Laatste nieuws

6 aug 2019

|

Maatschappij

Decentrale energieopwekking is nodig om klimaatdoelstellingen te halen

Journalist: Claudia Pietryga

6 aug 2019

|

Maatschappij

Duurzaam voeding consumeren

Wanneer je opgroeit op het Friese platteland, je grootvader een biologische kruideniers-winkel heeft en je wordt opgevoed met een milieubewuste kijk op voeding, kan het niet anders dan dat je daar zelf ook grote belangstelling voor ontwikkelt. Dat is precies wat gebeurde bij Rens Kroes. Tegenwoordig woont ze niet meer op het platteland; vorig jaar was het nog New York, nu verblijft ze permanent in Amsterdam. Ze werkte een tijd in een obesitaskliniek en runde drie jaar lang een eigen voedingspraktijk, maar besloot daarna een nieuwe business te starten; inmiddels houdt ze haar eigen voedingsblog renskroes.com bij, heeft ze vier kookboeken en een lifestyleboek geschreven én runt ze haar eigen duurzame webshop, Powerfoodies Market, met voedingsmiddelen en goodies. 


Duurzaamheid is een groot thema binnen zowel het zakelijke- als privéleven van Rens. “Ik heb een holistische kijk op het leven. Je moet niet alleen goed voor jezelf zorgen, maar ook voor anderen en de aarde. Hoe doe je dat? Wat kan je zélf doen om aan het milieu bij te dragen? Veel mensen denken dat ze in hun eentje geen verschil kunnen maken, maar het kan wel! Ik vind het belangrijk dat mensen zich daar bewust van zijn. Over het algemeen ben ik erg optimistisch ingesteld, maar omtrent duurzaamheid moeten we echt even realistisch zijn en dingen anders gaan aanpakken.”


Helaas is duurzaam consumeren van voedsel nog niet de standaard in Nederland. Wel denkt Rens dat het een blijvende en stijgende trend is. “Eerlijk is eerlijk; ik leef wel in een bubbel. De mensen om mij heen in de steden zijn er veel mee bezig. Daar is het aanbod ook veel groter dan op het platteland. Veganistische restaurantjes, duurzame supermarkten… Ik hoop echt dat dit zich gaat uitbreiden naar de rest van het land. Wat zeg ik? De wereld! Want wij kunnen nog zo weinig vlees eten; in China bijvoorbeeld eten ze het steeds meer. Ik blijf het een lastig onderwerp vinden, maar laten we dan in ieder geval proberen het op kleine schaal zo duurzaam mogelijk te doen. En dat begint bij jezelf.”


Wat doet Rens dan om voeding zo duurzaam mogelijk te consumeren? “Natuurlijk doe ik dingen zoals afval scheiden, een eigen boodschappentas meenemen en producten kopen met zo min mogelijk plastic er omheen. Maar ik denk dat het vooral goed is om een stap terug te doen en te beginnen bij het begin; je bewust worden van wat je eet. Duurzaam bezig zijn met voeding kost niet per se meer geld, eerder meer tijd. Tijd om na te denken over wat je eet, waar die producten vandaan komen en om dan een bewuste keuze te maken. En die tijd moet je maken, vind ik. Het is belangrijk dat je je zelf goed voedt en bijdraagt aan een betere wereld. Ik ben echt voorstander van een plantaardige levensstijl; door minder vlees en meer plantaardige, lokale en seizoensgebonden producten te eten,  doe je de natuur een groot plezier. Jezelf ook trouwens!”

More Stories

6 aug 2019

|

Maatschappij

Decentrale energieopwekking is nodig om klimaatdoelstellingen te halen

Om Nederland te verduurzamen is decentrale energieopwekking door middel van zonnepanelen en windenergie nodig. Een nieuwe manier om groene stroom te delen met andere burgers is coöperatief opwekken en het vervolgens lokaal afnemen.


