Laatste nieuws

18 jun 2018

|

Maatschappij

Tussenjaar? Neem een weloverwogen besluit!

Veel aankomende studenten gebruiken een tussenjaar na het afstuderen om extra tijd te nemen voor een studiekeuze. Op zich is dat zeker toe te juichen, maar zonder goede voorbereiding kan een tussenjaar ook uitlopen op een fiasco.


Daniëlle Vogels is, zoals dat heet, tussenjaardeskundige. Ze is oprichter van de community TussenjaarTwijfels, dat ondertussen is opgegaan in het TussenjaarKenniscentrum. Wat zij daarbij onder andere signaleert, is dat op ruim de helft van de middelbare scholen uitsluitend tussenjaarinformatie wordt gegeven aan individuele havo- en vwo-leerlingen die hier zelf over beginnen of die geen studiekeuze kunnen maken. Haar Kenniscentrum wil zorgen dat alle havo-, vwo en mbo-scholieren informatie krijgen over de mogelijkheden en risico’s van een tussenjaar. 


Het Kenniscentrum bestaat niet om het tussenjaar te promoten. Daniëlle Vogels wil zoveel mogelijk nuttige kennis over een tussenperiode delen. “Een verkeerde studiekeuze heeft verschillende negatieve effecten. Een verkeerde keuze kan resulteren in een vergroot uitvalpercentage, maar kan bij de student ook leiden tot emotionele schade.”


Daarom, benadrukt Daniëlle Vogels, wie niet zeker is over een vervolgstudie kan zich beter voorbereiden met een tussenjaar. Uit verschillende onderzoeken komt naar voren dat die periode kan leiden tot verfrissing van de geest en een extra groei in motivatie. “Onder meer Harvard University adviseert om een tussenjaar te nemen voordat je gaat studeren.”


Daarbij geldt wel dat ze een goede voorbereiding noodzakelijk acht. Wie zijn tussenjaar nuttig besteedt, bijvoorbeeld deels ingevuld met vrijwilligerswerk, kan dat ook als aanprijzing gebruiken voor een latere carrière. “Bijvoorbeeld door snuffelwerk in de V.S. of Australië.”


Tot slot nog een waarschuwing: een studiekeuze komt niet uit de lucht vallen. Ook na een tussenjaar bestaat het risico dat de betrokken student er niet uit is over het verloop van zijn opleiding. “Bereid je daarom goed voor, ga uiteraard in gesprek met ouders, maar ook met schoolbegeleiders.”

8 jun 2018

|

Industrie

Wie voorbereid is ontdekt de digitale kansen

Op een conferentie sprak ik een manager die zich afvroeg of haar bedrijf wel voldoende was voorbereid op de digitale transformatie. Ze was geïmponeerd door de ontwikkelingen op het gebied van robotisering, 3D printen, big data en het Internet of Things.  Ik denk dat we allemaal onder de indruk zijn van wat er op het gebied van digitalisering momenteel gaande is en vooral van wat er nog allemaal gaat komen.


We horen van de best-practice organisaties die elk aspect van hun business hebben gedigitaliseerd en zo realiseren wat wel Industrie 4.0 wordt genoemd. Deze bedrijven weten de grote hoeveelheid data uit de verschillende fases in de productieketen zo aan elkaar te verbinden dat er een continu lerend proces en hoge mate van flexibiliteit ontstaat. Zelfs na levering blijft het product nuttige data sturen, waarmee de fabrikant in staat is tot aanpassingen op maat, smart customization, voor die klant. In 2020 zullen naar verwachting 22 tot 25 miljard apparaten data uitwisselen via het Internet of Things. Je hoeft geen groot ondernemer te zijn om daar de business kansen van te vermoeden. 


Ook in het industrieel ontwerpen ontstaan door digitalisering grote kansen. U leest erover in deze special. Het effect is dat hiermee gemakkelijker en klantgerichter is te ontwerpen. Met geavanceerde simulatietechnieken zijn processen of producten al nauwgezet te bestuderen nog voor ze zijn gerealiseerd. Het stelt daarmee in staat tot een hoge flexibiliteit in het ontwerpwerk en een snel reageren op mogelijk nieuwe designwensen van afnemers. 


