Laatste nieuws

1 mrt 2018

|

Maatschappij

Energie besparen doe je zo

Wat kan de consument doen om zijn huis te verduurzamen en om zoveel mogelijk energie te besparen? Wat Talitha Koek van Natuur en Milieu betreft, een heleboel.

“Goed isoleren scheelt al een hoop, evenals dubbele beglazing en energiezuinige apparaten. En zonnepanelen op je dak natuurlijk, in combinatie met een slimme display. Slimme meters kunnen helpen om je bewust te maken van je eigen energieverbruik. Daarnaast heb je allerlei zuinige apparaten, bijvoorbeeld nieuwe koelkasten, die nog maar 20% van de elektriciteit gebruiken als modellen van tien jaar oud. Bijkomend voordeel is dat de koelkasten steeds slimmer worden en je voorraad in de gaten kunnen houden.

  

Één ding is volgens Koek in ieder geval zeker. Wij moeten binnen vijftien jaar met zijn allen van het gas af. En wij moeten erover nadenken hóe wij dan onze woningen gaan verwarmen: dat kan met elektriciteit of met duurzame warmte. “In nieuwbouw kun je het beste meteen een warmtepomp plaatsen. Er bestaan ook al zogenaamde nul-op-de-meter-woningen. Voor bestaande bouw is het met name een kwestie van goed isoleren, in combinatie met warmtenetten.”


Zo wordt in steden zoals Utrecht en Amsterdam met veel oude panden stadsverwarming op gas de komende jaren vervangen door warmtenetten. Die draaien op warm water, opgewekt met restwarmte uit afval of uit de industrie. “Alleen hebben wij in Nederland daar geen grote hoeveelheden van. Dus zullen wij veel met behulp van elektrificatie moeten ondervangen.”

More Stories

1 mrt 2018

|

Maatschappij

Energie besparen doe je zo

Wat kan de consument doen om zijn huis te verduurzamen en om zoveel mogelijk energie te besparen? Wat Talitha Koek van Natuur en Milieu betreft, een heleboel.

“Goed isoleren scheelt al een hoop, evenals dubbele beglazing en energiezuinige apparaten. En zonnepanelen op je dak natuurlijk, in combinatie met een slimme display. Slimme meters kunnen helpen om je bewust te maken van je eigen energieverbruik. Daarnaast heb je allerlei zuinige apparaten, bijvoorbeeld nieuwe koelkasten, die nog maar 20% van de elektriciteit gebruiken als modellen van tien jaar oud. Bijkomend voordeel is dat de koelkasten steeds slimmer worden en je voorraad in de gaten kunnen houden.

  

Één ding is volgens Koek in ieder geval zeker. Wij moeten binnen vijftien jaar met zijn allen van het gas af. En wij moeten erover nadenken hóe wij dan onze woningen gaan verwarmen: dat kan met elektriciteit of met duurzame warmte. “In nieuwbouw kun je het beste meteen een warmtepomp plaatsen. Er bestaan ook al zogenaamde nul-op-de-meter-woningen. Voor bestaande bouw is het met name een kwestie van goed isoleren, in combinatie met warmtenetten.”


Zo wordt in steden zoals Utrecht en Amsterdam met veel oude panden stadsverwarming op gas de komende jaren vervangen door warmtenetten. Die draaien op warm water, opgewekt met restwarmte uit afval of uit de industrie. “Alleen hebben wij in Nederland daar geen grote hoeveelheden van. Dus zullen wij veel met behulp van elektrificatie moeten ondervangen.”

1 mrt 2018

|

Maatschappij

Was studeren vroeger beter?

"Ja, toen kon dat nog". Zo eindigen de meeste van mijn gesprekken met mijn vader over zijn studententijd. Eeuwen geleden lijkt dat, de jaren waarin hij zijn studie Nederlands aan de Rijksuniversiteit Groningen deed. Hij kon nog jaren over zijn studie doen, en deed dus naast zijn studie Nederlands nog allerlei keuzevakken in Amsterdam en Utrecht. Daar was alle ruimte voor in het programma en leverde nog weinig bureaucratische rompslomp op. Sterker nog, zijn reis- en verblijfkosten werden zelfs door de RUG betaald. Maar bij hem begonnen de colleges nog met de niet erg geruststellende mededeling dat aan het eind van het jaar de studenten naast je zouden zijn afgevallen. Geen eeuwen geleden, wel een wereld van verschil; studeren in de jaren '60 en '70 of in 2018. 