In Nederland wekken burgers in een coöperatie aan de hand van gezamenlijke zonnepanelen en windenergie groene stroom op die inwoners uit de regio op hun beurt kunnen afnemen. André Dippell is directeur van om | nieuwe energie, al 4 jaar lang het duurzaamste collectief door de Consumentenbond, gevormd door energiecoöperaties: “De coöperaties ontstaan door burgers die hebben besloten de regio te verduurzamen en gezamenlijk energie op te wekken. Het is heel mooi om te zien dat zij het heft  in eigen hand willen nemen. Ze profiteren er zelf van, maar hun omgeving ook. We doen het wat dat betreft  met en voor elkaar.”


Inmiddels zijn er landelijk zo’n veertig coöperaties. Een voordeel van decentrale opwekking is dat het elektriciteitsnet ontlast wordt en er geen sprake is van energieverlies tijdens het transport, aangezien de energie op dezelfde plek wordt gebruikt. “Het is onze intentie om de energietransitie in Nederland op een andere manier te versnellen”, legt Dippell uit. “Een burgerinitiatief verenigd in een coöperatie hoeft , in tegenstelling tot reguliere leveranciers, geen winst te maken. Het verdiende geld wordt direct door ons geïnvesteerd in nieuwe duurzaamheidsprojecten en het verlagen van de energietarieven. Op die manier wordt groene energie voor iedereen bereikbaar.” 


Volgens Dippell heeft lokaal opgewekte energie de toekomst. “Het is inmiddels duidelijk dat we zonder decentrale opwek de klimaatdoelstellingen niet halen. Deelnemers dragen direct bij aan regioverduurzaming, stimuleren de lokale economie en sociale cohesie. En als afnemer kun je zien waar je energie vandaan komt. Want het is soms nog maar de vraag waar die vandaan komt. Soms wordt die via certificaten ingekocht of vanuit Rusland naar Nederland getransporteerd. Dat moet van ver komen en is lang niet altijd zo groen. Lokaal opwekken is wat dat betreft  een stuk duurzamer.” 

6 aug 2019

|

Maatschappij

Duurzaam voeding consumeren

Wanneer je opgroeit op het Friese platteland, je grootvader een biologische kruideniers-winkel heeft en je wordt opgevoed met een milieubewuste kijk op voeding, kan het niet anders dan dat je daar zelf ook grote belangstelling voor ontwikkelt. Dat is precies wat gebeurde bij Rens Kroes. Tegenwoordig woont ze niet meer op het platteland; vorig jaar was het nog New York, nu verblijft ze permanent in Amsterdam. Ze werkte een tijd in een obesitaskliniek en runde drie jaar lang een eigen voedingspraktijk, maar besloot daarna een nieuwe business te starten; inmiddels houdt ze haar eigen voedingsblog renskroes.com bij, heeft ze vier kookboeken en een lifestyleboek geschreven én runt ze haar eigen duurzame webshop, Powerfoodies Market, met voedingsmiddelen en goodies. 


Duurzaamheid is een groot thema binnen zowel het zakelijke- als privéleven van Rens. “Ik heb een holistische kijk op het leven. Je moet niet alleen goed voor jezelf zorgen, maar ook voor anderen en de aarde. Hoe doe je dat? Wat kan je zélf doen om aan het milieu bij te dragen? Veel mensen denken dat ze in hun eentje geen verschil kunnen maken, maar het kan wel! Ik vind het belangrijk dat mensen zich daar bewust van zijn. Over het algemeen ben ik erg optimistisch ingesteld, maar omtrent duurzaamheid moeten we echt even realistisch zijn en dingen anders gaan aanpakken.”