Mentaal duizelig door al deze prachtige ontwikkelingen vraag ik mij af: Hoe kunnen managers en ondernemers deze kansen van de digitalisering grijpen, op maat voor hun eigen organisatie? Daartoe is het belangrijkste inzicht: De technologie is wel te kopen, maar hoe versterken we het commitment en de mindset in ons bedrijf om digitalisering tot in ons DNA te laten doordringen? Hoe zou bij ons een ondernemingsbrede digitale strategie eruitzien en hoe is het te realiseren? Hoe kunnen we medewerkers die bij ons al 20 jaar hetzelfde werk doen, hiervoor ontvankelijk en veranderingsgericht laten zijn? Welke kansrijke nieuwe producten, diensten en businessmodellen zijn door digitalisering mogelijk geworden? Met wie kunnen we daarbij samenwerken? Leest u deze editie met deze mooie, kansgerichte vragen in uw gedachten.  


Prof. Dr. Jeff Gaspersz, Hoogleraar Innovatie, Nyenrode Business Universiteit


7 jun 2018

|

Maatschappij

Drie duurzame energiebronnen

Biomassa: vijftig tinten groen

70% van de hernieuwbare energie in Nederland wordt verkregen uit biomassa. Daarmee draagt biomassa voor een belangrijk deel bij aan de reductie van de CO2-emissie. Maar wanneer is biomassa duurzaam? En hoe zit het met de uitstoot van fijnstof?


Volgens Floor van der Hilst, onderzoeker aan de Universiteit Utrecht, zijn voor biomassa drie dingen essentieel: de oorsprong, de manier waarop gewassen worden geteeld, en of de geringe hoeveelheid beschikbare biomassa slim wordt ingezet. “En er mag in ieder geval geen sprake zijn van interactie met voedsel, de natuur of ander landgebruik. Maar voor veel biomassa, zoals allerlei grassoorten, maar ook ookvoor het gebruik van landbouw- of bosbouw-residuen, is geen hoogwaardige grond nodig.”


Concurrentie met hoogwaardige houtvezels is volgens Eppo Bolhuis, voorzitter van de Nederlandse Vereniging van Biomassa Ketel Leveranciers (NBKL), ook bij het verstoken in pelletketels en -kachels uit den boze. “Pellets worden gemaakt van geperst houtafval, zoals houtsnippers en zaagsel, afkomstig uit de industrie en grote zagerijen.” 


Bolhuis nuanceert ook de verhalen over fijnstofuitstoot bij het verstoken van biomassa. “De uitstoot van grote biomassacentrales en de moderne pelletketels is uiterst klein, dat is ook wettelijk zo geregeld. Er zijn ook ontwikkelingen gaande om die fijnstof uitstoot tot nagenoeg nul te reduceren. Vergelijkenderwijs is de uitstoot van ouderwetse houtkachels en openhaarden is honderden keeren zo groot. Als brancheorganisatie maken wij ons er dan ook sterk voor om open haarden en verouderde houtkachels uit te bannen.” 


Het belangrijkste argument voor de inzet van biomassa is volgens Van der Hilst misschien wel “dat je er simpelweg niet omheen kunt. Willen wij de klimaatdoelen halen, dan moeten we snel actie ondernemen. Elektrische vliegtuigen, om maar eens iets te noemen, hebben we niet morgen al. Dus kunnen we in de tussentijd het beste gebruik maken van biojetfuel. Onder voorwaarde dat die duurzaam geproduceerd is.”


Solar: voor een zonnige toekomst

Het aantal Nederlanders met zonnepanelen op het dak is explosief gegroeid, overal verrijzen er zonneparken en er komt een drijvend zonnepark in de Noordzee. Maar de zon schijnt geen 24 uur per dag, dus vraagt de opvang van de pieken en dalen in opwek om een oplossing. 