De vergelijking van mijn eigen studententijd en die van mijn vader levert in ieder geval een aantal belangrijke verschillen op. Een van de belangrijkste verschillen die ik zie, gaat over ruimte. De ruimte en vrijheid om te studeren die mijn vader kreeg, tegenover de druk die studenten tegenwoordig voelen om zo snel mogelijk af te studeren, maar zich daarbinnen ook zo veel mogelijk te onderscheiden. Jarenlang in alle vrijheid studeren is er niet meer bij. Tegenwoordig voelen studenten, onder andere door alle financiële ontwikkelingen, de druk om nominaal af te studeren en vervolgens de arbeidsmarkt op te komen met een cv bomvol ervaringen. Gewoon een diploma is niet meer genoeg; stages, bestuursjaren, internationale ervaring en bijbanen voelen voor studenten als de norm. 

Tegelijkertijd is het onderwijs ook een stuk persoonlijker geworden. Met simpelweg de mededeling dat een groot deel van de studenten aan het einde van het jaar zal zijn afgevallen, komt de hoogleraar niet meer weg. Hogescholen en universiteiten investeren steeds meer in studieloopbaanbegeleiding, tutoraat en onderwijs op maat. We zijn er nog niet, maar de universiteiten en hogescholen gaan stap voor stap steeds meer vanuit studenten denken en richten het onderwijs zo in dat studenten er het meeste uit kunnen halen. 

Zo nadenken over het verleden roept bij mij ook een andere vraag op. Hoe zouden mijn kinderen later studeren? Kijken ze dan met nostalgie terug naar de paar jaren studiefinanciering die ik nog heb gehad? Of zijn ze dan jaloers op de hoeveelheid collegegeld die ik heb betaald, omdat zij inmiddels Amerikaanse bedragen neer moeten leggen voor een studie? Ik sluit het niet uit. Misschien kunnen mijn kinderen later wel helemaal niet gaan studeren, omdat inmiddels overal selectie aan de poort is ingevoerd en zij zich niet vroeg genoeg hebben gerealiseerd dat ze goede cijfers moesten halen. Ook dát sluit ik niet uit, maar ik hoop het niet. Ik hoop vooral dat ze onderwijs van topkwaliteit zullen krijgen, gegeven door geïnspireerde en bekwame docenten en met alle ruimte om zichzelf te ontwikkelen. Binnen en buiten hun studie. Zal het zo zijn? De tijd gaat het leren. 

Rhea van der Dong, voorzitter Interstedelijk Studenten Overleg

1 mrt 2018

|

Levensstijl

Mohsin Amdaouech, levensgenieter en blogger

Een jaar voor mijn afstuderen besloot ik om mijzelf een jaar in mijn eigen mensenleven te gunnen om zelf te doen wat ik het liefst doe - namelijk reizen. Laten we eerlijk zijn. Wat is nou een jaar in een mensenleven? Helemaal niks. Jaren komen en jaren gaan. Ik had een doel. Ik ga op wereldreis en elke stap die ik neem is in de richting van mijn doel. Belemmeringen? Die zullen er altijd zijn en daarom dacht ik “daar ga ik dwars door heen!”