Helaas is duurzaam consumeren van voedsel nog niet de standaard in Nederland. Wel denkt Rens dat het een blijvende en stijgende trend is. “Eerlijk is eerlijk; ik leef wel in een bubbel. De mensen om mij heen in de steden zijn er veel mee bezig. Daar is het aanbod ook veel groter dan op het platteland. Veganistische restaurantjes, duurzame supermarkten… Ik hoop echt dat dit zich gaat uitbreiden naar de rest van het land. Wat zeg ik? De wereld! Want wij kunnen nog zo weinig vlees eten; in China bijvoorbeeld eten ze het steeds meer. Ik blijf het een lastig onderwerp vinden, maar laten we dan in ieder geval proberen het op kleine schaal zo duurzaam mogelijk te doen. En dat begint bij jezelf.”


Wat doet Rens dan om voeding zo duurzaam mogelijk te consumeren? “Natuurlijk doe ik dingen zoals afval scheiden, een eigen boodschappentas meenemen en producten kopen met zo min mogelijk plastic er omheen. Maar ik denk dat het vooral goed is om een stap terug te doen en te beginnen bij het begin; je bewust worden van wat je eet. Duurzaam bezig zijn met voeding kost niet per se meer geld, eerder meer tijd. Tijd om na te denken over wat je eet, waar die producten vandaan komen en om dan een bewuste keuze te maken. En die tijd moet je maken, vind ik. Het is belangrijk dat je je zelf goed voedt en bijdraagt aan een betere wereld. Ik ben echt voorstander van een plantaardige levensstijl; door minder vlees en meer plantaardige, lokale en seizoensgebonden producten te eten,  doe je de natuur een groot plezier. Jezelf ook trouwens!”

6 aug 2019

|

Maatschappij

De weg naar een circulaire toekomst

Circulariteit is inmiddels een dagelijks besproken onderwerp. De dialoog over het onderwerp is in volle gang, wat Michel Baars, eigenaar en directeur New Horizon, betreft  een goede ontwikkeling. Maar hij plaatst ook een kanttekening: “We moeten ervoor waken dat de essentie van een circulair economisch model niet vervaagt en niet verkeerd geframed wordt als bijvoorbeeld het simpelweg op een marktplaats zetten van materialen.” 

Die verkeerde framing vindt zich in de noe-mer duurzaamheid. “De misperceptie is dat circulariteit onderdeel is van een duur-zaamheidsmodel. De hiërarchie is echter dat circulariteit meer is dan een duurzaamheidsmodel of -hype, en dat duurzaamheid juist een onderdeel is van circulariteit. We hebben het hier over een hele andere visie op de maatschappij en economie. Het debat moet vooral hier op geijkt zijn en hoe we als samenleving mensen blijven includeren.” 

Juist de economische triggers zijn interessant voor ondernemers om de stap naar bijvoorbeeld circulaire bouwprojecten te zetten. “Ondernemers denken aan tijd, geld en risico. Duurzaamheid is vaak een minder tastbaar thema. De economische waarde van circulariteit is daarom zo belangrijk.” Maar ook de maatschappelijke impact van circulaire bouwprojecten is een belangrijk thema, bijvoorbeeld op de arbeidsmarkt: “Er zullen veel nieuwe banen ontstaan die we moeten laten invullen door mensen die nu nog niet meedoen aan circulariteit. Zo houden we iedereen betrokken.”

“Om echter de stap te zetten naar een circulaire toekomst, moet er een koploper zijn in de sector. Daarnaast moet kennis onvoorwaardelijk gedeeld worden. Het is cruciaal dat we inhoud blijven toevoegen aan de discussie.” Het belang van deze twee stappen in combinatie met helderheid over de framing van circulariteit, zullen het concept stimuleren.

Ook de overheid moet duidelijke meetpunten creëren die we kunnen vergelijken. “Zo kunnen we de progressie van circulariteit daadwerkelijk inzien. Zeker als we door maatschappelijke trends als digitalisering en robotisering straks exponentieel stap-pen kunnen maken. Je moet de werkelijke status van de transitie kunnen inzien, alsmede de samenhang tussen circulariteit en deze trends.” 