De populariteit van solar heeft volgens Miro Zeman, hoogleraar Electrical Sustainable Energy aan de TU Delft, vooral te maken met de dalende prijzen door de aanvoer van goedkope zonnepanelen uit China. “De terugverdientijd is ondertussen 7 à 8 jaar, terwijl de panelen zo’n 25 jaar mee kunnen.”


Het geeft volgens Zeman, zelf al 16 jaar trotse eigenaar van zonnepanelen, bovendien ‘een fantastisch gevoel’ om bij zonnig weer je energiemeter de andere kant op te zien draaien. “Hoe geweldig is het om zelf je elektriciteit te kunnen genereren? Mensen zijn daardoor ‘prosumer’ geworden in plaats van ‘consumer’.”


Voor een verdere schaalvergroting van solar toepassingen in de bebouwde kom zijn verbeteringen van zowel het rendement als het uiterlijk van zonnepanelen nodig. Zeman: “Daarvoor is de samenwerking met architecten belangrijk. Waar hebben zij behoefte aan bij het realiseren van nieuwbouw of de renovatie van bestaande gebouwen? Daarnaast zou je zonnecellen van additionele functionele lagen kunnen voorzien. Naast de laag waarmee elektriciteit wordt opgewekt kun je bijvoorbeeld denken aan een warmte-genererende laag en eentje die meer licht doorlaat naar de zonnecel.” 


Tenslotte is de opslag van zonne-energie in batterijen of moleculen (zogenaamde e-refinery) een ontwikkeling die nog in de kinderschoenen staat. Volgens Zeman is dat echter niet alleen een kwestie van technologie. “Daarvoor zal er ook in de politiek het een en ander geregeld moeten worden.”



Windenergie in Nederland heeft de wind mee

Onlangs werd bekend dat Nederland drie grote offshore windparken gaat aanleggen in de Noordzee. De verwachting is dat windenergie daarmee in 2030 in 40% van de totale elektriciteitsbehoefte van Nederland kan voorzien. Ook heeft Nederland een primeur: voor het eerst gaat een windpark op zee zonder subsidie gebouwd worden. 


Simon Watson, hoogleraar Wind Energy Systems aan de TU Delft, vindt de komst van die offshore windparken een heuglijke ontwikkeling, die in belangrijke mate kan bijdragen aan het terugdringen van de CO2-emissie. Voor de zichtbaarheid van de windmolens hoeven bezorgde kustbewoners en recreanten niet te vrezen: de nieuwe parken komen namelijk maar liefst 50 km van de kust. Met de milieu-impact zal het ook wel meevallen, verwacht Watson. “Het grootste probleem is waarschijnlijk de geluidsoverlast in de bouwfase. Maar daar kun je van tevoren wel een oplossing voor bedenken.”


Het feit dat zo’n park straks zonder staatssubsidie wordt aangelegd, kan voor het imago van windenergie ook zeker geen kwaad. Al is dit argument volgens Watson een beetje een wassen neus, omdat de overheid wel degelijk meebetaalt aan het aanleggen van de benodigde infrastructuur door TenneT. “Maar uiteindelijk krijgen alle energiebronnen enige vorm van staatssubsidie. Dat geldt ook voor fossiele bronnen.”


Waar wij wat Watson betreft uiteindelijk naartoe moeten is een vorm van energiemanagement, gestoeld op de combinatie van zon en wind, waarbij je op Europees niveau afspraken maakt over de uitwisseling van stroom uit zon en wind. “Noordelijke landen kunnen windenergie exporteren naar andere regio’s op het moment dat er veel wind is, in ruil voor zonnestroom uit zuidelijke landen met meer zonuren.”

7 jun 2018

|

Levensstijl

Veilig foto’s van je kleintje delen

Journalist: Marjon Kruize

More Stories

18 jun 2018

|

Maatschappij

Tussenjaar? Neem een weloverwogen besluit!

Veel aankomende studenten gebruiken een tussenjaar na het afstuderen om extra tijd te nemen voor een studiekeuze. Op zich is dat zeker toe te juichen, maar zonder goede voorbereiding kan een tussenjaar ook uitlopen op een fiasco.


