Laatste nieuws

31 mrt 2023

|

Economie

'TwoBirds: "Minder managen, meer ondernemen'

Op basis van een eigen idee een bedrijf oprichten dat succesvol is en daardoor groeit. In de kern is dat waar de meeste ondernemers van dromen. Maar als die droom uit begint te komen, ontdekken veel ondernemers dat aan succes vaak ook een minpunt kleeft: steeds meer tijd gaat naar management, in plaats van naar ondernemerschap. Dat zorgt ervoor dat een hoop founders hun ondernemersleven niet meer dan een mager zesje geven.

 


Dat concluderen Kirsten Goes en Guido Koershuis, eigenaars van TwoBirds Company. Zij helpen ondernemers in te zien dat ze er niet alleen voor hoeven te staan en zorgen er met hun traject voor dat die hulp er ook echt komt.

“We zien dat ondernemers vaak slachtoffer worden van hun eigen succes”, vertelt Guido. “Als het bedrijf groeit, horen daar ook allerlei zaken bij die nodig zijn om dat te organiseren. Nieuwe systemen, betere mensen, andere processen: dat moet allemaal geregeld en onderhouden worden. Voor je het weet, ben je daar bijna al je tijd aan kwijt, in plaats van dat waar je het meeste energie van krijgt: ondernemen. ”


Het is voor veel ondernemers niet eenvoudig om dit probleem te herkennen en aan te pakken, blijkt uit de gesprekken die TwoBirds met ze voert. Het is dan ook een moment van herkenning en erkenning als dit door mensen van buitenaf wordt vastgesteld, zegt Kirsten. “We krijgen reacties als ‘zie je wel, ik ben dus niet gek’. Het is een begin van de oplossing als ze voelen dat ze
begrepen worden.”

 


‘Integrator’ als rechterhand

De rest van de oplossing ligt besloten in het traject dat TwoBirds deze onder­nemers biedt. Daarin is een belangrijke rol weggelegd voor de zogenoemde ‘integrator’. Kirsten: “Het laat zich goed omschrijven door het feit dat ik ons bedrijf eerst ‘Wingman’ wilde noemen. Dat is wat de integrator is. Een rechterhand van en gelijkwaardig aan de oprichter, zonder zelf de oprichter te hoeven zijn. Guido en ik doen het in ons werk overigens ook op die manier. Hij pakt in onze samenwerking de rol van integrator ik die van visionair. Want: Practice what you preach!”

 


Analyse en aan de slag

TwoBirds begeleidt ondernemers in de samen­werking met de integrator. Zij koppelen de integrator aan het bedrijf op basis van een profielschets die samen met de ondernemer is opgesteld. Er worden deliverables afgesproken op basis van hoe de organisatie er over een jaar uitziet volgens de onder­nemer. De integrator maakt een analyse van de organisatie en gaat vervolgens aan het werk. Met name de bedrijfsprocessen en -structuren, de mensen en de cultuur hebben als eerste aandacht nodig. Zodra dit loopt, krijgt de ondernemer weer de ruimte om zich op andere dingen dan management te focussen. Tijdens dit gehele proces begeleidt TwoBirds de samenwerking bij zowel integrator als ondernemer.

Guido en Kirsten kunnen vele voorbeelden van succesvolle trajecten noemen. Zo was er de oprichter van een bedrijf die haar ondernemersleven een dikke onvoldoende gaf. Guido: “Ze zei zelfs dat ze een hekel had gekregen aan haar eigen bedrijf, terwijl het wel heel hard groeide. Ze wist niet goed hoe ze die groei moest managen.”

 


Gezonde ondernemer en onderneming

TwoBirds heeft deze organisatie geholpen met twee opeenvolgende trajecten, legt Kirsten uit: “Eerst met een integrator die als ‘puinruimer’ fungeerde. Vervolgens met een integrator die verder bouwde op het gelegde fundament. Hierdoor hebben we zowel het ondernemersgeluk, als de kwaliteit van de interne organisatie met twee volle punten helpen stijgen. Daar zijn we trots op en dat is precies waar wij ook andere ondernemers mee willen en kunnen helpen.”

download(4).png

31 mrt 2023

|

Economie

Risico’s kun je niet uitvlakken, wel kwantificeren

 

In een sterk onzekere wereld wil je je als ondernemer wapenen tegen risico's. Alle gevaren volledig afdekken kan niet, en is ook niet nodig. Een goede analyse maken van wat de reële risico's zijn voor jouw onder­neming kan wél, vertelt risicoadviseur Dirk-Jan Schwalbach.

 pg10-dirkjanschwalbach.jpg
“We komen uit een stressvolle periode, zo na corona," vertelt Dirk-Jan Schwalbach, risico-expert bij Marsh. Hij adviseert grote ondernemingen hoe ze beter om kunnen gaan met geopolitieke en financiële onzekerheden. “Bedrijven en overheden hebben de voorbije 10 jaar veel schulden gemaakt, je ziet nu daarvan de eerste uitwassen in de financiële sector ontstaan. In Nederland hebben we dankzij overheidssteun nog weinig faillissementen gezien, maar de verwachting is dat daar een inhaalslag gaat ontstaan." Daar bovenop komen nog alle geopolitieke spanningen en prijsvolatiliteit. "De relatie tussen de Verenigde Staten en China staat onder druk. Dat heeft invloed op productieketens: steeds meer bedrijven halen hun grondstoffen en producten liever dichterbij, of verplaatsen zich naar andere lagelonenlanden in Azië."

 


Ook de spanningen in Oost-Europa brengen extra risico’s met zich mee. "Stel je hebt fabrieken in Oost-Europa, hoe reëel is het dan dat een deel van die capaciteit beschadigd wordt door een raketaanval? En wat betekent het als je in die omgeving investeringen hebt? Dit zijn concrete dreigingen die nog vaak onderschat worden. Verzekeren heeft weinig zin als het huis al in brand staat, dus je moet tijdig voorbereid zijn." Een goede risico-analyse helpt om scherp in beeld te krijgen welke impact bepaalde onzekerheden op jouw business kunnen hebben. Schwalbach: "Bij Marsh houden we politieke risico's wereldwijd in de gaten zodat onze klanten heel gefundeerd kunnen bepalen waar en of ze activiteiten willen veranderen of verplaatsen."

 


Een andere manier om risico’s af te dekken is het opsporen van je eigen financiële kwetsbaarheden. "Het is bijvoorbeeld mogelijk om een analyse te doen op je gehele portefeuille van debiteuren", vertelt Schwalbach. "Dan zie je in één oogopslag waar je de komende 12 maanden, of de komende 5 jaar wellicht verliezen kunt verwachten. Daar kun je dan nú al interventies op het gebied van credit management op voeren. Denk aan het opstellen van betere verkoopvoorwaarden of door het afsluiten van een kredietverzekering."

Een andere ontwikkeling die een steeds grotere rol speelt voor bedrijven, óók in het risicobeheer, is de druk van bedrijven om maatschappelijk verantwoord te ondernemen en te voldoen aan ESG-criteria. "ESG gaat niet alleen over wat jij als bedrijf doet, maar over wat er gebeurt in je hele keten. Blijf je zakendoen met klanten of leveranciers die mogelijk te maken krijgen met beperkingen van overheden, dan kan dat omzetverlies betekenen voor jouw bedrijf. Niet voldoen aan ESG-eisen kan ook gevolgen hebben voor je financiering en grote vervuilers worden uiteindelijk onverzekerbaar. Dus je moet hier als bedrijf wat mee. Dat betekent echt niet dat het roer in één keer om hoeft. Maar je kunt wel hulp inschakelen om vanuit een risico-perspectief stap voor stap je bedrijf toekomst­bestendiger te maken."

 


In een instabiele wereld kun je zeker niet alle onzekerheden uitvlakken, maar je kunt risico's wel slim in kaart brengen en kwantificeren. Schwalbach: "En dan kun je gericht actie ondernemen. Of dat nou betekent verzekeren, je supply chain onder de loep nemen of aanpassingen doen in je credit management: bedrijven met een informatievoorsprong zijn veel beter in staat om zich te wapenen tegen onzekerheden."

31 mrt 2023

|

Economie

Belang van vangnet bij arbeidsongeschiktheid groter dan ooit

Een flink deel van de zzp’ers en mensen met een eigen bedrijf heeft geen enkel vangnet als ze iets gebeurt waardoor ze arbeidsongeschikt raken. Dit terwijl de kans dat dit gebeurt een stuk groter is dan veel mensen wellicht aannemen. Zeker in deze stressvolle tijden liggen risico’s op de loer, en is het verstandig om hier serieus over na te denken, zegt Ludwina Bisschop, propositiemanager AOV bij Univé.

 pg6-unive.jpg


“We begeven ons in een zeer instabiele markt en zien dat het ziekteverzuim nu zeer hoog is”, zegt Bisschop. “Dat zie je bij werknemers, maar zeker ook bij ondernemers. Dat is goed te verklaren, want als je op een rijtje zet wat er allemaal op ons af komt in korte tijd, is dat niet mals. Eerst de coronacrisis en direct daarna de oorlog in Oekraïne.” 

 


Bisschop noemt de oorlog en de pandemie, omdat die allebei een negatief effect op de economie hadden en hebben, wat veel onder­nemers direct raakt. Zo zag ruim de helft van de zzp’ers de vraag tijdens de coronacrisis afnemen, meldde het CBS. Bisschop: “Dat soort zaken geven veel stress en druk. Mensen denken bij arbeidsongeschiktheid meestal aan het krijgen van een ongeluk of een acute ernstige ziekte, maar dat beeld klopt niet met de werkelijkheid. Het meeste verzuim, ongeveer de helft van het totaal, komt namelijk voort uit mentale klachten.” 

 


Het afsluiten van een arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) lijkt, zeker met deze cijfers in gedachten, dan ook niet onverstandig. Maar uit de meest recente Zelfstandigen Enquête (2021) van het CBS, bleek dat maar liefst vier op de tien ondernemers geen enkel vangnet heeft, wanneer ze niet meer in staat zouden zijn om te werken. Een vijfde van de zzp’ers zegt slechts maximaal drie maanden vooruit te kunnen met hun geld, als hun inkomen weg zou vallen.    

 


Deels is dat een ingecalculeerd risico, maar ook onbekendheid met het nut en de noodzaak van een AOV speelt mee, zegt Bisschop. “Wat voor veel van deze mensen geldt, is dat ze wel weten dat ze zonder vangnet een risico lopen, maar niet goed inschatten hoe groot dat risico daadwerkelijk is. Want stel dat je onverhoopt volledig arbeidsongeschikt raakt en dus je hele leven niet meer kunt werken? De kans dat dat gebeurt is gelukkig niet heel groot, maar het komt wel vaker voor dan je misschien zou denken. Van de mensen die een AOV bij Univé hebben, krijgt twee procent de rest van hun leven een uitkering, omdat ze niet meer kunnen werken.”   

 


Bij Univé houdt een AOV niet alleen in dat iemand geld krijgt uitgekeerd, maar is ook aandacht voor preventie. Het is immers in ieders belang om te voorkomen dat mensen uit de running raken. Bisschop: “Preventie is in zijn algemeenheid steeds belangrijker en wij hebben daar veel aandacht voor.
Zo biedt onze AOV de mogelijkheid om eens in de drie jaar een ‘health check’ te doen. Een specialist kijkt dan onder meer naar iemands cholesterol, gewicht en andere factoren die een beeld geven van de gezondheid. We hebben daarnaast een eigen Preventiedesk AOV. Daar kan iemand naartoe bellen als er iets speelt dat mogelijk problemen kan geven, zoals een stressvolle thuissituatie. De desk biedt dan een luisterend oor en denkt mee over een oplossing. ”

 


Daarnaast is een vitaliteitsprogramma onderdeel van de AOV van Univé. Iemand kan zelf een gezondheidsdoel aangeven - zoals fitter worden of stoppen met roken - waarna een plan wordt ontworpen om dat doel te bereiken. Ook is er nog het coachingstraject van OndernemenPlus, dat analyseert waar iemand zich nog in kan verbeteren en welke valkuilen diegene heeft, om daar vervolgens aan te werken. 

 


De AOV Univé kreeg vijf sterren van
MoneyView op het onderdeel ‘voorwaarden’. Deze zeer hoge score is volgens Bisschop te danken aan een aantal aspecten van de verzekering. Allereerst is maar liefst 90 procent van het inkomen te verzekeren.
Bij veel andere AOV’s is 80 procent gebruikelijk. “Wat ook goed gewaardeerd wordt, is hoe de AOV van Univé met zwangerschap omgaat. Iemand mag een dag na het afsluiten van het product namelijk al in verwachting zijn”.

 


“Daarnaast zien wij het niet als nieuw ziektegeval als iemand kort na revalidatie opnieuw ziek wordt”, vervolgt Bisschop. “Dat doen veel andere verzekeraars wel, waardoor iemand dan opnieuw eerst diens zelfgekozen risicotermijn moet afwachten, voor er geld wordt uitgekeerd. En tot slot hebben wij de gunstige voorwaarde dat de uitkering meebeweegt met de AOW-leeftijd. Als die in de toekomst nog verder stijgt, doet onze AOV hetzelfde. Iemand die nooit meer kan werken, blijft bij Univé dus hoe dan ook geld ontvangen tot de AOW-­leeftijd is bereikt.”   

31 mrt 2023

|

Economie

Ondernemer moet vooral vooruit kijken

Het personeelstekort in veel sectoren wordt niet zelden gepositioneerd als een plotseling gebrek aan vakmensen. Toch sluit dat niet aan bij de realiteit. Het was immers al langer bekend dat de beroepsbevolking krimpt. Dat bewijst eens te meer het belang van een gedegen prognose.

 

Als ondernemer heb je twee keuzes. Je kunt een proactieve houding aannemen en  zelf verschillende toekomstscenario’s op de markt loslaten. Zo kun je tijdig anticiperen op wat je nodig hebt. Wat je ook kunt doen, is vasthouden aan de huidige gang van zaken en hopen dat je bedrijfsontwikkeling niet wordt verstoord door beren op de weg. “De groei van een onderneming kent verschillende fases met elke fase zijn eigen uitdagingen en crises. Dus waar je goed aan doet, is dat ontwikkelingsproces zoveel mogelijk te voorspellen”, aldus Martijn Wassink,
founder en CEO van Greyt. Uit zijn reactie mag duidelijk blijken waar hij de voorkeur aan geeft: blijf niet angstvallig vasthouden aan wat je hebt, maar kijk welke flexibiliteit er nodig is om te anticiperen op vraagstukken van nu.

 


Elke ondernemer loopt zijn eigen pad. Los van de individuele keuzes die zij daarbij maken, gelden er echter net zo goed algemene wetmatigheden waar elk bedrijf mee te maken krijgt. “In de start up-fase kom je tot beslissingen die zijn gemaakt op basis van marktonderzoek. En hoe hoopgevend die in de kern kunnen zijn, gedurende het groeiproces komt menige start up erachter dat er een nieuwe impuls nodig is om verder op te schalen. Dat vergt een vorm van flexibiliteit, net zoals je zult tegenkomen in de volgende groeifases van je bedrijf.”

 


Personeelstekort

Nog even terug naar de huidige personeelproblematiek. Voorspellende datamodellen lieten al langer zien dat de beroeps­bevolking krimpt. Dat corona en de groeiende vraag naar producten dit probleem verder deed escaleren, doet niks af aan de prognose die er voorheen ook bestond. “Als de samenleving dezelfde welvaart wil houden met een kleinere beroepsbevolking, dan ontkomen we er niet aan om auto­matisering en digitalisering van mensenwerk op te schalen. Dat is een punt van zorg. Zeker in het mkb bestaat er nog altijd een grote mate van onderautomatisering.”