 

Een week na mijn afstuderen wat eigenlijk een ideaal moment is voor zo’n wereldreis, je bent namelijk ongebonden aan verplichtingen van werk en jong genoeg om nog gevormd te worden door de inzichten die de wereld te bieden heeft, stond ik met zo’n 17 duizend euro op Rio de Janeiro airport waar ik aan de start stond van niet alleen een reis van een jaar, maar een reis van meer dan 1000 dagen! Ja je leest het echt! Een van de eerste vragen die ik kreeg toen ik net vertrok was - “Hoeveel ‘geld, doekoe, money, dinero, el floes’ heb je nodig voor een wereldreis?!” En dat begrijp ik helemaal, want hé, wie wilt er nou niet een jaar lang een leventje van zon, avontuur en ontspanning leiden? Ik hoor vaak “ik spaar een heel jaar voor een zomervakantie van drie weken en jij gaat langer dan een jaar op wereldreis!”. Hoe dan? Een wereldreis is geen vakantie die je opneemt of even aftikt van je stufi. Word je gesponsord? Nee. Heb je de Loterij gewonnen? Nee. Heb je een tas met geld in een steeg gevonden? Nee. Heb je geld geërfd? Nee. “Wat is je geheim?”  Het leek alsof mensen dachten dat ik een wondermiddel had. 

 

Ik denk dat van de 1000 mensen 990 mensen wel eens de wereld wil zien. Onze wereld. Terecht! Ik ken weinig mensen die zeggen “nee je moet niet reizen of reizen is slecht voor je!” Daarom is het motto “niet nadenken, gewoon doen” ook zo belangrijk geworden in mijn leven. Want alles wat dicht bij je hart ligt moet je gewoon doen. Als je bijvoorbeeld de reis van je leven maakt dan krijg je van mij de garantie dat het de vetste, tofste, gruwelijkste, interessantste en meest unieke tijd van je leven gaat worden. Daarom heb ik, Mohsin, beter bekend van de populaire Facebook pagina “Mohsin op wereldreis” als eerste Nederlandse reislogger een online reisbureau gestart met als uitgangspunt ontdekken, verbinden en creëren.

 

Denk jij ook weleens #Nietnadenkengewoondoen?

Mohsin Amdaouech, levensgenieter en blogger

28 feb 2018

|

Maatschappij

3 innovatieve infrastructuurprojecten

Gaasperdammertunnel bevordert bereikbaarheid én leefbaarheid

Met zijn drie kilometer is de Gaasperdammertunnel dan wel de langste landtunnel van Nederland, maar de lengte van het bouwproject, dat in 2020 af zal zijn, is bij lange na niet het belangrijkste kenmerk. Het project behelst het verbreden van de Gaasperdammerweg in Amsterdam Zuidoost, waarbij deze deels onder de grond verdwijnt. 


‘Bouwen met de winkel open’, dat is wat ze momenteel tussen de wijken Gaasperdam en Bijlmermeer doen. Dit gigantische bouwproject efficiënt laten verlopen zonder het verkeer en de drukke stadsdelen te frustreren bleek op voorhand al een planmatig meesterwerk. Een logistiek centrum is buiten de tunnel geplaatst, van waaruit al het materieel vertrekt en waar de vrachtwagens nooit leeg naar terugkeren. 


Inmiddels staat de betonnen constructie en zijn de installateurs binnen de Gaasperdammertunnel bezig kilometers bedrading aan te leggen en alle ruim 50 systemen te monteren, aan te sluiten en te testen. Ventilatie, verlichting, veiligheidssystemen; in iedere betonmoot, 50 meter per stuk, werd direct na het bouwen begonnen met ophangen van systemen, maar het blijft een hele klus.


Het omvangrijke park dat in 2021 bovenop de tunnel wordt aangelegd moet Amsterdam Zuidoost een compleet nieuw, groen leefgebied gaan opleveren. Maar pas wanneer al het verkeer van de oude A9 door de nieuwe Gaasperdammertunnel wordt geleid, kan het laatste stuk van deze enorme puzzel worden gelegd. 


De omgeving van de tunnel wordt al tijdens de bouw optimaal gebruikt; zo biedt de rivier de Gaasp een manier om spullen duurzaam mee te transporten. Dit alles past perfect bij het einddoel van dit innovatieve bouwproject, om de bereikbaarheid en leefbaarheid van de omgeving te vergroten. 



InnovA58: niet zomaar een wegverbreding
Met InnovA58 wordt gezocht naar een duurzame oplossing voor het fileprobleem op de A58 tussen Eindhoven en Breda. Van een twee keer tweebaansweg naar een twee keer driebaansweg is op zich weinig bijzonders, maar de manier waarop dit project wordt aangevlogen is weldegelijk uniek.