Daniëlle Vogels is, zoals dat heet, tussenjaardeskundige. Ze is oprichter van de community TussenjaarTwijfels, dat ondertussen is opgegaan in het TussenjaarKenniscentrum. Wat zij daarbij onder andere signaleert, is dat op ruim de helft van de middelbare scholen uitsluitend tussenjaarinformatie wordt gegeven aan individuele havo- en vwo-leerlingen die hier zelf over beginnen of die geen studiekeuze kunnen maken. Haar Kenniscentrum wil zorgen dat alle havo-, vwo en mbo-scholieren informatie krijgen over de mogelijkheden en risico’s van een tussenjaar. 


Het Kenniscentrum bestaat niet om het tussenjaar te promoten. Daniëlle Vogels wil zoveel mogelijk nuttige kennis over een tussenperiode delen. “Een verkeerde studiekeuze heeft verschillende negatieve effecten. Een verkeerde keuze kan resulteren in een vergroot uitvalpercentage, maar kan bij de student ook leiden tot emotionele schade.”


Daarom, benadrukt Daniëlle Vogels, wie niet zeker is over een vervolgstudie kan zich beter voorbereiden met een tussenjaar. Uit verschillende onderzoeken komt naar voren dat die periode kan leiden tot verfrissing van de geest en een extra groei in motivatie. “Onder meer Harvard University adviseert om een tussenjaar te nemen voordat je gaat studeren.”


Daarbij geldt wel dat ze een goede voorbereiding noodzakelijk acht. Wie zijn tussenjaar nuttig besteedt, bijvoorbeeld deels ingevuld met vrijwilligerswerk, kan dat ook als aanprijzing gebruiken voor een latere carrière. “Bijvoorbeeld door snuffelwerk in de V.S. of Australië.”


Tot slot nog een waarschuwing: een studiekeuze komt niet uit de lucht vallen. Ook na een tussenjaar bestaat het risico dat de betrokken student er niet uit is over het verloop van zijn opleiding. “Bereid je daarom goed voor, ga uiteraard in gesprek met ouders, maar ook met schoolbegeleiders.”

8 jun 2018

|

Industrie

Wie voorbereid is ontdekt de digitale kansen

Op een conferentie sprak ik een manager die zich afvroeg of haar bedrijf wel voldoende was voorbereid op de digitale transformatie. Ze was geïmponeerd door de ontwikkelingen op het gebied van robotisering, 3D printen, big data en het Internet of Things.  Ik denk dat we allemaal onder de indruk zijn van wat er op het gebied van digitalisering momenteel gaande is en vooral van wat er nog allemaal gaat komen.


We horen van de best-practice organisaties die elk aspect van hun business hebben gedigitaliseerd en zo realiseren wat wel Industrie 4.0 wordt genoemd. Deze bedrijven weten de grote hoeveelheid data uit de verschillende fases in de productieketen zo aan elkaar te verbinden dat er een continu lerend proces en hoge mate van flexibiliteit ontstaat. Zelfs na levering blijft het product nuttige data sturen, waarmee de fabrikant in staat is tot aanpassingen op maat, smart customization, voor die klant. In 2020 zullen naar verwachting 22 tot 25 miljard apparaten data uitwisselen via het Internet of Things. Je hoeft geen groot ondernemer te zijn om daar de business kansen van te vermoeden. 


Ook in het industrieel ontwerpen ontstaan door digitalisering grote kansen. U leest erover in deze special. Het effect is dat hiermee gemakkelijker en klantgerichter is te ontwerpen. Met geavanceerde simulatietechnieken zijn processen of producten al nauwgezet te bestuderen nog voor ze zijn gerealiseerd. Het stelt daarmee in staat tot een hoge flexibiliteit in het ontwerpwerk en een snel reageren op mogelijk nieuwe designwensen van afnemers. 