 


Een belangrijk stokpaardje van Wassink in deze context is de toekomst van de CFO. In de financiële wereld gaat er een enorme stortvloed aan veranderingen op ons afkomen, benadrukt hij. We gaan immers door een forse duurzaamheids­bewustwording; als we in een leefbare wereld willen blijven moeten we de voetafdruk van bedrijven op het klimaat minimaliseren. Bovendien betekent de digitaliseringsontwikkeling dat zeker ook financials opgeleid moeten worden om deze data te kunnen verwerken en analyseren. “Daar moet je nu al actief mee aan de slag gaan. Door naar operationele drivers te kijken, en niet alleen naar cijfermatige informatie, kun je sneller beslissingen nemen.”

 


Dat is ook een punt dat staat aangehaald in het rapport ‘CFO of the Future’ van de Vereniging van Registercontrollers (VRC). Het rapport, dat in 2021 verscheen,
benadrukt dat de focus binnen de financiële
functie van financieel verantwoorden achteraf verschuift naar verantwoord voorspellen van financiële én niet-financiële resultaten. “Dit maakt data-analyse steeds belangrijker, omdat organisaties hierdoor sneller kunnen inspelen op
nieuwe ontwikkelingen.”

 


Wassink tot slot: “Het is ook een kwestie van mindset: durf oude structuren los te laten en laat data meer bepalend zijn voor de voorspellende koers.”

27 mrt 2023

|

Gezondheid

‘Goed service­management kan druk op zorg­instellingen verlichten’

De druk op de zorg is hoog en tegelijker­tijd kampt de sector met grote personeelstekorten. Het is daardoor een flinke uitdaging voor zorg­instellingen om hun dienstverlening op het gewenste niveau te houden.
Bij TOPdesk spelen ze daar met succes op in: meer dan de helft van de Nederlandse ziekenhuizen maakt al gebruik van hun oplossingen voor IT-servicemanagement. 

 

 

Het bieden van een zo hoog mogelijk niveau van de ondersteunende dienstverlening, om patiënten en cliënten een zo goed mogelijke zorg ervaring te geven. Dat is waar service­management in de zorg om gaat. Ook is het in de zorg noodzakelijk om efficiënt met de middelen en diensten om te gaan, wat efficient Service Management voor deze sector extra relevant maakt.

Onder IT-servicemanagement vallen verschillende processen. Voorbeelden zijn Change and Release Management (bijvoorbeeld vervangen van een PC of implementatie nieuwe software), Asset Management (onder ander het registreren en bijhouden van uitgegeven licenties) en Problem Management (grote structurele problemen binnen een organisatie vaststellen en herkennen). Verder is ook Incident Management (interne klachten en aanvragen registreren en verwerken) een belangrijk IT-managementproces.

 


Om al deze zaken goed te kunnen regelen, is het voor veel organisaties vandaag de dag essentieel om daar geschikte software voor te gebruiken. Op dit gebied is TOPdesk marktleider in de Benelux. Het bedrijf heeft 14 kantoren in 13 landen en meer dan 1000 medewerkers wereldwijd. Ook in Nederland is de software van TOPdesk in trek, niet in de laatste plaats in de zorg­sector. Binnen de zorg richt het bedrijf zich vooral op de ondersteunende afdelingen: IT, Facility Management en HR.

 


Servicemanagement ook belangrijk voor patiënten

TOPdesk gelooft dat het belangrijk is dat er één toegang tot de ondersteunende afdelingen komt, waar iedereen gebruik van maakt die relevante vragen voor deze afdeling heeft, zegt Sharmaine van den Hoek,
Business Unit Director Healthcare bij TOPdesk. Vervolgens routeert TOPdesk de meldingen automatisch naar de juiste afdelingen, personen en/of systemen, zonder dat de aanmelder hierover na hoeft te denken.

Dat deze afdelingen goed en efficiënt blijven draaien is volgens Van den Hoek niet alleen belangrijk voor het personeel, maar ook de patiënt heeft hier belang bij. “Als de schoonmaak in een ziekenhuis niet goed is geregeld of het Wi-Fi-netwerk doet het niet goed, dan hebben patiënten daar direct last van. Dat maakt het voor zorginstellingen dus ongelofelijk belangrijk om hun servicebeheer goed te regelen.”

 scherm-afbeelding-2023-03-27-om-13-53-51.png


Als Business Unit Director Healthcare denkt Van den Hoek actief mee om de software van TOPdesk zo goed mogelijk op de specifieke situatie van een zorginstelling af te stemmen. Voor de inrichting van veel zorgspecifieke processen is overigens vaak geen specialist van TOPdesk nodig, want de software is zo ontworpen dat de klant dit zelf naar de eigen voorkeuren kan aanpassen. Dit komt voort uit een van de belangrijkste pijlers van TOPdesk, namelijk dat het simpel en standaard moet zijn, legt Van den Hoek uit. “Een grote kracht daarvan is dat niets gecodeerd of geprogrammeerd hoeft te worden , maar het heel makkelijk en snel te implementeren is. Bij een gemiddelde zorginstelling zijn we binnen 10 weken klaar.”

 


Trends in de zorg

Doordat TOPdesk precies weet wat er in de zorgsector leeft en wat de laatste trends op zorggebied zijn, is het in staat om hier constant snel en effectief op in te spelen met de software. Op het gebied van Service Management ziet Van den Hoek momenteel een aantal ontwikkelingen die veel impact hebben.

Allereerst zijn dat de personeelstekorten. Dat is al heel lang een probleem voor de zorg en als een oplossing uitblijft zal het alleen maar groter worden, denkt Van den Hoek.  "Omdat dit probleem hoe dan ook niet van vandaag op morgen gaat verdwijnen, moeten organisaties proberen de druk op het personeel te verlichten. De ondersteunende afdelingen kunnen daar met hulp van TOPdesk een belangrijke rol in spelen, dankzij de service automation. Hiermee hoeven verschillende processen die nu onnodige tijd in beslag nemen, niet meer handmatig plaats te vinden.”

Een ander trend is afdeling overstijgend samenwerken, waarbij de ondersteunende afdelingen zoals IT, Facility Management en HR werken met bijvoorbeeld één centrale servicedesk. TOPdesk maakt het mogelijk om zorgedewerkers snel, gemakkelijk en vanaf ieder apparaat een melding te laten doen bij die desk. Door goede afdeling overstijgende samenwerking zijn efficiëntieslagen te maken en besparingen te realiseren.   

 


Helder overzicht van systemen

Voor een zorginstelling is het op orde hebben van cyber security natuurlijk een must, gezien alle gevoelige gegevens die het soms opslaat. Dat het softwarelandschap steeds complexer wordt, helpt daarbij niet. TOPdesk ondersteunt ze hierbij met Asset Management, vertelt Van Den Hoek. Hiermee heeft een organisatie één helder overzicht van de systemen en hoe deze met de rest verbonden zijn. Het is dan ook beter in te schatten wat de impact zou zijn wanneer binnen dit hele netwerk van systemen ergens iets misgaat. “Ook hebben veel zorginstellingen het proces omtrent AVG-­compliancy in TOPdesk staan, zodat ze op elk moment kunnen meten of de cyber security nog op orde is en zorgen dat dit goed blijft werken”, aldus Van den Hoek.

In Nederland heeft TOPdesk momenteel 430 klanten in de zorgsector, waaronder 53 van de 96 ziekenhuizen en 140 ouderenzorginstellingen. De ambities reiken verder: TOPdesk wil binnen de zorgsector graag verder groeien. “Jaarlijks verwelkomen we nu zo’n 30 tot 35 nieuwe klanten uit de Nederlandse zorgsector”, zegt Van den Hoek. “Wij zijn dan ook zeker geen onbekende voor zorgorganisaties en zijn constant met de sector in gesprek om ideeën uit te wisselen en de ecosystemen te verbeteren. Ik merk dat dat in de zorgsector heel waardevol is, dus de komende jaren willen we nog meer met elkaar integreren.”

 


Het is daarnaast een wens van TOPdesk om hun klanten met elkaar in contact te brengen, vervolgt Van den Hoek. “Daarom organiseren we bijvoorbeeld inspiratie­dagen voor ziekenhuizen en hebben we een platform voor healthcare-service­management. Deze worden goed bezocht en we laten klanten daar ook zelf presentaties geven. Zo kunnen partijen uit de zorgsector via TOPdesk ook van elkáár leren. Voor de zorg, door de zorg en met de zorg. Van 13 tot 16 juni staan we ook op de beurs Zorg & ICT in de Jaarbeurs in Utrecht. Iedereen die het leuk zou vinden om met ons te praten, nodig ik graag uit om langs te komen!”

 

Feiten Enterprise Service Management:

•Enterprise Service Management (ESM) streeft naar een uniforme en
geïntegreerde aanpak van dienstverlening en processen binnen de organisatie

•Het richt zich op het bieden van een gestroomlijnde klantervaring door
communicatie te verbeteren tussen verschillende afdelingen en diensten

•Het kan helpen bij het optimaliseren en stroomlijnen van processen in de gehele organisatie, waardoor de efficiëntie en productiviteit worden verhoogd

27 mrt 2023

|

Gezondheid

Natuurbeelden als medicijn tegen stress en pijn

Er ligt een uitnodiging klaar voor mensen met pijn en stress. Een uitnodiging in de vorm van een virtuele ervaring wel te verstaan. VRelax is een Virtual Reality app waarmee gebruikers zelf kunnen kiezen welke natuurlijke virtuele om­geving ze willen beleven, aangevuld met spatial audio en interactieve oefeningen die extra ontspanning geven.

 


Mentaal ongemak kent veel varianten. In werkomgevingen hebben medewerkers van doen met stress en overbelasting, waardoor uiteindelijk burn-out klachten op de loer liggen. Dit is hét gezondheidsprobleem van de 21e eeuw. Daarnaast bestaan er fysieke aandoeningen als pijnklachten en hebben mensen te kampen met somberheid of angsten. Er bestaan tal van gevalideerde oefeningen om zulk soort ongemak te verlichten. Probleem is echter dat hiervoor actieve inspanning wordt gevraagd. En dat is nou precies waar het pijnpunt zit: mensen met dit soort klachten zijn vaak niet goed in staat om zelfstandig te ontspannen.

 

scherm-afbeelding-2023-03-27-om-13-25-30.png


VRelax heeft gekozen voor een andere benadering. De ontwikkelaar heeft een app geïntroduceerd waarmee gebruikers met behulp van een VR-bril de ontspannen werking van een natuurbeleving ervaren.
Frank Nuus, verantwoordelijk voor Sales- &Business development bij VRelax, licht toe dat de natuur een overtuigende kracht heeft om mensen te helpen bij hun mentale klachten. “Wat wij in feite doen, is mensen in een virtuele wereld kennis laten maken met de ontspannende werking van een levensechte natuuromgeving die ze zelf kiezen. Dat kan de beleving zijn van een bergomgeving, maar ook die van het strand. VRelax houdt mensen mentaal gezond door positieve emoties op te wekken en negatieve emoties te onderdrukken. Wetenschap toont aan dat mensen met VRelax binnen tien minuten 40 procent minder stress ervaren.” Waar Frank Nuus belang aan hecht, is te benadrukken dat VRelax continu wordt verbeterd en doorontwikkeld in samenwerking met eindgebruikers en gezondheidsinstanties als GGZ en ziekenhuizen. “Wat ons onderscheidt, is dat we niet alleen de tool zelf aanbieden, maar ook de afnemer zorgvuldig ondersteunen bij de implementatie zodat er een goede aansluiting is op de zorgvraag.”

 


Zelfstandigheid

Wat de toepassing verder bijzonder maakt, is de nadruk op zelfregie en zelfstandigheid. Zeker in de preventieve sfeer is er veel behoefte om eigen momenten te kiezen bij ondersteuning. “De oplossing kan veel betekenen voor de mentale gezondheid van zowel patiënten als medewerkers. Door jezelf op te laden op eigen gekozen momenten is te voorkomen dat medewerkers door overbelasting ziek worden en met burn-out klachten uitvallen. Daarnaast vertragen angst- en spanningsklachten het herstel­proces van patiënten en kost het zorgmedewerkers veel tijd. Het is enorm motiverend te horen uit de praktijk dat VRelax leidt tot een kortere behandeling met meer effect en minder medicatie.”

VRelax heeft inmiddels een overtuigende trackrecord opgebouwd van (inter)nationale samenwerkingen met zorgorganisaties. Zowel onderzoek als praktijk hebben inmiddels aangetoond dat VRelax succesvol wordt ingezet. “Ons zorgsysteem staat onder druk en met VRelax nemen we deze spanning weg, letterlijk en figuurlijk.”

More Stories

31 mrt 2023

|

Economie

Eén ding is zeker in deze tijd: onzekerheid

Eén ding staat vast voor veel ondernemers komende jaren. Ze moeten opereren in een buitengewoon onzekere wereld.
Hoe ontwikkelen de energieprijzen en de beschikbaarheid van grondstoffen zich als gevolg van de oorlog in Oekraïne? Hoe herstelt China van de pandemie en wat zijn de effecten daar dan van? Lopen de toeleveringsketens opnieuw vast? Wat betekenen de toenemende spanningen in de wereld voor de internationale leveringsketens en dus (ook weer) voor de beschikbaarheid en betaalbaarheid van allerlei producten? Wat is het effect van het ‘make & buy American’-beleid van de Verenigde Staten? Hoe ontwikkelt de inflatie en de rente zich? Krijg ik een vergunning of kan dat niet vanwege stikstof? Kan ik terecht op het elektriciteitsnet? En het belangrijkste: hoe kom ik aan personeel?

 


De uitdagingen vliegen ondernemers dus om de oren. De positieve kant daarvan is dat zoiets altijd het beste in Nederlandse ondernemers oproept. Ze passen zich razendsnel aan, verzinnen nieuwe oplossingen en zijn creatief. Dat is voor mij ook de kern van ondernemerschap. Tijdens corona zag je dat doordat ondernemers razendsnel andere business opzetten, en in het begin van de oorlog in Oekraïne zag je dit ook. Nederlandse ondernemingen wisten oplossingen te vinden voor hun mensen daar om ze veilig weg te krijgen. Ze brachten als eerste hulpgoederen. Ze vonden nieuwe aanvoerroutes en wisten grondstoffen van elders te halen toen die niet meer uit Oekraïne, Wit-Rusland of Rusland geleverd werden. Hun aanpassingsvermogen was indrukwekkend. Die flexibiliteit en creativiteit zullen we als eigenschap meer dan ooit nodig hebben de komende jaren.

 


Ondernemers gaan dus zelf aan de slag met onzekerheid. Tegelijkertijd verwachten zij op een aantal fronten ook actie vanuit de overheid. Vooral willen ze een voorspelbare, betrouwbare overheid. Op het gebied van verduurzaming bijvoorbeeld, en op het gebied van belastingen. Want ondernemen betekent risico’s nemen en dan wil je weten waar je aan toe bent.