Door middel van smart mobility moet de A58 de meest connected snelweg van Nederland worden. Tussen 2018 en 2020 fungeert de A58 bijvoorbeeld als testweg voor zelfrijdende auto’s, om uit te vinden hoe de snelweg de communicatie van deze wagens, die constant in verbinding staan met allerlei providers, kan faciliteren.

En dat is slechts het begin van alle plannen die InnovA58 gaat doorvoeren om ervoor te zorgen dat het door de Nederlandse overheid gestelde klimaatdoel, om vanaf 2030 half circulair en vanaf 2050 volledig circulair te zijn, te bereiken. Zo wordt met de verbreding van de A58 energieneutraliteit nagestreefd: alle energie die er nodig is, bijvoorbeeld voor de verlichting, moet uit het wegdek zelf worden gehaald.

Ook de materialen die gebruikt worden dragen bij aan het behalen van de klimaatdoelen. Zo wordt er gebruik gemaakt van duurzaam hout in bijvoorbeeld de houten geleiderails en wegportalen.

Maar ook het toekomstige adaptieve karakter van het nieuwe wegdek spreekt tot de verbeelding. Een wegdek dat met ieder klimaat om kan gaan, verlichting die zich aan de verkeersituatie aanpast; het klinkt als toekomstmuziek maar zal in 2023, wanneer de verbreding is afgerond, toch echt realiteit blijken te zijn.

Circulariteit is waar het voornamelijk om draait, met de A58 als proeftuin, om een volledig herbruikbare economie binnen 33 jaar te bereiken. Zo levert koud asfalt een energiebesparing van 95% op en kan dit product, nadat het als wegdek heeft gediend, weer als ander bouwmateriaal fungeren. Om compleet aanpasbare viaducten mee te maken bijvoorbeeld.


Samenwerkende havengebieden Corridor Antwerpen - Rotterdam
“De havengebieden van Rotterdam en Antwerpen, inclusief tussenliggende havens zoals die in Zeeland en Gent, moeten we als één West-Europese mainport gaan zien”, aldus Floor Vermeulen, gedeputeerde Verkeer en Vervoer van de provincie Zuid-Holland.

Gezamenlijk verwerkten deze havens in 2016 zo’n 800 miljoen ton aan lading, meer dan de grootste haven ter wereld, Shanghai, in dat jaar wist te bewerkstelligen. Samenwerken is dus noodzakelijk om deze mondiale posities te houden. “Op de conferentie hebben we hier onlangs met vertegenwoordigers van o.a. Vlaanderen, Zeeland en VNO-NW over gesproken. Een hoogwaardige multimodale infrastructuur is hierbij een belangrijke voorwaarde”, schetst Vermeulen de situatie.

Zo moeten de havens bijvoorbeeld meer 24/7-economiëen worden. Nu wachten binnenvaartschepen soms lang op hun lading. Met big data-toepassingen kan men efficiënter gaan laden en lossen in deze Havens van de Delta, waardoor de volumes aan verwerkte lading verder toe kunnen nemen.

En in het kader van een circulaire economie wordt ook gekeken hoe buisleidingen anders gebruikt kunnen worden. Het uitgebreide netwerk aan pijpleidingen wordt nu nog alleen gebruikt voor het efficiënt, veilig en milieuvriendelijk vervoeren van natte bulk zoals olie en waterstof. “We willen kijken welke rol deze buisleidingenstraat kan spelen in de energietransitie of de transport van onder meer biogas”, legt Vermeulen uit.

Maar het gaat in de corridor Rotterdam - Antwerpen niet alleen om goederen. Vermeulen: “Veel mensen wonen én werken in Zeeland, Brabant, Zuid-Holland en Vlaanderen. We kijken ook naar wat de havengebieden betekenen voor bijvoorbeeld de lokale arbeidsmarkt en hoe we dergelijke zaken op elkaar kunnen afstemmen.” Volgend jaar organiseert provincie Zuid-Holland daarom opnieuw een internationale conferentie over deze samenwerking.