in handen. Zeker in de stervenszorg zijn ze zo belangrijk. Het gaat om die oprechte aandacht, tijd en ondersteuning die ze kunnen bieden, zodat de stervende zich niet alleen voelt en de mantelzorger de zorg kan volhouden.”
De ruim 200 organisaties die bij VPTZ Nederland zijn aangesloten bevinden zich overal in Nederland, er is dus altijd één in de buurt. “Laten we gebruik maken van die prachtige maatschappelijke kracht die vrijwilligers vertegenwoordigen, zodat zij er voor ons kunnen zijn voordat het te zwaar wordt. Daarom hoop ik dat de VPTZ-organisaties nog bekender worden bij verwijzende instanties, want een luisterend oor en extra ondersteuning in de laatste levensfase is goud waard.”