 


Net voor de recente provinciale statenverkiezingen peilden we de stemming onder duizenden (mkb) ondernemers in de eerste nationale peiling ondernemersklimaat. Wat bleek? Twee derde van de ondernemers is ontevreden over de betrouwbaarheid en stabiliteit van het Nederlandse overheidsbeleid. En dat terwijl politieke besluiten van (grote) invloed zijn op hun dagelijkse bedrijfsmatige keuzes. Want als je veel geld investeert in nieuwe groene waterstofoplossingen, een heleboel zonnepanelen op je dak of een nieuwe productielijn vol robots, dan wil je wel weten onder welke condities je zoiets doet. Hoe ziet het fiscale speelveld eruit? Welke regelgeving kan wijzigen? Krijg ik een vergunning voor die nieuwe duurzame fabriek? Et cetera. Een meerderheid van maar liefst 65 procent van de ondernemers vindt dat politiek en bestuur onvoldoende oog hebben voor de belangen van ondernemers. Meer dan 60 procent van de ondernemers vindt dat het ondernemingsklimaat in Nederland de afgelopen vijf jaar is verslechterd en bijna 30 procent vindt ons land niet aantrekkelijk om in te ondernemen.

 


Om het investeringsklimaat te verbeteren moeten er een aantal dingen gebeuren. In de eerste plaats zijn er in Nederland veel en veel te veel regels. En regels die bijvoorbeeld duurzame oplossingen blokkeren worden niet snel genoeg aangepast. Bovendien moet het overheidsbeleid weer stabiel worden én bedacht vanuit de praktijk. Verder is het van belang innovatie te blijven aanjagen en internationaal talent, zowel studenten als medewerkers, te verwelkomen. Niet in de laatste plaats is een volledige focus op de uitvoering van beleid cruciaal. Huizen bouwen, energie-infrastructuur aanleggen, vergunningen verlenen, het stikstofprobleem oplossen. Niet weer nieuwe plannen maken of het beleid wijzigen, maar doen, doen, doen.

 
Als we ondanks alle onzekerheid weer dingen voor elkaar krijgen, komen niet alleen de noodzakelijke investeringen in klimaat, circulariteit en innovatie van de grond, maar komt ook de positieve spirit weer in ons land.

 

Ingrid Thijssen,

Voorzitter VNO-NCW

31 mrt 2023

|

Economie

Belang van vangnet bij arbeidsongeschiktheid groter dan ooit

Een flink deel van de zzp’ers en mensen met een eigen bedrijf heeft geen enkel vangnet als ze iets gebeurt waardoor ze arbeidsongeschikt raken. Dit terwijl de kans dat dit gebeurt een stuk groter is dan veel mensen wellicht aannemen. Zeker in deze stressvolle tijden liggen risico’s op de loer, en is het verstandig om hier serieus over na te denken, zegt Ludwina Bisschop, propositiemanager AOV bij Univé.

 pg6-unive.jpg


“We begeven ons in een zeer instabiele markt en zien dat het ziekteverzuim nu zeer hoog is”, zegt Bisschop. “Dat zie je bij werknemers, maar zeker ook bij ondernemers. Dat is goed te verklaren, want als je op een rijtje zet wat er allemaal op ons af komt in korte tijd, is dat niet mals. Eerst de coronacrisis en direct daarna de oorlog in Oekraïne.” 

 


Bisschop noemt de oorlog en de pandemie, omdat die allebei een negatief effect op de economie hadden en hebben, wat veel onder­nemers direct raakt. Zo zag ruim de helft van de zzp’ers de vraag tijdens de coronacrisis afnemen, meldde het CBS. Bisschop: “Dat soort zaken geven veel stress en druk. Mensen denken bij arbeidsongeschiktheid meestal aan het krijgen van een ongeluk of een acute ernstige ziekte, maar dat beeld klopt niet met de werkelijkheid. Het meeste verzuim, ongeveer de helft van het totaal, komt namelijk voort uit mentale klachten.” 

 


Het afsluiten van een arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) lijkt, zeker met deze cijfers in gedachten, dan ook niet onverstandig. Maar uit de meest recente Zelfstandigen Enquête (2021) van het CBS, bleek dat maar liefst vier op de tien ondernemers geen enkel vangnet heeft, wanneer ze niet meer in staat zouden zijn om te werken. Een vijfde van de zzp’ers zegt slechts maximaal drie maanden vooruit te kunnen met hun geld, als hun inkomen weg zou vallen.    

 


Deels is dat een ingecalculeerd risico, maar ook onbekendheid met het nut en de noodzaak van een AOV speelt mee, zegt Bisschop. “Wat voor veel van deze mensen geldt, is dat ze wel weten dat ze zonder vangnet een risico lopen, maar niet goed inschatten hoe groot dat risico daadwerkelijk is. Want stel dat je onverhoopt volledig arbeidsongeschikt raakt en dus je hele leven niet meer kunt werken? De kans dat dat gebeurt is gelukkig niet heel groot, maar het komt wel vaker voor dan je misschien zou denken. Van de mensen die een AOV bij Univé hebben, krijgt twee procent de rest van hun leven een uitkering, omdat ze niet meer kunnen werken.”   

 


Bij Univé houdt een AOV niet alleen in dat iemand geld krijgt uitgekeerd, maar is ook aandacht voor preventie. Het is immers in ieders belang om te voorkomen dat mensen uit de running raken. Bisschop: “Preventie is in zijn algemeenheid steeds belangrijker en wij hebben daar veel aandacht voor.
Zo biedt onze AOV de mogelijkheid om eens in de drie jaar een ‘health check’ te doen. Een specialist kijkt dan onder meer naar iemands cholesterol, gewicht en andere factoren die een beeld geven van de gezondheid. We hebben daarnaast een eigen Preventiedesk AOV. Daar kan iemand naartoe bellen als er iets speelt dat mogelijk problemen kan geven, zoals een stressvolle thuissituatie. De desk biedt dan een luisterend oor en denkt mee over een oplossing. ”

 


Daarnaast is een vitaliteitsprogramma onderdeel van de AOV van Univé. Iemand kan zelf een gezondheidsdoel aangeven - zoals fitter worden of stoppen met roken - waarna een plan wordt ontworpen om dat doel te bereiken. Ook is er nog het coachingstraject van OndernemenPlus, dat analyseert waar iemand zich nog in kan verbeteren en welke valkuilen diegene heeft, om daar vervolgens aan te werken. 

 


De AOV Univé kreeg vijf sterren van
MoneyView op het onderdeel ‘voorwaarden’. Deze zeer hoge score is volgens Bisschop te danken aan een aantal aspecten van de verzekering. Allereerst is maar liefst 90 procent van het inkomen te verzekeren.
Bij veel andere AOV’s is 80 procent gebruikelijk. “Wat ook goed gewaardeerd wordt, is hoe de AOV van Univé met zwangerschap omgaat. Iemand mag een dag na het afsluiten van het product namelijk al in verwachting zijn”.

 


“Daarnaast zien wij het niet als nieuw ziektegeval als iemand kort na revalidatie opnieuw ziek wordt”, vervolgt Bisschop. “Dat doen veel andere verzekeraars wel, waardoor iemand dan opnieuw eerst diens zelfgekozen risicotermijn moet afwachten, voor er geld wordt uitgekeerd. En tot slot hebben wij de gunstige voorwaarde dat de uitkering meebeweegt met de AOW-leeftijd. Als die in de toekomst nog verder stijgt, doet onze AOV hetzelfde. Iemand die nooit meer kan werken, blijft bij Univé dus hoe dan ook geld ontvangen tot de AOW-­leeftijd is bereikt.”   

31 mrt 2023

|

Economie

Zorgvastgoed: een stabiele groeimarkt voor particuliere beleggers

Zorgvastgoed staat steeds meer in de belangstelling van particuliere beleggers als relatief veilige toevoeging aan hun beleggingsstrategie.
“En eigenlijk is dat ook wel logisch”, vertelt Arjan Kuijpers, commercieel directeur bij Sonneborgh. “Al was het alleen maar omdat het aantal ouderen in Nederland in de toekomst fors gaat toenemen.”

 sonneborgh-02-12-2022-epsilon-studios-ektor-tsolodimos-3.jpg


Wonen er nu circa 800.000 senioren van 80 jaar of ouder in Nederland, over pakweg 25 jaar is dat aantal meer dan verdubbeld. Bovendien hebben we in Nederland te maken met een structureel tekort aan woningen. Voor een belangrijk deel ook passende woningen voor mensen met een zorg- en ondersteuningsvraag. “Natuurlijk zijn er door de huidige geopolitieke omstandigheden uitdagingen en onzekerheden, zoals de relatief hoge rente en de sterk gestegen bouwkosten”, gaat Kuijpers verder. “Maar daar staat tegenover dat huurcontracten vaak lange looptijden kennen en dat deze gekoppeld zijn aan de inflatie. Dat maakt dat zorgvastgoed voor beleggers nog steeds een stabiele groeimarkt is met een aantrekkelijk financieel én maatschappelijk rendement.” De behoefte aan kwalitatief, duurzaam en betaalbaar zorgvastgoed neemt dus sterk toe. Sonneborgh ontwikkelt samen met zorgaanbieders nieuwe woon- en zorgcomplexen, mede gefinancierd door particuliere beleggers via vastgoedbeleggingsfondsen.

 


Zorgwoningfonds Sonneborgh IV

Onder meer ingegeven door deze ontwikkelingen heeft Sonneborgh net haar nieuwste fonds voor particuliere beleggers geïntroduceerd: Zorgwoningfonds Sonneborgh IV. Dit beleggingsfonds is nu open voor inschrijving. Het fonds belegt in drie woon- en zorgcomplexen met de zekerheid van langjarige huurcontracten en biedt particuliere beleggers een gemiddeld
rendement van 7,50 procent. Kuijpers: “Regelmatig bieden wij particuliere beleggers de gelegenheid om te participeren in onze beleggingen via onze zorg­woningfondsen. Fondsen met kwalitatief vastgoed en een aantrekkelijk financieel én maatschappelijk rendement in een stabiele groeimarkt.” Zorgwoningfonds Sonneborgh IV belegt in de ontwikkeling, realisatie en exploitatie van drie woon- en zorgcomplexen in Cuijk, Rheden en Rotterdam en werkt hierbij nauw samen met de professionele zorgorganisaties Woonzorgnet, Siza en Humanitas. “De locaties worden na aankoop verbouwd en verduurzaamd in overleg met deze zorgorganisaties. Na oplevering worden de complexen langjarig aan hen verhuurd voor tenminste 15 jaar. In totaal bieden de drie locaties plaats aan 120 volwassenen en ouderen met een zorg- en ondersteuningsvraag”, vertelt Kuijpers.

 


Aantrekkelijk rendement

Het fonds biedt particuliere investeerders de gelegenheid om te investeren in duurzaam en betaalbaar zorgvastgoed met de zekerheid van langjarige huurcontracten. Het totale fondskapitaal bedraagt 20,8 miljoen euro. Hiervan wordt 15,6 miljoen euro bijeengebracht middels de uitgifte van participaties. De resterende 5,2 miljoen euro wordt gefinancierd door middel van een hypothecaire lening. Als investeerder ontvang je ieder kwartaal een mooi
rendement en deel je mee in de waardeontwikkeling van het vastgoed.
Het verwacht totaalrendement bedraagt 7,50 procent op jaarbasis over de looptijd van 10 jaar, waarvan gemiddeld 4,75 procent jaarlijks wordt uitgekeerd als direct rendement. Deelnemen kan vanaf 100.000,- euro en er worden geen emissie-kosten in rekening gebracht.

31 mrt 2023

|

Economie

“Dankzij juridische software kreeg dit bedrijf het op de rit”

Binnen sommige bedrijven werd het juridische teams door de sales­afdeling soms gekscherend ‘deal prevention team’ genoemd. Maar met dank aan door software verbeterde processen, is dat beeld nu totaal anders, stelt Henk Jan Onstwedder, General Manager Legal Software, Wolters Kluwer.

 hj-vier.jpg


“Salesmedewerkers kwamen de juristen binnen hun organisatie aanvankelijk bijna alleen maar tegen als ze heel dicht bij een mooie deal waren. Het clichébeeld was dat de juristen daar dan vaak voor gingen liggen, door op het laatste moment allerlei beren op de weg te signaleren.

 


Ik kan met zekerheid zeggen dit beeld inmiddels binnen veel organisatie totaal is veranderd. Het juridische team is op de plekken die ik bedoel nu een echte businesspartner geworden. Op steeds meer plekken is automatisering van de processen, onder meer met de juridische software van Wolters Kluwer, daarvan een drijvende kracht.

 


Een mooi voorbeeld bij een van onze klanten, een bedrijf dat actief is in ‘manufactering’. Het heeft overal ter wereld vestigingen, waarbij het juridische team in Nederland grotendeels de leiding heeft over de juridische processen. In elk land gaat zakendoen weer anders, wat tot gevolg had dat deze afdeling gigantische hoeveelheden werk op zich afgevuurd kreeg. Ze liepen steeds meer achter de feiten aan en dan dreigen deals dus niet meer door te gaan. Klanten hebben nu eenmaal geen weken de tijd.

Met de software van Wolters Kluwer heeft onze klant het inmiddels helemaal op de rit gekregen. Collega’s die contracten afsluiten, doen dit via vastgestelde templates; het juridische team wordt via een legal portal om advies gevraagd, interne compliance is gewaarborgd via workflows, en na de electronische handtekening worden de contracten direct op de juiste plek gearchiveerd.

 


Dankzij deze en andere onderdelen van de software kon dit bedrijf hun processen enorm versnellen en dus tijd en kosten besparen, terwijl het risicoprofiel werd verlaagd. Dat is precies waarvoor de juridische software van Wolters Kluwer is ontworpen.”

31 mrt 2023

|

Economie

HR is nu het kloppend hart van de organisatie

Veel organisaties vechten de ‘war on talent’ uit door te focussen op het aantrekken van goede nieuwe mensen. Daardoor verliezen ze nog wel eens uit het oog welk talent ze al in huis hebben en worden kwaliteiten niet maximaal benut. Bij het bedrijf Expat Mortgages besloten ze over te stappen op HR software van Personio, waardoor meer tijd overbleef om aandacht te besteden aan medewerkers en hun ontwikkeling. De resultaten mogen er zijn, vertelt CEO Kenneth Leenders. “Onze HR-afdeling is hierdoor het kloppend hart van de organisatie geworden.”

 img-3231.jpg


Bij Expat Mortgages hebben ze een wat bredere definitie opvatting over wat een HR-afdeling moet doen, dan wellicht bij andere bedrijven gebruikelijk is. Vanwege de rol die de afdeling door Expart Mortgages is toebedeeld, noemen ze deze binnen het bedrijf geen HR, maar ‘People and Culture’.

 


“Wij zien HR niet als een puur administratieve afdeling, die alleen maar de zaken
afhandelen die je richting je medewerkers al verplicht bent om te doen”, zegt Leenders. “Daar valt bijvoorbeeld ook persoonlijke begeleiding van medewerkers onder, wat direct begint op het moment dat nieuwe mensen ‘onboarden’. Bij ons vertegenwoordigt HR namelijk ook de kernwaarden van het bedrijf: persoonlijk, optimistisch, uitdagend en ondernemend. Deze waarden willen we terug laten komen in alles wat we doen, dus ook in hoe ons personeel het ervaart om bij Expat Mortgages te werken.”

 


Maar daar moeten de HR-medewerkers dan wel de tijd voor hebben, naast de personeelszaken die ze hoe dan ook moeten afhandelen. Die tijd vinden werd enkele jaren geleden een flinke uitdaging voor de HR-medewerkers, toen het bedrijf snel begon te groeien. Expat Mortgages geeft - de naam zegt het al -  onafhankelijke hypotheekadvies aan expats die in Nederland een woning willen kopen en financieren.  Toen ze daar in 2007 mee begonnen waren er vrijwel geen mogelijkheden voor expats om een hypotheek te krijgen, dus Expat Mortgages deed goede zaken door dit gat in de markt te vullen. Inmiddels is het bedrijf daardoor gegroeid naar 65 medewerkers. 