6 aug 2019

|

Maatschappij

Isolatie, het thermo-ondergoed van energie besparen

Zonnepanelen, een warmtepomp of je eigen windmolen. Er zijn steeds meer high-tech mogelijkheden om op je energierekening te besparen en bij te dragen aan een beter milieu. Maar zonder goede isolatie van je woning is het dweilen met de kraan open. 


Er zijn drie vormen van isolatie in huis: spouwmuurisolatie, dakisolatie en vloerisolatie. Stuk voor stuk hebben ze voor- en nadelen. “De keuze voor isolatie hangt natuurlijk in de eerste plaats van je woning, budget en persoonlijke voorkeuren af ”, legt Rick Takkenkamp, eigenaar van Takken-kamp Isolatie, uit. “Over het algemeen is het zo dat je met dakisolatie veel op je energierekening kunt besparen. Warme lucht stijgt namelijk op, dus als het door een goed geïsoleerd dak niet naar buiten kan, houd je de warmte beter in huis en dat merk je in je portemonnee. Maar met vloerisolatie heb je weer snel comfortgewin, omdat je direct na het aanleggen ervan al geen koude voeten meer hebt.”  


Volgens hem heeft spouwmuurisolatie het beste rendement, omdat je de investering er na drie tot zes jaar al uit hebt. Dakisolatie geeft daarentegen een wat groter kostenplatje, omdat meestal de gehele zolder wordt aangepakt met bijvoorbeeld een dakkapel en mooie afwerking zodat er een goede extra leefruimte ontstaat. Ook de techniek van isolatiematerialen staat niet stil. “We moeten van het gas af, willen steeds meer besparen en steeds minder energie verbruiken. De eisen worden hoger, maar een spouw-muur blijft wel dezelfde afmeting houden. Momenteel heeft het materiaal dat daarvoor wordt gebruikt een isolatiewaarde van 1,8, maar er wordt een nieuwe soort ontwikkeld die de waarde in een klap kan verdubbelen.” 


Het isoleren van je woning is best een grote klus. Vaak wordt het gedaan bij de aankoop van een huis. Stel iemand koopt een niet onderhouden jarendertighuis, waar moet dan op worden gelet? “Kijk vooral niet met een roze bril naar de verbouwing”, legt Takkenkamp uit. “Woningen van de jaren dertig hebben wel spouwmuren, in tegenstelling tot huizen van voor die tijd, maar vaak werd er in muren puin en ander afval gedumpt. Dit zou natuurlijk aangepakt kunnen worden met moderne spouwmuurisolatie, maar het is vooral belangrijk om met een generieke blik naar de verbouwing te kijken. Misschien moeten de oude jaren dertig dakpannen worden vervangen, moeten de houten kozijnen worden vervangen en kan de vloer ook een opknapbeurt gebruiken zodat het huis beter geïsoleerd wordt. Verkijk je er in elk geval niet op en maak eventueel een meerjarenplan.”  


Energieneutraal houdt in dat een woning net zoveel energie opwekt als dat het verbruikt en dat er op een zuinige manier met energie wordt omgegaan. Vorig jaar leek er sprake van dat iedereen maar een warmtepomp moest nemen. Het zou volgens Diederik Samson dé oplossing zijn om te besparen op de energierekening en CO2-uitstoot terug te dringen, maar daar kwam hij toch wat op terug, omdat je dan wel een ‘hysterisch goed geïsoleerde woning nodig hebt’. Takken-kamp onderschrijft dit. “Je moet eerst goed isoleren, dan komen andere hulpmiddelen zoals een warmtepomp aan bod. Zie het zo: als het koud is buiten, dan trek je toch ook niet alleen maar een dure jas aan? Dan kijk je eerst goed naar je onderkleding, boven-kleding en dan pas komt die jas. Dat geldt dus ook voor isolatie.”