Mentaal duizelig door al deze prachtige ontwikkelingen vraag ik mij af: Hoe kunnen managers en ondernemers deze kansen van de digitalisering grijpen, op maat voor hun eigen organisatie? Daartoe is het belangrijkste inzicht: De technologie is wel te kopen, maar hoe versterken we het commitment en de mindset in ons bedrijf om digitalisering tot in ons DNA te laten doordringen? Hoe zou bij ons een ondernemingsbrede digitale strategie eruitzien en hoe is het te realiseren? Hoe kunnen we medewerkers die bij ons al 20 jaar hetzelfde werk doen, hiervoor ontvankelijk en veranderingsgericht laten zijn? Welke kansrijke nieuwe producten, diensten en businessmodellen zijn door digitalisering mogelijk geworden? Met wie kunnen we daarbij samenwerken? Leest u deze editie met deze mooie, kansgerichte vragen in uw gedachten.  


Prof. Dr. Jeff Gaspersz, Hoogleraar Innovatie, Nyenrode Business Universiteit


7 jun 2018

|

Maatschappij

Drie duurzame energiebronnen

Biomassa: vijftig tinten groen

70% van de hernieuwbare energie in Nederland wordt verkregen uit biomassa. Daarmee draagt biomassa voor een belangrijk deel bij aan de reductie van de CO2-emissie. Maar wanneer is biomassa duurzaam? En hoe zit het met de uitstoot van fijnstof?


Volgens Floor van der Hilst, onderzoeker aan de Universiteit Utrecht, zijn voor biomassa drie dingen essentieel: de oorsprong, de manier waarop gewassen worden geteeld, en of de geringe hoeveelheid beschikbare biomassa slim wordt ingezet. “En er mag in ieder geval geen sprake zijn van interactie met voedsel, de natuur of ander landgebruik. Maar voor veel biomassa, zoals allerlei grassoorten, maar ook ookvoor het gebruik van landbouw- of bosbouw-residuen, is geen hoogwaardige grond nodig.”


Concurrentie met hoogwaardige houtvezels is volgens Eppo Bolhuis, voorzitter van de Nederlandse Vereniging van Biomassa Ketel Leveranciers (NBKL), ook bij het verstoken in pelletketels en -kachels uit den boze. “Pellets worden gemaakt van geperst houtafval, zoals houtsnippers en zaagsel, afkomstig uit de industrie en grote zagerijen.” 


Bolhuis nuanceert ook de verhalen over fijnstofuitstoot bij het verstoken van biomassa. “De uitstoot van grote biomassacentrales en de moderne pelletketels is uiterst klein, dat is ook wettelijk zo geregeld. Er zijn ook ontwikkelingen gaande om die fijnstof uitstoot tot nagenoeg nul te reduceren. Vergelijkenderwijs is de uitstoot van ouderwetse houtkachels en openhaarden is honderden keeren zo groot. Als brancheorganisatie maken wij ons er dan ook sterk voor om open haarden en verouderde houtkachels uit te bannen.” 


Het belangrijkste argument voor de inzet van biomassa is volgens Van der Hilst misschien wel “dat je er simpelweg niet omheen kunt. Willen wij de klimaatdoelen halen, dan moeten we snel actie ondernemen. Elektrische vliegtuigen, om maar eens iets te noemen, hebben we niet morgen al. Dus kunnen we in de tussentijd het beste gebruik maken van biojetfuel. Onder voorwaarde dat die duurzaam geproduceerd is.”


Solar: voor een zonnige toekomst

Het aantal Nederlanders met zonnepanelen op het dak is explosief gegroeid, overal verrijzen er zonneparken en er komt een drijvend zonnepark in de Noordzee. Maar de zon schijnt geen 24 uur per dag, dus vraagt de opvang van de pieken en dalen in opwek om een oplossing. 


De populariteit van solar heeft volgens Miro Zeman, hoogleraar Electrical Sustainable Energy aan de TU Delft, vooral te maken met de dalende prijzen door de aanvoer van goedkope zonnepanelen uit China. “De terugverdientijd is ondertussen 7 à 8 jaar, terwijl de panelen zo’n 25 jaar mee kunnen.”


Het geeft volgens Zeman, zelf al 16 jaar trotse eigenaar van zonnepanelen, bovendien ‘een fantastisch gevoel’ om bij zonnig weer je energiemeter de andere kant op te zien draaien. “Hoe geweldig is het om zelf je elektriciteit te kunnen genereren? Mensen zijn daardoor ‘prosumer’ geworden in plaats van ‘consumer’.”