 


Groei bijbenen

“Uiteraard is het allemaal gegaan met vallen en opstaan,” zegt Leenders. “Ook tijdens de periode van snelle groei wilden wij absoluut niet inleveren op de vier
kernwaarden, maar er zaten periodes bij waarin wij heel veel van onze mensen hebben gevraagd. We konden de groei eigenlijk niet meer bijbenen met de
hoeveelheid werknemers die we toen hadden. Het is leuk als de zaken zo goed gaan, maar je moet altijd oog blijven houden voor wat dat met je mensen doet. Het kan ook de verkeerde kant opgaan als je niet ingrijpt wanneer teveel op hun schouders terechtkomt.”

 


Dat maakte het voor de leiding van Expat Mortgages noodzakelijk om continu te onder­zoeken of de manier waarop bepaalde werkzaamheden werden gedaan mogelijk nog te optimaliseren was, om het makkelijker, sneller en goedkoper te maken. Onder andere veel HR-processen bleken veel tijd te kosten. Leenders noemt als voorbeelden het registreren van verlof, de salarisregistratie, het digitaliseren van documenten (contracten online onder­tekenen en opslaan) en de administratie die komt kijken bij het verwerken en goed­keuren van de uren van oproepkrachten.

 


Wat Expat Mortgages volgens Leenders vooral nekte, was het gebrek aan overzicht, wat kon worden verklaard door de absentie van een professioneel en gebruiksvriendelijk systeem, waarop ook medewerkers een­voudig kunnen inloggen om bepaalde zaken zelf af te handelen.  Leenders: “Wij willen de beste werkgever van Nederland zijn en zorgen dat we er op de momenten van de waarheid voor onze mensen zijn. Om die reden hebben we besloten een HR-systeem aan te schaffen, waardoor het voor iedereen prettiger wordt om hier te werken. Zo is de samenwerking Personio tot stand gekomen. Het bleek een heel gouden greep.”


On- en offboarding

Dat zegt Leenders niet voor niks, want hij noemt legio voorbeelden van dingen die beter gaan bij het bedrijf sinds het de HR-software van Personio gebruikt. Dat geldt sowieso voor de eerder genoemde administratieve processen, maar ook voor het maken van templates voor bijvoorbeeld contracten. Daarnaast zijn alle handelingen die samenhangen met on- en offboarding nu eenvoudiger en sneller, dankzij de tool voor de sollicitatieprocedure. Medewerkers gebruiken de app, waarin ze snel veel zelf kunnen regelen.

Daarnaast biedt de Personio-software de mogelijkheid om aandacht voor de ontwikkeling van medewerkers een boost te geven, concludeert Leenders. “Het helpt ons met het verwerken van concrete doelstellingen en zorgt voor een tijdlijn die aangeeft wanneer we voortgangs-, feedback- en evaluatiegesprekken
moeten voeren. Daarnaast kunnen we eraan afleiden wat de wensen van werk­nemers zijn en welke trajecten ze volgen, om dat vervolgens aan onze eigen ambities te koppelen. Mijn ervaring is dat onze eigen ontwikkeltrajecten veel meer zijn gaan leven sinds we Personio gebruiken.”

 


Het is dus niet verwonderlijk dat ze zich bij Expat Mortgages niet meer kunnen voorstellen hoe het zonder de software zou zijn. “Sinds we ermee aan de slag zijn gegaan, hebben we een echt professionele, overzichtelijke en interactieve HR-­omgeving gekregen, dat het kloppende hart van de organisatie is. Dat is fijn voor de mensen die er direct voor verantwoordelijk zijn, voor de rest van de werknemers en ook voor de mensen die de leiding hebben. Kortom: voor iedereen.”

27 mrt 2023

|

Gezondheid

Andere focus in HR-beleid noodzakelijk om zorg­personeel te behouden

Zorgorganisaties moeten alle zeilen bijzetten om goed personeel binnenboord te houden. Meer dan 1 op de 3 zorgmedewerkers twijfelt om te blijven en overweegt een overstap naar een andere werkgever. Dat blijkt uit de HR-benchmark van HR-dienstverlener Visma | Raet. Het laat zien dat het binnenhouden van werknemers meer prioriteit moet krijgen in de zorgsector, zegt Sander Heijnen, Director Healthcare van Visma | Raet.

 sander-heijnen.jpg


Uit het onderzoek blijkt verder dat het bij tien procent van de zorgmede­werkers waarschijnlijk te laat is om ze voor hun huidige organisatie te behouden. Zij zoeken actief naar ander werk. Daar komt boven­op dat 44 procent ‘latent’ naar een nieuwe baan zoekt. Actief zoeken en solliciteren doen ze niet, wel overwegen ze te vertrekken bij een aantrekkelijk aanbod. Dat een groot deel van de zorgmedewerkers open staat of zelfs al bezig is om hun huidige werkgever in te ruilen voor een nieuwe, is volgens Heijnen mogelijk een gevolg van de focus van HR-beleid. “Dat beleid richt zich nu te vaak op werving van nieuw personeel. Activiteiten die kunnen helpen personeel langer te binden, krijgen onbedoeld minder prioriteit.”

 


Probleem is in beeld

Dat blijkt ook uit de benchmark: 48 procent van de HR-professionals zegt dat binnen hun organisatie de nadruk ligt op medewerkers aantrekken. Initiatieven die bijdragen aan de medewerkerstevredenheid, zoals evalueren of iemand nog goed op zijn plek zit (27%) of opstellen van een ontwikkelplan (22%) steken daar schril bij af. Opvallend aan deze beleidskeuzes is dat 69 procent van de HR-professionals zegt dat het moeilijk is om medewerkers te behouden. Het probleem en de gevolgen zijn dus wel degelijk in beeld. Als een HR-afdeling in de zorg meer wil doen om goede werknemers te behouden, moeten ze wel tijd en middelen hebben om de nodige stappen te zetten. Visma | Raet speelt daar met hun HR-­software op in, vertelt Heijnen: “Ons doel is om het HR-leven makkelijker te maken, zodat er meer tijd is voor advies en strategie. Maar om zorgorganisaties daadwerkelijk in staat te stellen om wendbaar en weerbaar te zijn, bieden we een volledig toekomst-gericht HR-portfolio.”

 


API-integraties

En dat zorgt weer voor gemotiveerde medewerkers en tevreden cliënten, stelt Heijnen. Keuzevrijheid is in zijn ogen het sleutelwoord. “Zo kan onze software door middel van API-integraties ook gekoppeld worden aan systemen van derden, zoals ECD-applicaties, finance- en roostersystemen. Immers, API is het nieuwe ERP, waarbij je bedrijfs­voering niet meer afhankelijk is van slechts één systeem. Deze afhankelijkheid laat namelijk in de praktijk zien dat organisaties concessies moeten doen qua keuzevrijheid in de toekomst en inleveren op gewenste diepgang.”

De software van Visma | Raet biedt de moge­lijkheid om simpele HR-taken makkelijk en snel af te handelen, legt Heijnen uit.  Niet alleen de HR-afdeling, maar alle mede­werkers hebben daar volgens hem profijt van. “Wij noemen dat ‘HR in 60 seconden’. Zo kunnen medewerkers bijvoorbeeld heel eenvoudig thuis op de bank, of waar dan ook, hun HR-zaken afhandelen met onze app.
De software maakt werving en selectie en onboarding makkelijker. Ook heeft het tools die van grote waarde kunnen zijn voor een strategie om de uitstroom van personeel te voorkomen, bijvoorbeeld op het gebied van persoonlijke ontwikkeling en secundaire arbeidsvoorwaarden.” Om het personeel tevreden te houden en op die manier te binden, is het natuurlijk essentieel om te weten waarom mensen vertrekken. Daar speelt de software op in, zegt Heijnen: “We koppelen vaste data van medewerkers aan uitstroom en ook aan in- en doorstroom. Met die informatie kan een zorgorganisatie trends en ontwikkelingen signaleren en vertalen in beter HR-beleid.”

27 mrt 2023

|

Gezondheid

“De snelheid en schaal van medicijnontwikkeling op basis van mRNA zijn ongekend”

Moderna groeide als farma- en biotechbedrijf tijdens de coronapandemie uit tot een begrip. En dat voor een bedrijf dat pas in 2010 werd opgericht. Sinds september 2022 heeft Moderna een Nederlandse vestiging. Algemeen directeur Nederland Jolanda Crombach vertelt over de kracht van het bedrijf en de plannen voor Nederland. Moderna's mRNA-technologieplatform en de onder­zoeksmachine staan centraal.   

scherm-afbeelding-2023-03-27-om-12-16-19.png

 

̋Als het mechanisme van mRNA werkt tegen één ziekte, dan kan het potentieel werken tegen veel meer ziekten”, zegt Crombach. “Op dat uitgangspunt is het Moderna mRNA-­technologieplatform gebaseerd. Dit platform bekijkt momenteel vanuit zeven verschillende invalshoeken hoe mRNA kan bijdragen aan het voorkomen en
behandelen van ziekteproblematiek.”

Het onderzoeksportfolio omvat bijvoorbeeld onderzoek op het gebied van vijftien virussen die volgens de WHO en CEPI (Coalition for Epidemic Preparedness) volksgezondheidsbedreigingen vormen, zoals Nipah, Zika en latente virussen als HIV. Aan een combinatie van respiratoire aandoeningen zoals COVID, RSV en influenza wordt voortdurend onderzoek uitgevoerd. mRNA-technologie voor de behandeling van metabole aandoeningen en gepersonaliseerde kanker benadering behoren ook tot de mogelijkheden.

 


Onderzoeksmachine

Crombach illustreert de werkwijze van mRNA aan de hand van de ontwikkeling van het reguliere jaarlijkse influenza­vaccin: “De WHO publiceert in februari de voorspelling van de verwachte griep­variant voor het nieuwe seizoen.
Vervolgens start de reguliere vaccin­ontwikkeling. Met mRNA kun je naar verwachting tot juni wachten, zodat duidelijker is welke variant eraan gaat komen – en dan een vaccin ontwikkelen op basis van de laatste virussequentie voor het aankomende griepseizoen.”

Hoe kan de ontwikkeling zo snel gaan?

Crombach: “Wij hebben een vrijwel geheel digitale onderzoeksmachine. Die modelleert de mRNA-mechanismen die een rol spelen en bevat een database van bestaande eiwitten. Dat zorgt ervoor dat bepaalde stukjes eiwit die bij de behandeling van een ziekte passen, als het ware wetenschappelijk staan voorgesorteerd.
Zo kunnen onderzoekers wat ze zoeken koppelen aan wat er al is en daaruit nieuwe combinaties ontwikkelen. Of geheel nieuwe eiwitcombinaties maken. Zo kunnen ze voor kandidaatmedicijnen gericht naar gewenste oplossingen toewerken.”

 


Die digitale omgeving is bovendien geïntegreerd met een sterk geautomatiseerde productiefaciliteit voor mRNA­kandidaten. Zo kan Moderna duizenden mRNA-sequenties tegelijk testen en selecteren voor de ontwikkeling van kandidaatvaccins. Die snelheid en schaal zijn heel bijzonder.”

Samenwerking

Het mRNA Access Programma van Moderna stelt externe onderzoekers, met een wetenschappelijk vraagstuk waarbij mRNA een rol kan spelen in staat om die infrastructuur te benutten en mRNA 'te bestellen'. Crombach: “Moderna is gestoeld op wetenschap. Wetenschap werkt op basis van samenwerking. De onderzoekers krijgen het gewenste mRNA toegestuurd om daar vervolgens hun eigen studies mee uit te voeren. Zo stimuleren we samenwerking en onderzoek naar onder­belichte aandoeningen – ik hoor daar zeer enthousiaste verhalen over.”

 

 

 

 


Enthousiasme

Enthousiast is Crombach zelf trouwens ook, bijvoorbeeld over de mogelijke samenwerking tussen Moderna en het Pandemic & Disaster Preparedness Center (PDPC) van het Erasmus MC en de TU Delft. “Samenwerking met overheden en onderzoeksinstellingen is essentieel om te bepalen welke risico’s er op ons afkomen. Daarmee hopen we bij een volgende pandemie nog sneller te reageren. Het Nederlandse Rijksvaccinatie­programma voor kinderen en het plan voor het opzetten van een Rijksvaccinatie­programma voor volwassenen zijn uniek. Dat maakt het, samen met de goede infrastructuur voor klinisch onderzoek en logistiek, aantrekkelijk om in Nederland te zitten. Het zijn opwindende tijden. We staan aan de vooravond van een enorme versnelling in de vaccin- en genees­middelontwikkeling op basis van mRNA. Dat je met mRNA mogelijk kanker kunt behandelen was tot voor kort ondenkbaar.”

 

mRNA in het kort

In het menselijk lichaam zijn honderdduizenden verschillende eiwitten actief. Bij elke ziekte speelt wel een eiwit een rol dat deze ziekte kan voorkomen of behandelen. Moderna maakt van dat gegeven gebruik via mRNA. RNA heeft ongeveer dezelfde bouwstenen als DNA, het genetisch materiaal in de kern van onze cellen.

 


RNA kan ervoor zorgen dat de codes van de genen tot expressie gebracht worden in die cellen. Messenger of boodschapper RNA (mRNA) brengt boodschappen in het lichaam om eiwitten te produceren. Het mRNA lost als de boodschap is overgebracht zelf op. Daarmee zet mRNA het immuunsysteem aan om zich tegen een indringer (bijvoorbeeld een virus zoals Covid-19) te beschermen of een al aan­wezige ziekte aan te pakken.

 

NL-MRNA-2300001

27 mrt 2023

|

Gezondheid

‘Veranderingen in healthcare zijn pas het begin’

De toekomst van de gezondheidszorg is nog niet definitief. Betrokken partijen proberen te ontdekken hoe die vorm moet krijgen. Bryan Berger, Healthcare Business Director van Board of Innovation, ziet dat er vaart zit in de ontwikkeling van de gezondheidszorg, maar hij benadrukt tevens dat er nog veel werk valt te verzetten. Bijvoorbeeld als het gaat om product­innovaties voor individuele behoeften van mensen en patiënten.

 

scherm-afbeelding-2023-03-27-om-12-08-06.png
In zijn rol als healthcare-specialist helpt Bryan Berger eigen relaties met het identificeren van toekomstige klantbehoeften en zicht te krijgen op producten en diensten die deze behoefte invullen. “Zo helpen we organisaties om hen voor te bereiden op nieuwe successen. Veranderingen die nodig zijn in de gezondheidszorg leiden ook tot een nieuwe rol voor bedrijven, overheden en regelgevers, bijvoorbeeld als het gaat om de diensten die klanten verwachten van apotheken”, aldus Berger. Hij benadrukt dat het nodig blijft om vooruit te kijken. “Bedrijven moeten zich realiseren dat de gezondheidssector zich blijft ontwikkelen. Er is een structurele noodzaak om te blijven innoveren.”