31 jul 2019

|

Maatschappij

“De aarde is een grote warmte-accu”

Energie opwekken aan de hand van zonnepanelen of windmolens is bij veel Nederlanders wel bekend, maar ook met aardwarmte kun je op een duurzame en lokale manier energie verkrijgen. 


Met aardwarmte kan een woning zonder gas worden verwarmd. Er wordt hiervoor vlakbij een woning tot zo’n 150 meter diepte een gat van 15 centimeter geboord waarin twee buizen de grond in gaan . Deze buizen zijn verbonden met een warmtepomp in huis die de grondwatertemperatuur gebruikt om het huis te verwarmen en er warm water van maakt. “Met aardwarmte haal je tachtig procent van je energie voor verwarmen gewoon uit eigen tuin”, legt Beerd Volkers, aardwarmte-expert uit. “Het systeem bestaat al twintig jaar, dus de kinderziektes zijn er inmiddels uit. En omdat ook de prijs van aardgas steeds hoger komt te liggen wordt het systeem vaker toegepast.” 


Bijkomend voordeel van het systeem is dat er ook mee gekoeld kan worden. “De temperatuur van het grondwater is zo’n 10 á 13 graden. Een woning kan er in de zomer zo’n 5 á 6 graden koeler mee gemaakt worden. 


Het mooie is dat de warmte uit het huis enkele maanden in de aarde wordt opgeslagen. Hiermee kan je in het najaar weer je huis verwarmen met de warmte van de zomer.” Inmiddels telt Nederland zo’n 280.000 woningen die energie verkrijgen door middel van aardwarmte en er komen jaarlijks 20.000 huishoudens bij. Belasten we de aarde niet teveel als heel Nederland over gaat op dit systeem? “Zelfs als alle huishoudens in Nederland en ook de industrie zoals de glas- en tuinbouwsector een aardwarmtesysteem zouden nemen, heeft  dit geen gevolgen voor de aardkorst, zolang je dan maar diep genoeg boort. De bodem is wat dat betreft  een heel grote warmte-accu.” 

30 jul 2019

|

Maatschappij

Smart Buildings en Circulair bouwen

Het is de trend van het moment: efficiënt en wijs omgaan met de omgeving. Die efficiëntieslag proberen we niet alleen te maken in het kader van duurzaamheid, maar ook om economisch voordeel te behalen. Smart buildings en circulair bouwen zijn twee wij-zen waarop we in de bouw een efficiëntieslag kunnen maken.

Smart buildings, letterlijk ’slimme ge-bouwen’, beschikken over een zogeheten Gebouwenbeheersysteem (GBS). Dit systeem is een centrale monitoringstool voor alle installaties in een gebouw, zoals bijvoorbeeld verwarming, PC-netwerken, brandveiligheid, inbraakbeveiliging, verlichting, luchtbehandeling, klimaatbeheersing en kamerreseveringen. Een gebouwbeheerder kan met het systeem zien of het pand optimaal gebruikt wordt of dat bijvoorbeeld een ruimte structureel niet gebruikt wordt. Daarnaast kan hij, of zij de ideale werkplek creëren (wanneer de besproken ruimte niet gebruikt wordt zal deze vrijgegeven worden). Bovendien kan hij via het netwerk bekijken of een collega aanwezig is en waar deze werkzaam is. Maar hij/zij kan ook verschillende systemen koppelen. 

Smart buildings gaan efficiënt om met gebouwen, wat in het verlengde ligt van een circulair bouwproject. Zo’n project draait om het slim gebruiken van grondstoffen, producten en goederen, zodat deze oneindig hergebruikt kunnen worden: een gesloten kringloop. Een van de doelen is om gebouwen flexibel in te zetten, wat met een GBS meer dan mogelijk wordt gemaakt. Circulair bouwen moet bijdragen aan de ambitie om een volledig circulaire economie te zijn in 2050.