Voor een verdere schaalvergroting van solar toepassingen in de bebouwde kom zijn verbeteringen van zowel het rendement als het uiterlijk van zonnepanelen nodig. Zeman: “Daarvoor is de samenwerking met architecten belangrijk. Waar hebben zij behoefte aan bij het realiseren van nieuwbouw of de renovatie van bestaande gebouwen? Daarnaast zou je zonnecellen van additionele functionele lagen kunnen voorzien. Naast de laag waarmee elektriciteit wordt opgewekt kun je bijvoorbeeld denken aan een warmte-genererende laag en eentje die meer licht doorlaat naar de zonnecel.” 


Tenslotte is de opslag van zonne-energie in batterijen of moleculen (zogenaamde e-refinery) een ontwikkeling die nog in de kinderschoenen staat. Volgens Zeman is dat echter niet alleen een kwestie van technologie. “Daarvoor zal er ook in de politiek het een en ander geregeld moeten worden.”



Windenergie in Nederland heeft de wind mee

Onlangs werd bekend dat Nederland drie grote offshore windparken gaat aanleggen in de Noordzee. De verwachting is dat windenergie daarmee in 2030 in 40% van de totale elektriciteitsbehoefte van Nederland kan voorzien. Ook heeft Nederland een primeur: voor het eerst gaat een windpark op zee zonder subsidie gebouwd worden. 


Simon Watson, hoogleraar Wind Energy Systems aan de TU Delft, vindt de komst van die offshore windparken een heuglijke ontwikkeling, die in belangrijke mate kan bijdragen aan het terugdringen van de CO2-emissie. Voor de zichtbaarheid van de windmolens hoeven bezorgde kustbewoners en recreanten niet te vrezen: de nieuwe parken komen namelijk maar liefst 50 km van de kust. Met de milieu-impact zal het ook wel meevallen, verwacht Watson. “Het grootste probleem is waarschijnlijk de geluidsoverlast in de bouwfase. Maar daar kun je van tevoren wel een oplossing voor bedenken.”


Het feit dat zo’n park straks zonder staatssubsidie wordt aangelegd, kan voor het imago van windenergie ook zeker geen kwaad. Al is dit argument volgens Watson een beetje een wassen neus, omdat de overheid wel degelijk meebetaalt aan het aanleggen van de benodigde infrastructuur door TenneT. “Maar uiteindelijk krijgen alle energiebronnen enige vorm van staatssubsidie. Dat geldt ook voor fossiele bronnen.”


Waar wij wat Watson betreft uiteindelijk naartoe moeten is een vorm van energiemanagement, gestoeld op de combinatie van zon en wind, waarbij je op Europees niveau afspraken maakt over de uitwisseling van stroom uit zon en wind. “Noordelijke landen kunnen windenergie exporteren naar andere regio’s op het moment dat er veel wind is, in ruil voor zonnestroom uit zuidelijke landen met meer zonuren.”

7 jun 2018

|

Gezondheid

4 keer uiterlijke verzorging voor mannen

Botox

Cosmetische ingrepen, waaronder botox, worden steeds populairder bij mannen. Het aantal mannen dat botox gebruikt is ten opzichte van zestien jaar geleden 3,5 keer zo groot. Lang niet alle mannen gebruikten de spierverslapper in de hoop er jonger uit te gaan zien. Botox werkt ook tegen migraine en zweetoksels.


Toch is uiterlijk de hoofdreden voor een botoxbehandeling. Mannen durven steeds vaker de drempel over te stappen bij een kliniek, om die laatste reden. Al betekent dit niet dat ze eerlijk uitkomen voor hun ‘verjongingskuur’. 