 


Een zekerheid die hard valt te maken, is dat partijen in de gezondheidszorg op een andere manier interactie krijgen met hun cliënten. Zo zal de apothekers- en drogisterijbranche steeds meer een vraagbaak worden voor advies en ondersteuning. Berger: “Wat je aan die kant van de healthcaresector ziet, is dat er nieuwe vormen van klantinteractie ontstaan. Er zal meer nadruk komen te liggen op patiëntenvoorlichting, terwijl ook het aantal diensten wordt uitgebreid, bijvoorbeeld met aanvullende therapieën en gezondheidsonderzoeken. Daarnaast zal de samenwerking tussen gezondheidsaanbieders intensiveren en zal gebruik van digitalisering en technologie verder toenemen. De gezondheidszorg heeft immers direct toegang tot de noden van de patiënt om die te kunnen koppelen aan oplossingen en adviezen.”

 


Waar veel om te doen is in de gezondheidszorg zijn de mogelijkheden van sociale netwerken. Dat beschrijft ook de Rijksoverheid in de nota met als titel ‘Naar een toekomstbestendig zorgstelsel’. Daarin worden verschillende scenario’s ontvouwen aangaande voorzieningen waarbij de cliënt zorg op maat krijgt en rekening wordt gehouden met het sociale netwerk en mantelzorg. Berger: “Veranderende rollen van spelers in de gezondheidszorg zal leiden tot aanpassing van het systeem om te voldoen aan de diverse en holistische gezondheidsbehoeften van mensen en patiënten. Er komt meer nadruk te liggen op de omstandigheden waarin mensen leven en werken.”

Eén van de belangrijkste componenten waarmee we rekening moeten houden, is de rol van sociale determinanten bij het verbeteren van gezondheidsresultaten en het bevorderen van gezondheidsgelijkheid. Denk aan zaken als inkomen, opleidingsniveau, huisvesting of toegang tot gezondheidszorg. Dat is niet de verantwoordelijkheid van één enkele speler, maar een gedeelde verantwoordelijkheid van betrokkenen in het zorgecosysteem.

 


Waar de markt naar toe gaat, benadrukt Berger, is dat de healthcare-industrie een meer emphatisch begrip krijgt van de patiënt en zijn behoeften. “Innovatie betekent niet dat je blindelings nieuwe producten of nieuwe technologieën moet pushen. In plaats daarvan zal er meer nadruk komen te liggen op het begrijpen van veranderende behoeften en de rol die bedrijven moeten innemen bij het inspelen op behoeften van mensen, of ze nu gezond, ziek of herstellend zijn.”

 


Wat Berger hiermee impliciet zegt, is dat het lanceren van een succesvol healthcare-product verder reikt dan uitsluitend het brengen van een medische noviteit. Farmaceutische bedrijven en aanbieders van medische hulpmiddelen hebben er jarenlang op vertrouwd dat eigen R&D-teams hun groei stimuleerden, maar nu wordt van diezelfde bedrijven verwacht dat ze moeten innoveren op een minder gebruikelijke manier. “Patiënten willen niet alleen een nieuw product, maar verwachten ook andere manieren van hulp en ondersteuning om een gelukkig en gezond leven te leiden.”

27 mrt 2023

|

Gezondheid

‘Eenvoudige en schaalbare IT-netwerken cruciaal’

IT-technologie is essentieel om de zorg draaiende te houden. Van IT-organisaties wordt dus steeds meer verwacht, terwijl zij worden geconfronteerd met een krap­pe arbeidsmarkt en strakke budgetten. Het is daarom cruciaal dat cloud- en wifi-netwerken eenvoudig zijn te implementeren en beheren voor efficiënt gebruik van IT-toepassingen, zegt Patrick Groot Nuelend, Solutions Architect bij netwerkbedrijf Extreme Networks.

 

patrick-groot-nuelend-extreme-networks.jpg
De coronapandemie heeft volgens Groot Nuelend bij veel organisaties geleid tot een versnelling van hun digitale transformatie. Om processen in de zorg draaiende te houden, hebben veel ziekenhuizen en instellingen geïnvesteerd in (verdere) digitalisering. In die periode is met name gefocust op applicaties, maar volgens Groot Nuelend hebben slimme organisaties ook geïnvesteerd in IT-netwerken en managementsystemen.
“Als gevolg van die digitalisering is het aantal applicaties sterk toegenomen en zijn er steeds meer zorgmedewerkers, patiënten en bezoekers die toegang willen tot die applicaties. We zien bij steeds meer zorg­organisaties dus behoefte aan een modern IT-netwerk.”

Organisaties die hun digitale transformatie willen doorzetten, moeten zich volgens Groot Nuelend focussen op eenvoud in beheer voor IT-teams, schaalbaarheid van het netwerk en uiteraard beveiliging. “Hoe zorg je er als IT-manager voor dat het toenemende aantal applicaties, verbonden apparaten en data beheersbaar blijft voor IT-beheerders en bovendien dat applicaties beschikbaar en beveiligd zijn voor medewerkers? Dat is de centrale vraag voor ziekenhuizen en zorginstellingen met oudere netwerken”, aldus Groot Nuelend.

 


Extreme Fabric Connect

Extreme Networks ziet de vraag naar schaalbaarheid terug in de grote interesse voor het product Extreme Fabric Connect dat ziekenhuizen helpt bij het uitrollen en beheren van applicaties en diensten waar medewerkers, patiënten en gasten op het IT-netwerk
gebruik van maken.

“Dat Fabric Connect bij zorginstellingen populair is, heeft vooral te maken met de een­voud en flexibiliteit waarmee IT-­managers hun netwerken met Fabric kunnen beheren”, zegt Groot Nuelend. “De zorg wil blijven innoveren zodat patiënten de beste ervaring krijgen, en zodat zorgmedewerkers eenvoudiger hun
interne processen beheren. Dat betekent dat IT-teams continu en eenvoudig nieuwe applicaties en diensten moeten kunnen uitrollen.
Bij een traditioneel netwerk is dat werk handmatig, tijdrovend en foutgevoelig.”

Met Fabric Connect kunnen IT-teams nu bovendien eenvoudiger netwerkapparaten en devices aansluiten op het netwerk, waarbij Fabric die apparatuur automatisch configureert op het netwerk. IT-medewerkers van ziekenhuizen besparen zo enorm veel tijd en geld aan handwerk en kunnen zich focussen op taken die de processen ondersteunen. Zo werkt het Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis al enige tijd met Fabric Connect om locaties met elkaar te verbinden, netwerkapparatuur en medische apparaten aan te sluiten en servers te configureren in het datacenter. Zorgmedewerkers zijn hiervan afhankelijk voor het gebruik van applicaties op afstand.

 


Wi-Fi 6E

Dat organisaties en medewerkers steeds meer apparaten gebruiken, verhoogt ook de belasting op wifi-netwerken. De nieuwe draadloze technologie Wi-Fi 6E biedt uitkomst mede omdat het de vrijgegeven 6 GHz-frequentie gebruikt. Verbindingen zijn daardoor sneller, er is ruimte voor meer apparaten en connecties zijn veiliger dan via oudere wifi-standaarden.

Extreme Networks was de eerste provider in de netwerkindustrie met Wi-Fi 6E access points die draadloos breedband internet aanbieden op grote buitenlocaties. Diverse klanten in Europa werken al met Wi-Fi 6E. Waardevol is ook dat zorgorganisaties met de Extreme Wi-Fi 6E access points beter in kaart kunnen brengen waar verbonden apparaten zich bevinden. “Zorgmedewerkers kunnen de locatie van patiënten volgen met applicaties”, zegt Groot Nuelend. “Met locatiediensten in het wifi-netwerk is ook altijd bekend waar zorgpersoneel zich bevindt, in het geval van onveilige situaties.  Medewerkers op locatie
hebben met  Wi-Fi 6E snelle draadloze verbindingen en werken dus efficiënter met specifieke zorgtoepassingen. Kortom, er zijn legio voorbeelden van de waarde van IT-­technologie voor de zorg. En daar is het natuurlijk allemaal om te doen.”

Wat is Extreme Fabric Connect?

•Extreme Fabric Connect is een schaalbare, end-to-end netwerkoplossing met ingebouwde
automatisering die de uitrol van netwerken stroomlijnt in een elf keer zo korte implementatietijd

•Fabric Connect isoleert netwerkdiensten en beschermt tegen inbreuken

•Extreme Fabric is ontworpen om het netwerk uit te breiden naar remote locaties, datacenters en de cloud

•Fabric automatiseert handmatige taken zodat IT-teams zich kunnen richten op de dienst­verlening aan zorg­medewerkers

•Fabric is geïnstalleerd bij duizenden klanten



27 mrt 2023

|

Gezondheid

Data leiden naar de beste patiëntervaring

Dr Smile maakt clear aligners voor gebits­correctie. Dat is een innovatief product in de orthodontie. Minstens even belangrijk voor het bereiken van een glimlach bij de patiënt is de datagedreven benadering van het bedrijf. “Data is macht die we voor de patiënt inzetten”, stelt Chief Medical Officer dr. Lan Huong Timm vast.

scherm-afbeelding-2023-03-27-om-13-42-52.png 


“Bij Dr Smile streven we ernaar onze patiënten een zelfver­zekerde glimlach te bezorgen”, zegt ze. “Dat doen we door hen de optimale, op wetenschappelijke innovatie gebaseerde, orthodontie-oplossing te bieden.” Ze legt uit hoe de steeds veranderende trans­parante kunststof aligners de tanden van de patiënt geleidelijk naar de gewenste eindsituatie leiden.

 


“Door de bevindingen uit de gegevens van 100.000 patiënten toe te passen, kunnen we de eindsituatie voor de patiënt meteen aan het begin nauwkeurig in beeld brengen”, vertelt ze, “zo weet de patiënt waar we in het traject naartoe werken. Het maakt nogal uit wanneer een tandarts zijn ervaring combineert met de data van wat het best werkte bij een populatie van 100.000 patiënten. De data helpt ons bepalen wat de beste behandelstappen richting de gewenste eindsituatie zijn. Tandartsen beslissen te allen tijde over de behandeling.”

 


Technologie en therapietrouw

In het hele patiënttraject staat digitalisering centraal, van A tot Z. Lan: “Anamnese, 3D gebitsscan en alle vervolgstappen worden zonder dataverlies in hetzelfde geïntegreerde systeem opgenomen. Het is van begin af aan opgezet om er maximaal van te kunnen leren. Zo werken we volgens het 'vier of zes ogen' principe, waarbij er altijd meerdere tandartsen, orthodontisten of tandtechnici naar dezelfde data kijken bij het opstellen
van het behandelplan. Een dergelijke optimalisatieslag verbetert de behandeling aantoonbaar en geeft ons de mogelijkheid om de behandeling op de patiëntbehoefte af te stemmen.” De patiënt volgt via dezelfde data zijn traject wekelijks via een mobiele app. Lan: “Ook dat is geen toeval. In onderzoek gepubliceerd in het Journal of Clinical Medicine hebben we aangetoond dat meer technologie-aanbod de patiëntverwachting en de therapietrouw ten goede komen. Dat is een essentieel gegeven.”

 
AI

Omdat het in behandelplannen om enorm veel parameters en een vrijwel oneindig aantal mogelijke tandbewegingen gaat, onder­steunt AI de professionals bij hun beslissingen. Lan: “De professionals kunnen hun beslissingen onderbouwen op basis van onze voorspellingsmodellen met beslisbomen.
Behalve de tandbewegingen spelen ook factoren die therapietrouw beïnvloeden, zoals geslacht, eerdere orthodontie-ervaring en land een bepaalde rol.” Geen mens kan alle factoren die meespelen voor het eindresultaat overzien. Lan: “De praktijken die met ons werken, staan open voor technologische vernieuwing. Ze beseffen dat de technologie hen niet vervangt, maar ondersteunt. Ze weten ook heel goed dat AI zonder hun expertise niet werkt, maar dat zij zelf met AI beter werken. Ze zien in hoe ze hun patiënten kunnen laten profiteren van die extra kennis die de technologie ons geeft.”

 

Dr Smile Feiten & cijfers

•meer dan 600 medewerkers

•600 aangesloten praktijken in Europa

•in 11 Europese landen

•meer dan 100.000 cliënten als basis voor datagedreven research

27 mrt 2023

|

Gezondheid

Zo houdt u écht de regie over uw eigen gezondheid

Al uw medische gegevens op één plek beschikbaar en direct in te zien? Het is geen toekomstmuziek, dankzij Drimpy: een Persoonlijke Gezondheids Omgeving (PGO) die u volledige inzage én de regie over uw eigen gezondheid geeft.

 
Stelt u zich eens voor dat al uw bedrijfsgegevens her en der verspreid liggen. Ondenkbaar toch? Niet voor onze medische gegevens. De huisarts, de specialist, de apotheek, de tandarts, allemaal beheren ze een klein stukje van uw persoonlijke gezondheidsdata. En al die stukjes zijn bovendien opgeborgen in systemen die niet direct met elkaar kunnen communiceren. “Je moet dus,” zegt Arnold Breukhoven, directeur en oprichter van Drimpy, “op heel veel verschillende portalen inloggen om een beetje inzicht in je eigen gezondheid en je medische geschiedenis te krijgen. Sterker nog, veel mensen weten niet eens dat dat kan. En het gekke is: we lijken dat normaal te vinden! Maar hoe normaal is het nou eigenlijk? Als je met jouw bedrijf met een financier in gesprek gaat, dan gaat je daar goed voorbereid heen, met een scherp inzicht in uw financiële situatie. Maar gaan we naar de huisarts, dan doen we dat met nul inzicht in ons complete medische dossier? Onbegrijpelijk. Jouw bedrijf is je alles, maar jouw lichaam is je leven. Deze data centraal hebben kan levensreddend zijn.” 

 


 

Bizarre realiteit

Met Drimpy ontwikkelde Breukhoven een zogenaamde Persoonlijke Gezondheids Omgeving (PGO). Breukhoven: “Met één druk op de knop haal je de gegevens van zorgverleners binnen en plaats je die op een persoonlijke website of app. Vergelijk het met het gemak van een bank-app. Je hebt in één keer toegang, in dit geval niet tot je geld, maar tot iets wat niet in geld is uit te drukken: al je medische gegevens.” 

Drimpy maakt, zegt Breukhoven enthousiast, in één klap een einde aan wat hij ‘een bizarre realiteit’ noemt. Breukhoven: “Het ís ook bizar! Dat belangrijke medische gegevens nog steeds zo versnipperd zijn opgeslagen en niet gesynchroniseerd zijn binnen systemen, leidt tot de vreemdste taferelen. Medische informatie wordt soms nog per fax van de ene zorgverlener naar de andere zorgverlener verstuurd. Per fax, anno 2023! Stelt u dat even voor morgen tijdens de board meeting. Ze zullen u uitlachen!” En het kan volgens Breukhoven nog gekker. Hij vertelt over de patiënt die verhuisde van het ene ziekenhuis verhuisde naar het andere: “Röntgenfoto’s die in het ene ziekenhuis waren gemaakt, werden op een cd-rom gezet en door een verpleegkundige op de fiets afgeleverd bij het andere ziekenhuis.”    

  

Actuele inzage

Met Drimpy staan alle gegevens overzichtelijk bij elkaar, in de eigen PGO. Breukhoven: “Je kunt besluiten dat ook jouw zorgverleners – of bijvoorbeeld je partner of je mantelzorger - daar toegang tot mogen hebben. Waarbij je zelf bepaalt wat je deelt en wat niet. Kijk, het komt vaak voor dat een behandelaar aan je vraagt: waar heb je allemaal last van, welke medicijnen heb je geslikt, wat is je medische geschiedenis? Los ervan of je wel telkens hetzelfde verhaal wil vertellen, kunnen veel mensen niet direct een compleet antwoord geven. Of ze vergeten zaken, omdat ze die niet direct aan een ziektegeschiedenis koppelen: een sportblessure, een reeks bezoeken aan een fysiotherapeut. Als de zorgverlener toestemming heeft om in je PGO te kijken, krijgt hij meteen een actuele inzage in jouw medische geschiedenis en kan hij de behandeling daarop afstemmen. Veel vragen vallen meteen weg. Kloppen de gegevens wel, is er een herhaalonderzoek nodig? Met Drimpy omzeil je veel van die onzekerheden. En je weet nu ook dat je in de toekomst effectiever behandeld kunt worden, omdat er direct inzage is in alle behandelingen en onderzoeken die je hebt ondergaan en medicijnen die je hebt geslikt. Zo houd je de regie over je eigen gezondheid en dus over de kwaliteit van je leven.” 

 

Kalm nalezen

Krachtig voordeel van Drimpy is ook de mogelijkheid om informatie rustig na te lezen als u net een gesprek met een arts hebt gehad. “Dat brengt vaak de bodem onder je voeten terug,” zegt Breukhoven. “Want hoe gaan die dingen? Je krijgt een diagnose en achteraf realiseer je je dat je geen idee hebt wat je arts of specialist nou precies allemaal heeft gezegd. Met een druk op de knop kun je het kalm teruglezen in je PGO, of het aan het een ander laten lezen die kan uitleggen wat er nou precies staat.” De PGO is zelfs gratis voor alle burgers van Nederland en wordt door VWS betaald. Voor alle MedMij gerelateerde functionaliteiten hoeft u dus niet te betalen. 

 


Het ophalen van gegevens en het delen gaat volgens het MedMij afsprakenstelsel. VWS en ook de NPCF zijn hieraan verbonden. PGO's zoals die van Drimpy met het MedMij label, hebben bewezen dat zij zich aan alle strikte regels houden. Het MedMij label is een keurmerk om veilig en betrouwbaar medische gegevens uit te mogen wisselen.   

 

 

“De omgeving is zelfs zó goed beveiligd dat we met Drimpy als eerste een medisch dossier de grens over konden sturen naar een ziekenhuis in Nieuw-Zeeland en in Italië,” vertelt Breukhoven. “Dat was een wereldprimeur. En dankzij recente financieringen van onder andere Capital Mills (Nederlandse Venture Capital firma) kunnen wij onze ambities verder gaan waarmaken en onze snelle groei vasthouden.”

 

 

Door uw gegevens eenvoudig te verzamelen in één overzicht blijft u in regie over uw eigen gezondheid. Dat lijkt nu misschien onbelangrijk, maar als er iets met uw gezondheid is, heeft u alles bij de hand. Altijd en overal ter wereld.

 
De PGO is gratis voor alle burgers van Nederland, dit wordt betaald door de overheid. Kijk op
drimpy.com

27 mrt 2023

|

Gezondheid

Grijsdruk is de motor van toekomst­bestendig zorgvastgoed

Gedreven en gedwongen door maatschappelijke ontwikkelingen staat de healthcare-sector voor een grote uitdaging op het gebied van huis­vesting.  Bij het ontwerpen en realiseren van nieuwe (woon)zorgconcepten is het onontkoombaar om rekening te houden met onder meer vergrijzing, duurzaamheid en arbeidsmarktkrapte. Daarom is het van groot belang om techno­logische innovaties te implementeren en optimaal benutten, en gebruik te maken van kennis uit sectoren die hiermee vooroplopen. Dat zegt Esther Akkerman, Sector Leader Healthcare bij Drees & Sommer Netherlands.

scherm-afbeelding-2023-03-27-om-14-10-03.png 


De wijze waarop de zorg nu is geregeld moet ingrijpend veranderen om die in de toekomst betaalbaar en bereikbaar te houden, zegt Akkerman. Dat geldt dus ook voor zorgvastgoed. Healthcare is in Nederland daarom één van de focus­gebieden van Drees & Sommer, een project­management- en adviesbureau voor vastgoed en infrastructuur. Akkerman en haar collega’s helpen opdrachtgevers bij het ontwikkelen van zorgvastgoed dat klaar is voor de toekomst. “En daar moeten we heel snel mee aan de slag gaan. Vandaag, niet morgen.” De woonzorg- en zorgconcepten waarmee Drees & Sommer zich bezighoudt zijn meestal bedoeld voor senioren. De impact van vergrijzing op toekomstig zorgvastgoed is enorm, vertelt Akkerman. “Wij adviseren over en ondersteunen bij de realisatie van woonoplossingen die gebouwd zijn met het oog op een Nederland waar veel meer oudere mensen wonen dan nu het geval is. Tegelijkertijd neemt het aantal jongere mensen juist af. Er zijn dus steeds meer mensen die zorg en ondersteuning nodig hebben en steeds minder mensen om die zorg te verlenen of die ondersteuning te bieden.”

 


Wonen en welzijn integreren

De zogenoemde grijsdruk is enorm: is nu al één op de vijf Nederlanders 65 jaar of ouder, rond 2025 is dat aantal gestegen tot veertig procent van de totale bevolking. Van hen heeft, aldus de cijfers van de CBS, zeventig procent een chronische ziekte. En dát terwijl het de bedoeling is dat mensen tot op steeds hogere leeftijd zelfstandig, of deels zelfstandig kunnen blijven wonen. Volgens Akkerman moet er meer worden nagedacht over het integreren van wonen en welzijn. De vraag naar huisartsenzorg, fysiotherapie en samenwerking tussen eerste- en tweedelijnszorgverleners zal toenemen en voor eenvoudige medische ingrepen wordt het steeds gebruikelijker om naar een zelfstandig behandelcentrum te gaan. Revalidatie voor senioren zal vaak niet meer in het ziekenhuis plaatsvinden en anders worden georganiseerd.

In de healthcare-sector vindt een verschuiving plaats in het landschap tussen woonzorgconcepten en ziekenhuizen, ziet Akkerman. Naast de toenemende behoefte aan eerste- en anderhalvelijnszorg is er steeds meer aandacht voor preventie en het uitoefenen van een gezonde leefstijl.
“Het betekent onder meer dat ziekenhuizen minder hard nodig zijn, terwijl de behoefte aan woonzorgconcepten juist sterk groeit.

 


Nieuwe woonzorgconcepten

Woonomgevingen waar het verlenen van zorg en het bieden van ondersteuning goed mogelijk is, maar waar iemand verder echt zelfstandig woont, worden steeds populairder. Technologie heeft bij die ontwikkeling een belangrijke rol. De markt zal zich moeten aanpassen om klaar te zijn voor die veranderende vraag.”

 


“Het wordt een uitdaging om de woningvoorraad aan te laten sluiten op de behoeften van ouderen”, zegt Akkerman. “Nu blijven senioren vaak lang wonen in hun eigen huur- of koophuis, deels omdat een financiële prikkel om naar een geschikter soort woning te verhuizen ontbreekt. De toegevoegde waarde van nieuwe woonvormen en woonomgevingen moet daarom groot zijn, zodat senioren die stap makkelijker willen zetten. Nieuwe woonconcepten kunnen bijvoorbeeld eenzaamheid voorkomen: bij het vormen van een community wordt de samenredzaamheid van de bewoners vergroot en daarmee ook de zelfredzaamheid.”

 


Klimaatpositieve oplossingen

Naast rekening houden met de krappe arbeidsmarkt en vergrijzing, moet zorgvastgoed ook voldoen aan de in het Klimaat­akkoord vastgelegde verplichtingen op het gebied van duurzaamheid. Akkerman: “Voor nieuw vastgoed zien we dat duurzaam in toenemende mate de norm wordt en circulair ontwikkelen en bouwen, met toepassing van de Cradle to Cradle-­ontwerpprincipes –het hergebruik van grondstoffen, zonder dat ze hun waarde verliezen – en gezonde materialen. Samen met onze zustermaatschappij EPEA, onderdeel van Drees & Sommer en één van de grondleggers van Cradle to Cradle, streven we ernaar onze opdrachtgevers te ondersteunen bij de realisatie van niet alleen klimaatneutrale huisvesting, maar zelfs klimaatpositieve oplossingen; vastgoed dus dat zelfs een positieve invloed heeft op het milieu.”

 


Dat duurzaamheid, vergrijzing en personeelstekorten factoren zijn die elk zwaar meewegen bij het ontwerpen en bouwen van nieuwe concepten, biedt volgens Akkermans kansen. “Kijk bijvoorbeeld naar die opgave om klimaatverandering tegen te gaan. Het is heel goed mogelijk om bepaalde technologieën te implementeren die een woonvorm niet alleen duurzamer maken, maar ook geschikter om er tot op hoge leeftijd zelfstandig te wonen. Met slimme technologieën kunnen we heel veel positieve impact maken, zowel op milieu als op leef- en werkcomfort, en daarmee inspelen op de veranderende omstandigheden en behoeften in de toekomst. “

 


Leren van andere sectoren

Om de mogelijkheden van slimme technologie optimaal te verkennen en benutten, heeft Drees & Sommer meerdere innovation hubs, waaronder in het Duitse Aken. Hier vinden tests plaats met allerlei soorten kunstmatige intelligentie en slimme technologie, In het gebouw bevindt zich een centraal beheersysteem (‘The Brain’), dat is gekoppeld aan sensoren, toegangscontrolesystemen, computers en camera´s. Van alle processen worden de data verzameld en geanalyseerd, waarmee diezelfde processen geoptimaliseerd kunnen worden. Het verschilt per sector hoe ver men is met de inpassing van slimme technologie. Akkerman is daarom een groot voorstander van een sectorale benadering. Dat wil in dit geval zeggen dat de zorg veel kan leren van een totaal andere sector die op een specifiek gebied voorloper is.

 


Bij Drees & Sommer weten ze uit eigen ervaring dat deze denk- en werkwijze veel oplevert. “Naast onze expertise op het
gebied van zorgvastgoed richten we ons ook op diverse andere sectoren. Niet alleen in Nederland, maar wereldwijd is er een enorme hoeveelheid kennis en ervaring beschikbaar waarvan we gebruik kunnen maken. Voor healthcare is de expertise in de woningbouw, de kantorenmarkt en de hospitalitysector uiterst waardevol.” Akkerman noemt de gebruikersgerichte werkmethode, de User Experience, die Drees & Sommer hanteert bij de ontwikkeling van werkplekconcepten en in bijvoorbeeld culturele gebouwen. “We brengen precies in beeld wie de gebruikers zijn, wat ze doen, waar en wanneer. Op basis van de uitgebreide analysefase kun je een toekomstbestendig ontwerp maken dat perfect past bij de behoeften van de gebruikers – in de zorg zijn dat zowel de bewoners of cliënten als de zorgmedewerkers. En wat ze in hotels al steeds meer toepassen is zogenoemde smart technology: technologie die optimaal is afgestemd op tegelijkertijd de persoonlijke gebruikerswensen en de duurzame en economische mogelijkheden. Ook dat kunnen we goed vertalen naar de zorg en toekomstbestendige woonomgevingen voor senioren.”

 


Akkerman denkt dat er nog een lange weg te gaan is voordat dergelijke technologie op grote schaal in zorgvastgoed is geïmplementeerd. “We benutten met elkaar nog lang niet het volle potentieel van smart technology. In de nabije toekomst verwachten wij hier heel veel van. Het is de toekomst. Met de technologische mogelijkheden creëren we efficiënte en intelligente systemen, die uitdagingen als vergrijzing, personeelstekorten en duurzaamheidseisen wat minder zwaar maken.”

Feiten: langer thuis wonen

•De overheid wil met het WOZO-­programma (Wonen Ondersteuning en Zorg voor Ouderen) stimuleren dat senioren langer thuis kunnen blijven wonen

•Veel oudere mensen willen zelf ook het liefst zo lang mogelijk in hun vertrouwde omgeving blijven wonen

•Hiermee neemt de druk op verpleeg­huisplekken af

27 mrt 2023

|

Gezondheid

Natuurbeelden als medicijn tegen stress en pijn

Er ligt een uitnodiging klaar voor mensen met pijn en stress. Een uitnodiging in de vorm van een virtuele ervaring wel te verstaan. VRelax is een Virtual Reality app waarmee gebruikers zelf kunnen kiezen welke natuurlijke virtuele om­geving ze willen beleven, aangevuld met spatial audio en interactieve oefeningen die extra ontspanning geven.

 


Mentaal ongemak kent veel varianten. In werkomgevingen hebben medewerkers van doen met stress en overbelasting, waardoor uiteindelijk burn-out klachten op de loer liggen. Dit is hét gezondheidsprobleem van de 21e eeuw. Daarnaast bestaan er fysieke aandoeningen als pijnklachten en hebben mensen te kampen met somberheid of angsten. Er bestaan tal van gevalideerde oefeningen om zulk soort ongemak te verlichten. Probleem is echter dat hiervoor actieve inspanning wordt gevraagd. En dat is nou precies waar het pijnpunt zit: mensen met dit soort klachten zijn vaak niet goed in staat om zelfstandig te ontspannen.

 

scherm-afbeelding-2023-03-27-om-13-25-30.png


VRelax heeft gekozen voor een andere benadering. De ontwikkelaar heeft een app geïntroduceerd waarmee gebruikers met behulp van een VR-bril de ontspannen werking van een natuurbeleving ervaren.
Frank Nuus, verantwoordelijk voor Sales- &Business development bij VRelax, licht toe dat de natuur een overtuigende kracht heeft om mensen te helpen bij hun mentale klachten. “Wat wij in feite doen, is mensen in een virtuele wereld kennis laten maken met de ontspannende werking van een levensechte natuuromgeving die ze zelf kiezen. Dat kan de beleving zijn van een bergomgeving, maar ook die van het strand. VRelax houdt mensen mentaal gezond door positieve emoties op te wekken en negatieve emoties te onderdrukken. Wetenschap toont aan dat mensen met VRelax binnen tien minuten 40 procent minder stress ervaren.” Waar Frank Nuus belang aan hecht, is te benadrukken dat VRelax continu wordt verbeterd en doorontwikkeld in samenwerking met eindgebruikers en gezondheidsinstanties als GGZ en ziekenhuizen. “Wat ons onderscheidt, is dat we niet alleen de tool zelf aanbieden, maar ook de afnemer zorgvuldig ondersteunen bij de implementatie zodat er een goede aansluiting is op de zorgvraag.”

 


Zelfstandigheid

Wat de toepassing verder bijzonder maakt, is de nadruk op zelfregie en zelfstandigheid. Zeker in de preventieve sfeer is er veel behoefte om eigen momenten te kiezen bij ondersteuning. “De oplossing kan veel betekenen voor de mentale gezondheid van zowel patiënten als medewerkers. Door jezelf op te laden op eigen gekozen momenten is te voorkomen dat medewerkers door overbelasting ziek worden en met burn-out klachten uitvallen. Daarnaast vertragen angst- en spanningsklachten het herstel­proces van patiënten en kost het zorgmedewerkers veel tijd. Het is enorm motiverend te horen uit de praktijk dat VRelax leidt tot een kortere behandeling met meer effect en minder medicatie.”

VRelax heeft inmiddels een overtuigende trackrecord opgebouwd van (inter)nationale samenwerkingen met zorgorganisaties. Zowel onderzoek als praktijk hebben inmiddels aangetoond dat VRelax succesvol wordt ingezet. “Ons zorgsysteem staat onder druk en met VRelax nemen we deze spanning weg, letterlijk en figuurlijk.”