Botox is taboe. Het idee heerst dat het ‘niet mannelijk’ is om te vertellen dat je de natuur een handje helpt. Gelukkig kunnen artsen tegenwoordig zo subtiel spuiten, dat niemand hoeft te weten van de behandeling. De boel wordt bij mannen zelden volledig platgespoten. En dat is maar goed ook, want een beetje rimpels zijn sexy. Veel kerels verminderen de diepe fronsrimpel, of laten wat botox spuiten in de spieren rondom de ogen. De wenkbrauwen gaan dan een klein beetje omhoog waardoor je een ‘open, uitgeruste blik’ krijgt. Dé manier om er minder moe en gestrest uit te zien. 


De baard

Aan de populariteit van ‘de hipsterbaard’ lijkt geen einde te komen. Zelfs op de werkvloer is een flink behaard gezicht inmiddels geaccepteerd. En waarom ook niet? Het ziet er toch ook vet uit! Mwah, die mening deelt niet íedereen.


Onderzoek onder 8000 Europese vrouwen toont aan dat dames het meest houden van een stoppelbaardje. Een gladgeschoren gezicht, of flinke baard, wordt gezien als mínder aantrekkelijk. Wel goed nieuws voor de échte ‘baardman’: dames hebben liever een relatie met een kerel met véél gezichtshaar, dan met een volledig baardloze vent.


Dames blijken bereid de baard te accepteren, zolang deze goed verzorgd is. Van de woeste, onverzorgde baard -die een tijdje hip was- krijgt bijna niemand het warm. Gelukkig is momenteel vooral de ‘volle maar strakke baard’ in de mode. In tegenstelling tot vorig jaar, mág de baard netjes worden onderhouden. Een mooi kenmerk van de ‘strakke baard’ is de iets lagere wanglijn, die net onder de mondhoek uitkomt. Gelukkig zit tegenwoordig op elke straathoek wel een trendy barbershop, waar de baard netjes kan worden bijgewerkt, dus met die verzorging moet het goed komen! 


Ontharen

Waxen is hot, óók onder de mannelijke bevolking. Echt niet alleen topsporters en modellen durven een ontharingsbehandeling aan. Uit cijfers blijkt dat ongeveer 40 procent van de klanten van waxsalons inmiddels man is. Dat doet toch pijn joh, dat ontharen? Ja, dat kan niet worden ontkend: maar, wie mooi wil zijn… En ‘mooi zijn’ wordt steeds belangrijker.


De niet-waxer is nu natuurlijk nieuwgierig hoe dat in z’n werk gaat, zo’n behandeling. Als volgt: bij het waxen wordt ongewenst haar, met haarzakje en al, verwijderd. De haartjes groeien uiteindelijk terug, maar wel met zachte haarpunten, zodat er geen stoppels ontstaan, zoals na het scheren.


Veel mannen laten hun borst, rug of billen waxen, maar de meest populaire behandeling is de Brazilian wax: het ontharen van de ‘edele delen’. Ook mogelijk: het waxen van de neus en de oren. De meeste mannen verwijderen die haartjes met een trimmer, maar waxen biedt een goed alternatief. Het voordeel van een waxbeurt? Haar blijft langer weg dan bij trimmen of knippen. Waxen is even op je tanden bijten, maar dan heb je wel wat. En mooi meegenomen: hoe vaker je onthaard wordt, hoe minder pijnlijk de behandeling.


Een volle bos

Vraag een man wat zijn grootste nachtmerrie is en dikke kans dat hij antwoordt: kaal worden. Vooral ‘de monnik’, zo'n kale plek op het achterhoofd, is een schrikbeeld. Onderzoek van PanelWizard onder 514 Nederlandse mannen van 18 jaar en ouder toont aan dat één op de vier mannen dat de ergste plek vindt om kaal te worden.


Vooral jonge mannen lieten weten bang te zijn hun volle bos te verliezen, met de tijd. Bijna de helft gaf aan absoluut niet kaal te willen worden. Goed nieuws voor hen! Want kaal worden hoeft tegenwoordig simpelweg niet meer; want de haartransplantatie wordt beter en beter.