27 mrt 2023

|

Gezondheid

‘Goed service­management kan druk op zorg­instellingen verlichten’

De druk op de zorg is hoog en tegelijker­tijd kampt de sector met grote personeelstekorten. Het is daardoor een flinke uitdaging voor zorg­instellingen om hun dienstverlening op het gewenste niveau te houden.
Bij TOPdesk spelen ze daar met succes op in: meer dan de helft van de Nederlandse ziekenhuizen maakt al gebruik van hun oplossingen voor IT-servicemanagement. 

 

 

Het bieden van een zo hoog mogelijk niveau van de ondersteunende dienstverlening, om patiënten en cliënten een zo goed mogelijke zorg ervaring te geven. Dat is waar service­management in de zorg om gaat. Ook is het in de zorg noodzakelijk om efficiënt met de middelen en diensten om te gaan, wat efficient Service Management voor deze sector extra relevant maakt.

Onder IT-servicemanagement vallen verschillende processen. Voorbeelden zijn Change and Release Management (bijvoorbeeld vervangen van een PC of implementatie nieuwe software), Asset Management (onder ander het registreren en bijhouden van uitgegeven licenties) en Problem Management (grote structurele problemen binnen een organisatie vaststellen en herkennen). Verder is ook Incident Management (interne klachten en aanvragen registreren en verwerken) een belangrijk IT-managementproces.

 


Om al deze zaken goed te kunnen regelen, is het voor veel organisaties vandaag de dag essentieel om daar geschikte software voor te gebruiken. Op dit gebied is TOPdesk marktleider in de Benelux. Het bedrijf heeft 14 kantoren in 13 landen en meer dan 1000 medewerkers wereldwijd. Ook in Nederland is de software van TOPdesk in trek, niet in de laatste plaats in de zorg­sector. Binnen de zorg richt het bedrijf zich vooral op de ondersteunende afdelingen: IT, Facility Management en HR.

 


Servicemanagement ook belangrijk voor patiënten

TOPdesk gelooft dat het belangrijk is dat er één toegang tot de ondersteunende afdelingen komt, waar iedereen gebruik van maakt die relevante vragen voor deze afdeling heeft, zegt Sharmaine van den Hoek,
Business Unit Director Healthcare bij TOPdesk. Vervolgens routeert TOPdesk de meldingen automatisch naar de juiste afdelingen, personen en/of systemen, zonder dat de aanmelder hierover na hoeft te denken.

Dat deze afdelingen goed en efficiënt blijven draaien is volgens Van den Hoek niet alleen belangrijk voor het personeel, maar ook de patiënt heeft hier belang bij. “Als de schoonmaak in een ziekenhuis niet goed is geregeld of het Wi-Fi-netwerk doet het niet goed, dan hebben patiënten daar direct last van. Dat maakt het voor zorginstellingen dus ongelofelijk belangrijk om hun servicebeheer goed te regelen.”

 scherm-afbeelding-2023-03-27-om-13-53-51.png


Als Business Unit Director Healthcare denkt Van den Hoek actief mee om de software van TOPdesk zo goed mogelijk op de specifieke situatie van een zorginstelling af te stemmen. Voor de inrichting van veel zorgspecifieke processen is overigens vaak geen specialist van TOPdesk nodig, want de software is zo ontworpen dat de klant dit zelf naar de eigen voorkeuren kan aanpassen. Dit komt voort uit een van de belangrijkste pijlers van TOPdesk, namelijk dat het simpel en standaard moet zijn, legt Van den Hoek uit. “Een grote kracht daarvan is dat niets gecodeerd of geprogrammeerd hoeft te worden , maar het heel makkelijk en snel te implementeren is. Bij een gemiddelde zorginstelling zijn we binnen 10 weken klaar.”

 


Trends in de zorg

Doordat TOPdesk precies weet wat er in de zorgsector leeft en wat de laatste trends op zorggebied zijn, is het in staat om hier constant snel en effectief op in te spelen met de software. Op het gebied van Service Management ziet Van den Hoek momenteel een aantal ontwikkelingen die veel impact hebben.

Allereerst zijn dat de personeelstekorten. Dat is al heel lang een probleem voor de zorg en als een oplossing uitblijft zal het alleen maar groter worden, denkt Van den Hoek.  "Omdat dit probleem hoe dan ook niet van vandaag op morgen gaat verdwijnen, moeten organisaties proberen de druk op het personeel te verlichten. De ondersteunende afdelingen kunnen daar met hulp van TOPdesk een belangrijke rol in spelen, dankzij de service automation. Hiermee hoeven verschillende processen die nu onnodige tijd in beslag nemen, niet meer handmatig plaats te vinden.”

Een ander trend is afdeling overstijgend samenwerken, waarbij de ondersteunende afdelingen zoals IT, Facility Management en HR werken met bijvoorbeeld één centrale servicedesk. TOPdesk maakt het mogelijk om zorgedewerkers snel, gemakkelijk en vanaf ieder apparaat een melding te laten doen bij die desk. Door goede afdeling overstijgende samenwerking zijn efficiëntieslagen te maken en besparingen te realiseren.   

 


Helder overzicht van systemen

Voor een zorginstelling is het op orde hebben van cyber security natuurlijk een must, gezien alle gevoelige gegevens die het soms opslaat. Dat het softwarelandschap steeds complexer wordt, helpt daarbij niet. TOPdesk ondersteunt ze hierbij met Asset Management, vertelt Van Den Hoek. Hiermee heeft een organisatie één helder overzicht van de systemen en hoe deze met de rest verbonden zijn. Het is dan ook beter in te schatten wat de impact zou zijn wanneer binnen dit hele netwerk van systemen ergens iets misgaat. “Ook hebben veel zorginstellingen het proces omtrent AVG-­compliancy in TOPdesk staan, zodat ze op elk moment kunnen meten of de cyber security nog op orde is en zorgen dat dit goed blijft werken”, aldus Van den Hoek.

In Nederland heeft TOPdesk momenteel 430 klanten in de zorgsector, waaronder 53 van de 96 ziekenhuizen en 140 ouderenzorginstellingen. De ambities reiken verder: TOPdesk wil binnen de zorgsector graag verder groeien. “Jaarlijks verwelkomen we nu zo’n 30 tot 35 nieuwe klanten uit de Nederlandse zorgsector”, zegt Van den Hoek. “Wij zijn dan ook zeker geen onbekende voor zorgorganisaties en zijn constant met de sector in gesprek om ideeën uit te wisselen en de ecosystemen te verbeteren. Ik merk dat dat in de zorgsector heel waardevol is, dus de komende jaren willen we nog meer met elkaar integreren.”

 


Het is daarnaast een wens van TOPdesk om hun klanten met elkaar in contact te brengen, vervolgt Van den Hoek. “Daarom organiseren we bijvoorbeeld inspiratie­dagen voor ziekenhuizen en hebben we een platform voor healthcare-service­management. Deze worden goed bezocht en we laten klanten daar ook zelf presentaties geven. Zo kunnen partijen uit de zorgsector via TOPdesk ook van elkáár leren. Voor de zorg, door de zorg en met de zorg. Van 13 tot 16 juni staan we ook op de beurs Zorg & ICT in de Jaarbeurs in Utrecht. Iedereen die het leuk zou vinden om met ons te praten, nodig ik graag uit om langs te komen!”

 

Feiten Enterprise Service Management:

•Enterprise Service Management (ESM) streeft naar een uniforme en
geïntegreerde aanpak van dienstverlening en processen binnen de organisatie

•Het richt zich op het bieden van een gestroomlijnde klantervaring door
communicatie te verbeteren tussen verschillende afdelingen en diensten

•Het kan helpen bij het optimaliseren en stroomlijnen van processen in de gehele organisatie, waardoor de efficiëntie en productiviteit worden verhoogd

24 mrt 2023

|

Industrie

Digital Twins: groots denken, klein beginnen

Wie met een Digital Twin aan de slag gaat, doet er goed aan bescheiden te beginnen, vindt Digital Consultant Koen van
der Mijle van Itility in Eindhoven. “Uitbreiden kan altijd nog.
Het belangrijkste is dat elke stap toegevoegde waarde heeft.”

 

 

 

Een Digital Twin is een wiskundig model dat bepaalde aspecten van een systeem in de werkelijke wereld doeltreffend weergeeft. Wat is er nodig om een goede Digital Twin te maken?
“Verschillende disciplines, zoals ICT, data science, natuurkunde, wiskunde en werktuigbouwkunde. Daarbij is het belangrijk dat de domeinkennis grondig is afgedekt”, zegt Van der Mijle.

 


“Een goede Digital Twin maakt het mogelijk verschillende scenario's in de virtuele omgeving te testen, om daarmee snel optimale keuzes voor de werkelijkheid te kunnen maken. Tegenwoordig gebeurt dat met real-time sensordata om de Twin up-to-date te houden. Daarnaast passen we kunstmatige intelligentie toe om de Twin constant te laten leren en zo veel nauwkeuriger aan te sluiten bij de werkelijkheid.”

 


Er zijn verschillende soorten Digital Twins, met een toenemende complexiteit. De basisversie verzorgt 'enhanced monitoring'.
De Digital twin loopt in deze versie synchroon met de werkelijk­heid, verrijkt de ruwe sensordata en verschaft meer inzicht in een proces dan enkel real-time monitoren. Een stap verder gaat 'AI assisted decision making'. De digital twin rekent dan scenario's door, zodat de gebruiker gefundeerde keuzes voor de toekomst kan maken. Het verst gaat 'Automated optimization and control'. Daarbij evalueert de Digital Twin niet alleen scenario's, maar past deze het optimale scenario ook direct toe.

 


Een voorbeeld hiervan is de Digital Twin van elektriciteitsverbruik in een huis met een warmtepomp, elektrische auto en allerlei stroomverbruikende apparaten. Van der Mijle: “De kosten en het comfort van de bewoners worden bepaald door de aansturing van deze systemen, de dynamische stroomprijs en weercondities. Een gebruiker kan niet overzien wat het optimale moment is om de auto op te laden of de warmtepomp tijdelijk stil te zetten. Met talloze variabelen moet hij daarvoor per minuut tienduizend scenario's doorrekenen. De Digital Twin kan dat wel.”

24 mrt 2023

|

Industrie

Energy Portfolio Management noodzakelijk voor een succesvolle energietransitie

Het energielandschap gaat nog harder veranderen. De enorme opgave om van fossiele brandstoffen over te stappen naar volledig duurzame bronnen zorgt voor grote uitdagingen. Meer decentrale productie betekent ook meer volatiliteit en druk op het netwerk, tekort aan netcapaciteit, netcongestie, mogelijk stroomtekort met gevolgen voor de beschikbaarheid en de prijs van stroom. Tegelijkertijd komen er met nieuwe wet- en regel­geving zoals de nieuwe energiewet,
de omgevingswet en het ESG (Environment, Social and Governance) framework meer uitdagingen en kosten voor afnemers en producenten van energie. Kortom: meer risico’s, maar ook meer kansen.

 

 

De energietransitie voelt voor bedrijven onnodig ingewikkeld en risicovol aan. Er zijn kansen, maar ook grote risico’s. Als het de industrie niet mogelijk gemaakt wordt te verduurzamen, dan zullen ook de grondstoffen en producten die zij produceren niet duur­zamer worden. De huidige complexiteit en onvoorspelbaarheid van de energiemarkt en de transitie naar een duurzame energievoorziening vormen voor veel bedrijven een enorme uitdaging.

 


Alleen maar een energiestrategie uit­stippelen voor de korte termijn is op dit moment onverstandig, maar beslissingen nemen voor de lange termijn is voor een organisatie allesbehalve eenvoudig. Het is daarom essentieel om te kiezen voor een integrale strategie, waarin oog is voor veel meer factoren dan alleen maar de inkoopprijs van energie. Dat is de visie
van COMCAM, gespecialiseerd in Energy Portfolio Management. 

 


Door de enorme turbulentie in de energiewereld hebben ze het bij COMCAM misschien wel drukker dan ooit. Steeds meer bedrijven raken zich ervan bewust dat het nodig is om een (betere) energie­strategie te hebben, vertelt Philipp Keller. “Een energiestrategie was bij veel organisaties lange tijd een ondergeschoven kindje, of het bestond zelfs helemaal niet.”

 

scherm-afbeelding-2023-03-24-om-10-20-58.png
COMCAM beschikt over een divers team aan specialisten. Van handelaren met ervaring op de Europese gas- en elektriciteit­markten, tot netwerk specialisten – van projectmanagers tot juridische expertise: samen bieden wij klanten het beste uit de markt. Ook wordt samengewerkt met geselecteerde partners op gebied van technische- en duurzame oplossingen.
Het hoofdkantoor is gevestigd in Middelburg. Verder heeft COMCAM vestigingen in Rotterdam, Düsseldorf
en binnenkort ook in Londen en Praag.
Het bedrijf helpt ook klanten in andere Europese landen. COMCAM is een one-stop-shop voor alle aan energie- en duurzaamheid gerelateerde vraagstukken.

 


Door de transities die gaande zijn en de turbulente situatie waarin de energiemarkt zich bevindt, is het besef volgens Keller nu doorgedrongen dat het noodzakelijk is om een energiestrategie te hebben voor de lange termijn. “Als zo’n strategie bij een bedrijf in deze tijd ontbreekt, dan doet dat ze echt pijn. Onze visie is dat die strategie integraal moet zijn en de focus dus niet te smal. Tijdens de energiecrisis zijn onze klanten vrijwel niet in de problemen
gekomen, wat aantoont dat dit een succesvolle benadering is.”

 


Strategisch ondernemen eist vooruit denken. Dit betekent in de energiemarkt dat er voor minimaal 5 jaar vooruit een planning moet zijn. Investeringen kosten geld en lang niet alles is terug te verdienen binnen vijf jaar.

Het aantal vragen van bedrijven neemt nog steeds toe, bijvoorbeeld over de keuzes die ze moeten maken om te verduurzamen.
Want duurzamer worden, dat wil de industrie volgens Keller heel graag en snel. Maar, daarbij lopen ze tegen allerlei struikelpunten aan. Veel bedrijven krijgen bijvoorbeeld van de netbeheerder te horen dat ze zullen moeten wachten, vanwege de congestie op het net. Netcongestie is een toenemend probleem en kan de verduurzamingsambities van een bedrijf ernstig hinderen. De capaciteit van het Nederlandse elektriciteitsnet staat onder toenemende druk en congestie komt
hierdoor voor. COMCAM helpt dan ook steeds meer klanten met congestie­management.

 


Door toenemende elektrificatie en verduurzaming, gecombineerd met steeds meer opwek door middel van zon en wind, verandert het energieprofiel drastisch, zowel landelijk als regionaal. Binnen het bedrijf verandert ook het energieprofiel doordat er productieprocessen veranderen en bedrijven zelf energie gaan opwekken en opslaan. Al deze veranderingen zorgen ook dat prijzen veranderen.

 


Met Energy Portfolio Management zorgt COMCAM voor een veerkrachtige en toekomstbestendige energietransitie.
Onze dienstverlening over de volle breedte van de energiemarkt heeft geleid tot uitstekende resultaten voor onze klanten. Denk hierbij aan een besparing op alle energiekosten oplopend tot ruim 50%.

24 mrt 2023

|

Industrie

500 MW elektrolyse is onze bijdrage aan de verduurzaming van de industrie in Nederland

De Uniper Energy Hub Maasvlakte ligt midden in het grootste industriële cluster van Nederland: de Rotterdamse Haven. Dit gebied kent een jaarlijkse CO2 uitstoot van 23,5 Mton, dat is ongeveer 14% van het Nederlandse totaal. Het carboniseren van de industrie in dit gebied draagt fors bij aan het behalen van de klimaatdoelstellingen van Nederland.
Uniper heeft de ambitie om met haar Europese portfolio in 2035 CO2-neutraal te zijn. Een op zichzelf al forse ambitie. We combineren deze eigen ambitie met het streven om onze industriële klanten te helpen verduurzamen. De optelsom brengt ons allemaal dichter bij het grotere doel van de EU: een klimaatneutraal 2050.

 


Nederland loopt voorop in het vormen van de waterstofmarkt. Hier heeft bijvoorbeeld al een marktconsultatie naar de kwaliteits­eisen voor waterstof plaatsgevonden om de waterstofinfrastructuur op in te richten. Een ingewikkeld onderwerp want waterstof wil je internationaal kunnen verhandelen en transporteren. Er moeten dus internationale afspraken worden gemaakt over de eisen aan waterstof, transport en de herleidbaarheid van productiewijze. Er is immers een uitgebreide waaier aan waterstofkleuren van blauw, roze, turquoise tot groen en zelfs wit.

 

scherm-afbeelding-2023-03-24-om-11-05-25.png
Uniper heeft in dit kader bij de Nederlandse overheid gepleit voor een systeem van garanties van oorsprong voor gas, waaronder ook waterstof valt. Een concept dat succesvol in andere markten is toegepast en dat kan bijdragen aan het internationaal kunnen verhandelen en transporteren van waterstof. Iets dat bijdraagt aan het tempo maken in de doelstellingen om industrie te verduurzamen. Begrijpelijkerwijs zijn overheden in dit vroege stadium van de waterstofmarkt­ontwikkeling zoekende naar een midden­weg tussen het aanjagen van deze inter­nationale markt en het aanjagen van diezelfde marktontwikkelingen binnen
de eigen landsgrenzen.

 


Vanuit mijn rol als COO in de inter­nationale energiemarkt heb ik daar tot op zekere hoogte wel begrip voor. Maar tegelijkertijd mogen nationale belangen geen belemmering vormen voor het bereiken van de overkoepelende EU-doelstellingen.

 


Het einddoel is voor mij verheven boven nationale belangen. De EU heeft zich gecommitteerd aan 55% CO-reductie in 2030 en klimaatneutraliteit in 2050. Een groot deel van zijn toekomstige vraag naar waterstof zal Europa moeten dekken door invoer. De handel in waterstof zal daarom een belangrijke rol spelen. Als een van de grootste gashandelaren in Europa speelt Uniper dus een centrale rol bij het waarborgen van een milieuvriendelijke voor­zieningszekerheid in de toekomst.

 


Een snelle en goede ontwikkeling van een internationaal speelveld voor waterstof is daarvoor een must. We moeten op Europees niveau het besluit nemen om met alle beschikbare middelen aan de ontwikkeling van de waterstofeconomie deel te nemen.

 


Laten we als voorbeeld de twee gedelegeerde handelingen (DA) nemen ter aanvulling van de EU-richtlijn hernieuwbare energie RED II, die belangrijke richtsnoeren voor de waterstofproductie vaststelt. Na einde­loze discussies werden de richtlijn-DA's medio februari eindelijk gelanceerd. Het hele proces duurde veel te lang en vertraagde duidelijk de markt. Ik zou soms meer pragmatische oplossingen willen zien die ruimte laten voor optimalisatie. Maar juist tijdens de leveringscrisis vorig jaar hebben we laten zien dat het ook snel kan als het moet. De snelheid en vastberadenheid die we bij de bouw van de eerste Duitse LNG-terminals hebben opgedaan, moeten we nu vertalen naar groene technologieën. Dan zullen we er niet alleen in slagen de waterstofproductie op te voeren, maar ook de klimaatcrisis aan te pakken.

 


Terug naar Uniper in Nederland. Onder de noemer H2Maasvlakte willen we hier een elektrolyse-capaciteit van 500 MW realiseren. We beginnen met 100 MW in 2026 en bouwen dit vervolgens in stappen op naar 500 MW in 2030. Een fors volume.
We hebben ervoor gekozen dit grote volume op onze Nederlandse site aan de kop van de Rotterdamse haven te realiseren omdat hier een aantal randvoorwaarden perfect bij elkaar komen. Offshore geproduceerde elektriciteit komt aan land vlakbij onze locatie. Er zijn connecties met het elektriciteitsnet en de toekomstige waterstofbackbone zal hier ook langskomen. En laten we niet vergeten dat op dit kleine stukje Nederland vele industriële bedrijven gevestigd zijn die onderling een soort biotoop vormen. Elke opschaling in groene energie hier draagt bij aan de versnelling van het verduurzamen van de industrie.

Ik ben ontzettend trots op dit project en op alle Uniper collega’s die hier met hart en ziel aan werken. Altijd als ik er ben, ga ik even op het dak van onze centrale staan en dan kijk ik om mij heen naar de industriële biotoop waar wij onderdeel van zijn.
En dan zie ik die duurzame toekomst door mijn oogharen ontstaan. Ik nodig industriële partners en de Nederlandse
politiek en overheid van harte uit om hier met mij over die toekomst in gesprek te blijven.

24 mrt 2023

|

Industrie

Tech-industrie essentieel bij aangaan grote maatschappelijke uitdagingen

                  Inspiratie

Flink investeren in R&D en intensievere samenwerking tussen de technologische industrie en de overheid. Dat is nodig om de grote maatschappelijke uitdagingen van dit moment het hoofd te kunnen bieden, zegt Maartje Claassen, bestuurslid bij FME.


“De maatschappelijke problemen van dit moment zijn zo groot, dat we simpel­weg niet anders kunnen. We moeten meer publiek-private samenwerkingen tot stand brengen.” Volgens Claassen, die tevens CEO is van SARA Robotics, de ondernemersorganisatie voor de technologische industrie, is het geen kwestie van bedrijven die wijzen naar wat de overheid beter moet doen en vice versa. “Nee, we moeten écht samen die stappen gaan zetten. Personeels­tekorten, de energietransitie, problemen in supply chains, het zijn allemaal grote opgaven waarvoor een deel van de oplossing vanuit technologische ontwikkelingen zal moeten komen.”

 


En Claassen denkt dus dat de overheid en bedrijven elkaar hierbij meer kunnen helpen. “Als het aan de bedrijven die FME-lid zijn ligt, dan kunnen en willen zij nog veel meer met de overheid meedenken bij het oplossen van de grote vraagstukken van dit moment.”
Het bestuurslid van de FME noemt als voorbeeld het stikstofprobleem. Er zijn volgens haar ontzettend mooie Nederlandse bedrijven die technologie in huis hebben waarmee ze voor een flinke stikstofreductie kunnen zorgen.
“Maar dan moet het wel eerst op grote schaal getest kunnen worden en vervolgens goed­gekeurd. Daar hebben we de overheid bij nodig.”

 


Wet- en regelgeving zit dergelijke innovaties nog regelmatig in de weg, stelt Claassen. “Het is hard nodig dat barrières voor dit soort belangrijke ontwikkelingen worden weggenomen, bijvoorbeeld door het aanpassen van regels en wetten die nu een obstakel vormen. Ook dat is een onderdeel van goede samenwerking tussen technologie­bedrijven en de overheid.”

 


Naast een goede amenwerking vindt Claassen het belangrijk dat Nederland voorop gaat én blijft lopen op gebied van innovatie, waardoor onder meer de technologische afhankelijkheid van het buitenland kleiner moet worden. Om dat voor elkaar te krijgen, is het volgens Claassen van belang dat de overheid met beleid komt waarmee private R&D-­investeringen verder worden aangejaagd. Dat kan volgens haar met behulp van regelingen die al eerder zijn ingezet en
bewezen effectief zijn, maar het is dan wel belangrijk om het zo simpel mogelijk te houden en te proberen vanuit de onder­nemer te denken. “Wij hopen dat hier snel werk van wordt gemaakt, want het is echt bittere noodzaak om te investeren in technologische soevereiniteit. Overigens zou daarnaast nog veel meer uitgedragen mogen worden hoe trots Nederland op zijn maakindustrie kan zijn. Want wat hier nu al gemaakt wordt, dat is echt zeer indrukwekkend.”

Waar het aankomt op het oplossen van specifieke binnenlandse problemen, kan technologie ook uitkomst bieden, aldus Claassen. Robotisering kan in een aantal sectoren bijvoorbeeld de grote personeels­tekorten verlichten, denkt ze. “Je ziet dat de angst steeds minder aanwezig is dat robots mensen van de arbeidsmarkt verdringen. In plaats daarvan gaan we toe naar een manier van werken waar robots en mensen het samen met elkaar doen. Technologie wordt onderdeel van het team. Dat werkt niet altijd meteen zoals het moet, het vergt ‘change management’, maar we zijn op de goede weg.”

 


Toch valt er volgens Claassen ook hier nog veel winst te boeken. “Het zit hem dan vooral in het beperkte vertrouwen dat mensen soms in robots hebben. Zo wordt nogal eens getwijfeld of het wel verantwoord is om bepaalde taken aan ze over te laten.
De opvattingen daarover zijn per sector zeer verschillend. In de zorg ligt het zeer gevoelig om een robot knopen te laten doorhakken, maar in een distributie­centrum is het vanzelfsprekend dat de processen al met kunstmatige intelligentie geautomatiseerd zijn. Over dit soort kwesties moeten we in gesprek blijven, om uiteindelijk tot de optimale werkwijze te komen.”

24 mrt 2023

|

Industrie

Virtual Twins: motor voor duurzame innovatie

Organisaties die willen testen of en hoe een potentieel nieuw systeem of object zal werken, zijn daarvoor tegenwoordig
niet meer afhankelijk van fysieke prototyping. Dankzij ‘digital twinning’ kunnen ze dit hele proces virtualiseren. De markt hiervoor groeit snel en zal dat blijven doen. Deze ontwikkeling merken ze ook bij softwarebedrijf Dassault Systèmes, dat zich al meer dan 40 jaar inzet voor innovatie van de industrie, en het is daarin inmiddels zelfs al een stap verder gegaan: de ‘virtual twins’ van Dassault Systèmes nemen, behalve het systeem of object zelf, ook alle andere factoren uit hun omgeving mee. 

 ds-johnkitchingman.jpg


De populariteit van digital twinning nam sterk toe tijdens de corona­periode, vertelt John Kitchingman, Managing Director, EuroNorth bij Dassault Systèmes. “Fysieke prototyping was door de omstandigheden in die tijd simpelweg niet meer mogelijk, dus moesten organisaties wel gaan zoeken naar manieren om op een verantwoorde manier door te blijven gaan. En dat kon gelukkig dus ook, met een digitale simulatie. Dat is in feite precies wat een digital twin doet.”

Met digital twinning-technologie wordt de gehele levenscyclus van bijvoorbeeld een object of systeem gevirtualiseerd. Het gerenommeerde IT-onderzoeks- en advies­bureau Gartner definieert het als ʻeen virtuele representatie van een echte entiteit of systeem, in de vorm van een software­object of -model, dat een uniek fysiek object, proces, organisatie, persoon of andere abstractie weerspiegelt’. Een digital twin krijgt updates aan de hand van real-time data en kan een bedrijf op verschillende manieren helpen inzichtelijk te maken wat de implicaties en resultaten zullen zijn van een bepaald proces. Een digitale tweeling stelt een digitale weergave vast van een reëel onderdeel of proces in de verwerkende industrie. Met name de maakindustrie kan veel profijt hebben van deze technologie, want het kan zowel de producten als de productiemiddelen verbeteren.

 


Groeiende markt

De wereldwijde digital twin-markt kende in 2021 een omvang van ongeveer 7,5 miljard dollar. De verwachting is dat dit fors zal blijven groeien. Zo gaat Grand View Research tot 2030 uit van een jaarlijks groei­percentage van maar liefst 39,1 procent. Dat de digital twinning zo snel aan populariteit wint, kan Kitchingman wel verklaren.
Hij noemt moeiteloos een groot aantal verbeteringen die klanten van Dassault Systèmes met behulp van digital twins wisten te realiseren. “Samenvattend komt het erop neer dat we altijd zien dat onze klanten veel sneller in staat zijn om als organisatie te innoveren. En als je innovatief bent, stelt dat je in staat om je producten te verbeteren, te verduurzamen en je bedrijf in zijn geheel een stuk veerkrachtiger te maken.”

Met hun virtual twin gaat Dassault Systèmes nog een stap verder. Terwijl een digital twin een wiskundige simulatie van een specifiek object of systeem is, maakt een virtual twin een heel ‘systeem van systemen’ inzichtelijk.
Dat betekent dat ook factoren uit de om­geving waarin het fysieke object zich begeeft en het gehele gemodelleerde en gesimuleerde ecosysteem worden mee­genomen. Hiermee is te voorspellen welke invloed een eventuele verandering in de omgeving op het object heeft.

Elk toekomstscenario simuleren

“De virtual twins van Dassault Systèmes gebruiken daarbij data uit de echte wereld in de simulatie”, legt Kitchingman uit. “De virtuele wereld komt hiermee dus eigenlijk samen met de echte wereld en daartussen wordt continu informatie uitgewisseld.
Organisaties kunnen op die manier vrijwel elk toekomstscenario modelleren (ontwerpen) en simuleren en op basis daarvan beter geïnformeerde beslissingen nemen.”

Bij het opzetten van een virtual twin-­experience wordt eerst een 3D-model ontworpen dat dezelfde vorm, afmetingen en eigenschappen heeft als een fysiek product of systeem. Met het virtuele model is gedetailleerd te simuleren hoe dit product of systeem zich zal gedragen als het wordt gebruikt. Dankzij veel­vuldig virtueel testen - het aantal is onbeperkt - zijn het ontwerp, de materialen en de productieprocessen te optimaliseren. Omdat het een digitale simulatie is en er dus geen materiaal nodig is voor een fysiek prototype, is het ook nog eens duurzamer.

 


Nederland zeer innovatief

Dassault Systèmes ziet dat hun oplossingen aanslaan bij innovatieve bedrijven in Nederland. Kitchingman: “Nederland mag dan een klein land zijn, maar het is indrukwekkend hoe veel vooruitstrevende bedrijven het heeft. Het staat hoog in de Global Innovation Index (vijfde plek in de laatste editie) en er gebeuren indrukwekkende dingen op gebieden als high-tech, agrifood en life sciences. Dat zijn allemaal innovaties die wij nog verder kunnen helpen dankzij onze technologie.” Om die reden investeert Dassault Systèmes ook in Nederlandse bedrijven en heeft het een samenwerking met verschillende organisaties. Zo zijn de TU Eindhoven en de TU Delft bijvoorbeeld onderwijspartners van het bedrijf.

 


Net als veel andere landen is Nederland bezig met een ingrijpende energietransitie. Kitchingman stelt dat de virtual twins van Dassault Systèmes het potentieel hebben om deze te versnellen en bedrijven kunnen helpen om een beter energiebeleid te voeren, door energie uit verschillende bronnen - zoals wind, zon, golven en kernenergie - te halen. “De vraag naar elektriciteit zal toenemen, doordat we werken aan een CO2-vrije wereld. Alles bij elkaar zorgt het voor een veel complexer energiesysteem. Bedrijven moeten in hun planning rekening houden met alle aspecten van dat systeem en met virtual twins krijgen ze die mogelijkheid. Het zorgt ervoor dat ze het systeem kunnen begrijpen en voorspellen wat het effect van bepaalde beslissingen zal zijn.
Zo helpen virtual twins om precies de juiste investeringen te doen en zo snel mogelijk CO2-neutraal te worden en op de lange termijn volledig duurzaam.”