Zo goed, dat je inmiddels het verschil tussen getransplanteerd en ‘echt’ haar, amper ziet. Er zijn tegenwoordig zelfs robots op de markt die haartransplantaties uitvoeren. Maar transplantatie-arts drs. Raltat Kara is (nog) niet onder de indruk van hun kunnen. “De ervaren artsen zijn momenteel beter dan de robots”, zegt hij. Kara verwacht dat robots over een jaar over vijf wél net zo goed zijn als ervaren artsen. Ben jij bang om kaal te worden, en overweeg je een operatie? Kies de komende jaren dan voor een dokter van vlees en bloed.

7 jun 2018

|

Levensstijl

Balans is: relaxt in het leven staan

Weet je wat we eens moeten doen met z’n allen? Lekker normaal. We leven tegenwoordig in een Instagramwereld. En dat is knap lastig. Te weinig mensen realiseren zich dat de foto’s die ze dagelijks voorgeschoteld krijgen -van bekende fitgirls, en fitnessgoeroes- niet de werkelijkheid zijn. Als je het lijf van een atleet wil, moet je trainen als een atleet. En dat betekent dat je lichaam een fulltimejob is. Daar heeft geen ‘normaal mens’ tijd voor. De influencers die niet hele dagen aan hun lichaam werken, maar wel perfecte plaatjes posten; die gebruiken lichtval en photoshop om er zo uit te zien. Geloof mij. Laat je niet gek maken. Beoordeel jezelf niet te hard, en probeer balans te vinden, dat is de key. Ik ga niet beweren dat dit makkelijk is. Man, ik worstel er zelf ook mee. Inmiddels zit ik goed in mijn vel, maar dit is weleens anders geweest. Voor mijn Menshealthshoot ruilde ik ruim 14 kilo vet, in voor spiermassa. Niet makkelijk, kan ik je vertellen. En toen de shoot eenmaal geweest was, heb ik wekenlang niet getraind. Ik was even helemaal klaar met de sportschool. Mijn leven is druk. Ik race voor mijn werk dag in dag uit, van hot naar her. Het is een enorme opgave om dan twee uur per dag intensief te fitnessen.  

 

Ik heb mezelf destijds de volgende vraag gesteld: waar word ik nou gelukkig van? Ik ben een sportman, hou ervan me uit te leven; om te rammen en te beuken. Waarom dwing ik mezelf dan vijf keer per week aan de gewichten te hangen: voor dat perfecte lichaam? Dodelijk saai, kan ik je vertellen. Sindsdien heb ik het over een iets andere boeg gegooid: ik ben gaan boksen. De beste keus ooit. Ik kreeg mijn sportplezier terug. Nu train ik ongeveer drie keer per week, om in shape te blijven, maar vooral voor mijn plezier. En dat laatste is voor mij het belangrijkst. Daarom raad ik iedereen die graag fit wil zijn aan: zoek een sport die bij je past. Of dat nou ballet of schaatsen is. Zolang je er maar van geniet. Dan voelt trainen niet langer als een last. 

 

Ik vind over het algemeen dat we relaxter in het leven moeten staan. Geniet! Ik ga uit, ik drink, ik heb plezier. Natuurlijk niet elke week, maar af en toe. Ik laat níks. Daarvoor is het leven te kort. Het is soms hartstikke lekker om met een kater op de bank te liggen. Het is voor mij een manier om te ontspannen, even nergens aan te denken. Ontzeg jezelf niet te veel. Want dan wil je het júíst, zo gaat het nou eenmaal bij mensen. 

 

Ook met eten moeten we relaxter omgaan. Ik word doodmoe van die quinoa onzin. Mij zie je dat spul ook écht niet in mijn mond stoppen. Ik eet drie keer per dag een goede maaltijd. Wat ik eet, dat varieert; weinig vlees, soms een salade, soms pizza. Het is goed om jezelf lekkere gerechten te gunnen, bij tijd en wijle. Dat maakt dat je niet gefrustreerd raakt. Ik ben tegenwoordig niet meer topvorm, zoals in de tijd van mijn Menshealthcovershoot. Maar ik voel me fit, lekker en gelukkig. Dat telt. Mijn tip: praat liever over je goed vóélen, dan over er goed uitzien. Dan bereik je vanzelf balans.